Hoe rond is de aarde? Intreerede prof. Klees 273 NGT GEODESIA 1996-6 Op vrijdag 26 april 1996 hield prof, dr.-ing. R. A. P. Klees, hoogleraar aan de Faculteit der Geodesie Technische Universiteit Delft, zijn intreerede in de Aula van de TU onder de titel: „Hoe rond is de aardeFysische Geo desie, wetenschap en maatschappij". Hij begon zijn rede met een citaat van de wiskundige Hilbert: „Zolang zich bin nen een tak van wetenschap een over vloed aan problemen aandient, is die vol levenskracht. Een tekort aan problemen betekent de teloorgang of de stopzetting van de zelfstandige ontwikkeling". De hoofdvraag die Klees, die de opvolger is van prof. Rummel, zich stelde, was: in welke fase bevindt de fysische geo desie zich thans? Uiteraard mogen bij zo'n brede vraagstelling het historisch perspectief en de maatschappelijke context niet ontbreken. Tjeu Lemmens, redacteur. De bijdragen die de fysische geodesie aan deze laatste drie aspecten kan leveren, zijn de volgende: klimaatveranderingen hebben onder andere gevolgen voor de hoogte van de zeespiegel. Zeespiegelveranderin gen kunnen worden afgeleid uit satelliet-radarhoogteme tingen en een precieze geoïde. Bovendien moeten, in het kader van „Global Change" ook verticale landbewegin- gen en de relatieve beweging van het land ten opzichte van de zee worden vastgelegd; in de geodynamica is men sterk geïnteresseerd in de mas saverdelingen in de aarde, omdat zij uitsluitsel kunnen bieden over processen als orogenese, aardbevingen en vulkanisme. Hier kunnen precieze zwaartekrachtgege- vens een bijzondere rol vervullen. Het probleem van het bepalen van de massaverdelingen binnenin de aarde is fundamenteel onoplosbaar, maar in combinatie met seis mische data kunnen zwaartekrachtgegevens sterke rand voorwaarden leveren, die tot bruikbare oplossingen lei den; ook voor de oceanografie kan de fysische geodesie een steunpilaar vormen. Eén van de belangrijkste problemen waarvoor men zich in deze discipline gesteld ziet, is het bepalen van de circulatie van watermassa's. Kennis over de gemiddelde dynamische zee-topografie is noodzakelijk om tot inzicht in dit verschijnsel te komen. Deze kennis kan door de fysische geodesie worden geleverd. Binnen het geodetische vakgebied lean men natuurlijk niet om het verrichten van metingen heen. Er is een sterke be hoefte aan nieuwe gravimetrische meettechnieken, die de grote vraag naar een zwaartekrachtsveld van hoge precisie en hoge resolutie als achtergrond heeft. De huidige meet technieken kunnen niet voldoen aan deze zware eisen, maar nieuwe technieken, in het bijzonder „satellite-to-satellite tracking" en satelliet-gradiometrie, zijn daartoe wel in staat. Hoewel de grondslagen van de fysi sche geodesie reeds in de drie vooraf gaande eeuwen zijn gelegd, kunnen we thans sterke theoretische en methodo logische ontwikkelingen waarnemen, die in gang zijn gezet door krachtige impulsen vanuit de computer- en sen sortechnologie. Het maatschappelijke belang van het vakgebied schuilt voor al in de extreem hoge nauwkeurigheid waarmee de geoïde bekend moet zijn voor de huidige plaatsbepalingstech nieken. Daarnaast kan de fysische geo desie belangrijke bijdragen leveren aan het onderzoek naar verwachte kli maatveranderingen („Global Chan ge"), geodynamica en oceanografie. Tenslotte besprak Klees enkele toekomstige ontwikkelin gen, hoewel hij besefte dat het hier om koffiedik-kijken ging. De nieuwe, hoogprecieze meetmethoden zullen on verbiddelijk onvolkomenheden in de bestaande theoreti sche modellen blootleggen. Daarnaast zal de verwerking van al deze data het gebruik van zware computers en ge schikte rekenmethoden noodzakelijk maken. Op beide fronten is nog veel onderzoek nodig. De bovengenoemde onderwerpen vormen onderzoeks gebieden binnen de fysische geodesie waaraan prof. Klees veel aandacht wil schenken. Daarnaast wil hij zich richten op twee onderwerpen, die hij wat minder in het zwaarte punt zette: geofysische exploratie en SAR-interferometrie. De fysische geodesie is kennelijk nog vol levenskracht en een teloorgang van het vakgebied ligt daarom nog ver voor bij elke horizon.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 35