lende gegevensbronnen. Voorbeelden van toepassingen worden besproken, zoals bet gebruik van GIS-bestanden bij de multispectrale classificatie om tot een beter eindprodukt te komen en het gebruik van uit satellietbeelden af geleide gegevens bij het verkrijgen van informatie voor bijvoorbeeld het be palen van de mogelijkheden voor landgebruik. In de laatste twee para grafen wordt ons een doorkijkje ge gund naar de toekomst. Onder de kop Knowledge-based GIS" komen za ken als (semi-)automatische wegen extractie, kennisgestuurde beeldver werking en neurale netwerken aan de orde. Het hoofdstuk eindigt met twee lange tabellen met opsommingen van toekomstige missies en sensoren. Hier kunnen we bijvoorbeeld lezen dat de GLAS (Geoscience Laser Altimeter System) onder meer bedoeld is voor geodetische en gravimetrische metin gen. Elk hoofdstuk sluit af met een uitge breid literatuuroverzicht; in totaal be vat het boek 18 pagina's referenties. Het is opmerkelijk dat remote sen- sing-boeken al snel de indruk wekken een allegaartje van toevallige onder werpen te vormen, waarbij de onder zoekservaringen en pre-occupaties van de auteur belangrijker lijken te zijn voor de keuze van de onderwerpen dan een samenhangend eindprodukt. De breedte van het vakgebied is hier vermoedelijk debet aan. Ook zonder de achterflap te hebben gelezen, kan men aan de hand van de behandelde onderwerpen vaststellen dat de auteur zich binnen zijn beroep vooral heeft beziggehouden met geometrische en thematische aspecten van SAR en met geïntegreerde GISsen. De auteur heeft gekozen voor een pro cesmatige behandeling van de onder werpen, en niet voor de gebruikelijke methodologische. Voordeel van deze behandelingswijze is dat men meer in zicht krijgt in het geheel van de in de remote sensing gangbare processen. Zo vindt men in H.5 de basisprincipes van alle beeldverwerkingsmethoden die in de remote sensing worden ge bruikt om informatie uit digitale beel den te extraheren, overzichtelijk bij elkaar. Het boek is dan ook rijkelijk voorzien van processchema's, in totaal zo'n achttien stuks, waarvan de meeste zelfs paginagroot. Het nadeel is wel dat bij elkaar behorende methoden verspreid worden behandeld. Zo ko men matching-technieken voor, zowel in H.l waarin automatische selectie van paspunten aan bod komt, als in H.4 bij de behandeling van het auto matisch vervaardigen van DHMs, en wordt de Sobel-operator zowel bij de beeldverbetering als bij thematische informatie-extractie behandeld. De thematische rangschikking heeft er ook toe geleid dat de extractie van wegen bij knowledge-based GISsen aan bod komt en niet, wat meer voor de hand zou liggen, bij thematisch in formatie-extractie. Daarnaast komen door deze manier van structurering van de stof de principes van remote sensing niet in H.l aan bod, maar pas in H.5. Het boek is voorzien van een uitge breide index en een 18 pagina's tellen de woordenlijst, waaruit we onder andere leren dat POLDER „POlari- zation and Directionality of Earth's Reflectances" betekent en dat TBC staat voor „To Be Confirmed". Vraagt men zich af wat dit boek toe voegt aan het brede spectrum van al bestaande boeken op dit terrein, dan denk ik dat hier vooral de uitvoerige behandeling van radarsystemen en van de geometrische aspecten van satelliet- beelden moeten worden genoemd. Deze onderwerpen zou men echter wel wat uitgebreider en diepgaander behandeld hebben willen zien, liefst ten koste van onderwerpen die in an dere leerboeken beter en uitgebreider worden behandeld. Maar de uitste kende literatuurverwijzingen maken verdieping gemakkelijk. Men moet de auteur lof toezwaaien voor de proces matige beschrijving van de onderwer pen, waardoor men vele aspecten die behoren bij eenzelfde project, bij el kaar aantreft. Met dat laatste is het boek, dunkt mij, meteen ook meer ge schikt voor beroepsbeoefenaars die meteen aan de slag willen gaan, dan als bronmateriaal voor studiedoeleinden. Hoewel, met de opkomst van het pro- bleemgestuurd onderwijs dat thans volop in de belangstelling staat, zou dat binnen korte termijn weieens an ders kunnen zijn. Ondanks de tekortkomingen is het boek interessant voor geodeten, niet in het minst omdat het een van de eerste boeken is waarin de geometrische as pecten van satellietbeelden op over zichtelijke wijze ruim in het licht wor den gezet. Tjeu Lemmens TECHNIEK S^)KKIA Onlangs introduceerde Sokkia haar nieuwe rio leringslaser SLP200. Deze compacte en robuuste laser beschikt over een zichtbare laserdiode met een krachti ge, zichtbare straal. Door zijn compac te vorm is dit instrument te gebruiken in buizen met een diameter van mini maal 150 mm. Met de ingebouwde Ni-Cd accu kan het instrument gedu rende 30 uur als „stand alone" worden gebruikt. Het instelbereik van de laser loopt van -10% tot +30% en het zelf- nivelieringsbereik van -35% tot 15% (bij een helling van 0%). Het bereik van de richtingsinstelling is 4° naar links en rechts. De laser is 100% stof- en waterdicht, en afgeperst met stik stof. Tevens is deze laser uitgerust met een draadloze infrarood-afstandsbe- diening, waarmee de laserstraal vanaf een maximum afstand van 90 meter in zijwaartse richting kan worden bewo gen. Standaard-accessoires zijn: laadappa- raat, 12V stroomkabel, universeel richtmerk, centreerpootjes en een Ne derlandstalige handleiding. Dit alles past in een robuuste draagkoffer. Inlichtingen: Sokkia bv te Almere, telefoon (036) 532 28 80. 283 NGT GEODESIA 1996-6 Nieuwe Sokkia rioleringslaser

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 45