ander woord is niet van toepassing) voorgezeten door J. Schaart, kwam eerst P. Hoenderdos (Waterleiding bedrijf Midden-Nederland) aan het woord. Hij beschreef de ontwikkeling van het Leidingen Informatie Systeem bij het bedrijf. Als strategie daarbij golden de vier D's: dromen, denken, durven en doen. Hij concludeerde dat grootschalige projecten beheersbaar zijn, maar dat einddoelen niet exact zijn te definiëren. De volgende spreker was A. J. Steinfort van Intergraph Be nelux BV, die op een duidelijke en overtuigende wijze de ontwikkelingen naar Open-GIS uitlegde (zie NGT Geodesia 1996 no. 1). Daarna ging dhr. H. Dahlmans van Oranjewoud in op het thema „Object-georiënteer de gegevensstructuren". Hij gaf een systematisch overzicht van diverse aspecten van geo-informatiesystemen, zowel in het algemeen als voor nutsbe drijven in het bijzonder. De vraag of de object-georiënteerde GBKN als ba sis voor nutsbedrijven nuttig is, liet hij zorgvuldig in het midden. Als afslui ting vertelde F. Rensman (HTM) over de toepassing van een GIS bij het ana lyseren van openbaar-vervoersstromen en -netten in de regio Den Haag. Het programma van de eerste dag werd op aangename wijze afgerond door communicatie-expert prof. A. van der Meijden, die de aanwezigen inzicht gaf in behartenswaardige as pecten en idiote toepassingen van communicatie. Opmerkelijk was een Twentse definitie van communicatie: „kiekikoean, kiekiemiean, kieknwie- noamekoaEn een al jaren oude ty pering van de communicatieproble- matiek bleek nog altijd actueel: „Som mige boodschappen over sommige soorten onderwerpen bestemd voor sommige mensen, hebben onder som mige omstandigheden bij sommige mensen sommige soorten effecten. Maar welke, weten we niet" (1948). Op basis van de eerste dag viel te con stateren dat de lezingen van nogal wis selende kwaliteit waren en dat er wei nig nieuws (en dan nog voorzichtig) werd gepresenteerd. Opvallend afwe zig was het gebruik van het kernbegrip AM/FM; het was al GIS waar het over ging. De tentoonstelling bij de confe rentie was kleinschalig en het bezoe kersaantal was niet zo groot, een ten dens die zich de afgelopen jaren al af tekende. De organisatie en de inzet zijn wel in orde, maar wellicht verdie nen de opzet of de frequentie van de conferentie heroverweging. Ad van der Meer De afstudeerscripties van de TU Delft, Faculteit der Geodesie, zijn te leen bij de bibliotheek, Thijsseweg 11, 2629 JA Delft, telefoon (015) 278 25 60 of 278 25 68. W. Botman (Afstudeerdatum: 23-2-96) Het Duitse bedrijf Topscan GmbH heeft, voor het construeren van nauwkeurige digitale hoogtemodellen (DHM), een techniek ontwikkeld ge baseerd op laserscanning vanuit de lucht. Tegelijkertijd met de laserscan- metingen wordt een opname van het terrein gemaakt met een Hi8 video camera. Dit bedrijf en Geodan Geo desie kwamen met de vraag of het mo gelijk is deze video-opnamen en het DHM te gebruiken voor het maken van ge-orthogonaliseerde afbeeldingen en indien nodig, welke alternatieve opnamesystemen hiervoor kunnen worden gebruikt. Voor het gebruikte Hi8 videosysteem is het antwoord op de vraag negatief. Dit komt door de zwakke ruimtelijke resolutie en door een onvoldoende geometrische en radiometrische kwali teit van de gemaakte ortho-afbeeldin- gen. Drie alternatieve systemen zijn verge leken op hun resolutie, geometrische kwaliteit en radiometrische kwaliteit. De systemen zijn een S-VHS video van Sony, analoge semi-metrische 70 mm camera's en digital still videoca mera's, zoals de DCS420. Ook is een evaluatie gemaakt van aspecten zoals de flexibiliteit van het systeem, de kos ten, de gebruiksvriendelijkheid in data processing en opslag, en de visuele kwaliteit van de beelden. De DCS420, met een geschikte resolutie voor de meeste toepassingen, een goede radio metrische beeldkwaliteit en een hoog gebruiksgemak van de digitale afbeel dingen heeft betere mogelijkheden dan de andere twee alternatieven. De nadelen zijn de nu nog hogere aan schafkosten en de grote vereiste op slagcapaciteit. W. B. Ooms (Afstudeerdatum: 23-2-96) In de scheepsbouw en -reparatie wordt de vorm van een scheepshuid gecon troleerd, respectievelijk bepaald. Dit vindt plaats door op het oppervlak een aantal punten in 3D-coördinaten te bepalen. Hiervoor wordt steeds vaker 3D-tachymetrie gebruikt. Om kwali teitsbeheersing in geodetische zin mo gelijk te maken, wordt een mathema tisch model afgeleid voor 3D-tachy- metrie. In dit model wordt rekening gehouden met een eventuele scheef stand van de tachymeter, omdat in de scheepsbouw het instrumentstelsel doorgaans scheef staat ten opzichte van het scheepsassenstelsel. Uit proef- berekeningen die met dit model van waarnemingsvergelijkingen zijn uitge voerd en relevant zijn voor de scheeps bouw en -reparatie, kan worden ge concludeerd dat de regels die bij 2D- tachymetrie gelden, over het algemeen ook gelden bij 3D-tachymetrie. Naast de bepaling van coördinaten van punten op de scheepshuid is ook een aanzet gegeven voor vormbepaling en -controle met behulp van approxi- matiefuncties. Deze functies worden in het model van 3D-tachymetrie geïmplementeerd en gecombineerd door gebruik te maken van samenge stelde modellen. Omdat bij vormbe paling vooraf niet bekend is hoe het functievoorschrift van een benade ringsfunctie luidt, wordt een methode daartoe beschreven. Uit deze methode blijkt onder meer dat waarnemingen naar punten, die eenmaal worden aan gemeten, toch kunnen worden ge toetst. 231 NGT GEODESIA 1996-5 SCRIPTIES TU DELFT Constructie ortho-afbeeldingen uit video-opnamen en laserscan- metingen Ontwerp en toepassing van 3D-tachymetrie voor technische metingen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 45