en Zande. In april 1990 zorgt de be
leidsbrief van de bevoegde minister
voor de volledige doorvoering van de
verbrede doelstellingen. Het is het jaar
van de grote ommekeer. Niet alleen de
nieuwe maar ook de lopende ruilver
kavelingen moesten onder dat regime
worden gebracht, gedachtig aan de
stelling dat beter ten halve kan worden
gekeerd dan ten hele gedwaald.
Op kousevoeten door het
Paddegat
Met de ruilverkaveling Paddegat
(1362 ha), gelegen ten westen van
Brugge op het grondgebied van de
stad Oudenburg, wordt de eerste se
rieuze poging daartoe ondernomen.
Het moeizaam en met veel inspraak
opgebouwde klassieke agrarische in
richtingsplan moest worden omgebo
gen naar een multifunctionele ge-
biedsinrichting, waarin ook de natuur-
belangen met grotere zorg moesten
worden tegemoetgetreden. De bull
dozer heeft zijn langste tijd gehad of,
zoals De Muyt dat uitdrukt, beweegt
zich voortaan alleen nog op kousevoe
ten voort. Die ombuigingsoperatie
kost uiteraard veel tijd, waardoor het
voldoen aan het Brussels bijbelwoord
om de uitvoering binnen vijf jaar te
voltooien, geweld wordt aangedaan.
Vulsteke, die de hele Paddegat-opera-
tie heeft begeleid, geeft ons een inte
ressante blik op de uitvoering van dat
plan. In een beknopt lesje ontstaansge
schiedenis van de Westvlaamse pol
ders vanaf het jaar nul tot nu leren we
hoe de oorspronkelijke veenbodem
door overstromingen en de bewegin
gen van de zee veranderde in een land
schap van kreekruggronden, poelgron-
Scborreweide met
zoute vegetatie.
den en kleiplaatgronden. Het Paddegat is deels op de hoge
re kreekruggronden gelegen, waarop vooral akkerbouw
mogelijk is. Het zuidelijk en noordelijk deel bestaan uit
lager gelegen poel- of kleiplaatgronden met minder egale en
vooral natte weidegronden waarop de veeteelt wordt uit
geoefend. Deze tweedeling zou in de ruilverkaveling uit
gangspunt worden voor de aanpak ofwel de ruggegraat
voor de planvorming. Knelpunt in dit gebied was de slechte
waterbeheersing die uitmondde op de waterloop „Noord
ede" die getijdegebonden was. Andere knelpunten waren
de grote versnippering en de gebrekkige ontsluiting van de
kavels. Ook kwamen er nog een paar kwetsbare zones in
voor, zoals een antennepark van de Radio Maritieme
Dienst. Een verkeerstechnisch knelpunt was het fiets-
verkeer op een gevaarlijke dijkweg.
In 1982 werd het onderzoek naar het nut van een ruil
verkaveling gestart. In 1986 verklaarde de minister de
ruilverkaveling Paddegat nuttig en benoemde een ruilver
kavelingscomité en een commissie van advies. Het comité
startte met het „veldwerk": vervaardiging van de topografi
sche kaarten, klassering van de gronden, opmaken van een
waterbeheersingsplan en zowaar ook een voorzichtig land
schapsplan. Maar in 1990 is de minister blijkbaar gaan
twijfelen aan het werkelijke nut zoals hij dat in 1986 had
vastgesteld, want op grond van de beleidsbrief van 1990
werd ook voor het Paddegat alsnog een multifunctionele
uitvoering opgedragen. Het gehele plan werd opnieuw be
keken, hetgeen leidde tot een groot aantal aanpassingen,
vastgelegd in een nieuw (multifunctioneel) structuurplan
dat dwingend moest worden uitgevoerd.
Er worden ook
hengelplaatsen
217
NGT GEODESIA
1996-5