De kernfunctie die gebruikt is voor de uiteindelijke geoïde- berekening is de gecombineerde Meissl/Wong Gore- kernfunctie met aftrek tot en met graad 32. Voor een uit gebreide beschrijving wordt verwezen naar [4]. Deze kern functie heeft als eigenschappen dat vrijwel geen afbreekfout wordt gemaakt, en dat tot graad n 32 (A,= 1250 km) voor namelijk van het geopotentiaalmodel gebruik wordt ge maakt. Fig. 5. Nieuwe Neder landse geoïde ten opzichte van WGS84 (in m). Evaluatietechnieken Een ander belangrijk onderzoeksgebied betreft de ver schillende evaluatietechnieken voor de Stokes-integraal (formule 2). Men kan de daadwerkelijke geoïdeberekening op basis van deze integraal doen met numerieke integratie of met kleinste-kwadraten collocatie. Beide hebben bepaal de praktische voor- en nadelen. Wat belangrijker is, is dat ze in theorie hetzelfde opleveren, maar in de praktijk Tabel 1. Transformatie parameters van WGS84 naar Bessel niet. In de praktijk wordt de formule toegepast op de data in het binnenge- bied, terwijl de theoretische oplossing altijd geldt voor integratie over de ge hele aarde. Binnen het onderzoek is aangetoond hoe dit verschil precies ontstaat en hoe groot het kan zijn (meerdere cm over 30 km in Neder land). Omdat met numerieke integra tie een betere oplossing wordt ver wacht, en deze ook praktische voor delen heeft, is met numerieke integra tie over gemiddelde blokwaarden gere kend. Bij deze numerieke integratie is vooral het gebied vlak bij het geoïdebereke- ningspunt van belang. Omdat met ge middelde zwaartekrachtwaarden voor gebiedjes van 3' x 5' (ongeveer 5,5 x 5,5 km) wordt gewerkt, moet de Stokes-integraal daaraan worden aan gepast. Het is daarbij niet voldoende om de Stokes-gewichten (uit de Stokes functie) alleen voor de middenpunten voor de blokgebieden te berekenen. Er moet een voldoende precieze integra tie worden uitgevoerd. Hiervoor is een analytische oplossing gevonden, die zeer precies is. Voor het blok waarin zich het geoïdeberekeningspunt be vindt, wordt daarmee ook automa tisch de singulariteit opgeheven, die bij numerieke integratie-oplossingen altijd problemen oplevert. Geoïderesultaat De uiteindelijke geoïde die is bere kend, bestaat uit vier bijdragen. N N i N2 N£ Ncorr (5) Het eerste deel is de bijdrage van het geopotentiaalmodel, het tweede deel van de binnengebied-zwaartekracht- data. De term NE is de ellipsoïdische correctie (die binnen Nederland van 30 tot 40 cm varieert). De som van deze drie delen levert de gravimetri- sche geoïde op. Deze is uitgerekend ten opzichte van GRS80, wat gelijk mag worden gesteld met WGS84 en ETRS89 voor praktische toepassin- Tx (m) Ty (m) T7 (m) a (rad) P (rad) y (rad) 5 -565,036 -49,914 -465,839 -1,9848 10"6 1,7439 IQ""6 -9,0587 10~6 -4,0772 10~6 194 1996-5 NGT G EO D ES IA

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 8