1996-6
NGT GEODESIA
511 cellen in elke richting. De aan
tallen cellen in de weer fijnere grid-
niveaus worden op dezelfde manier
bepaald (1023, 2047, enz.); zie de
kolommen niveau en echt #cel 1 dim
in fig. 5. De overige kolommen wor
den later uitgelegd;
sta een codering toe gebaseerd op
het aantal niveaus (bijvoorbeeld 5,
8, 11) en domein, zodat de SLC-
methode kan worden geoptimali
seerd voor een gegeven toepassing.
De basis wordt gevormd door een in-
tegeré waarde, omdat deze zeer effi
ciënt in combinatie met een B-tree
kan worden gebruikt in veel databases.
Dit in vergelijking met een eenvou
dige string (tekst) codering van de
SLC-waarde.
De tweede kolom in fig. 5 SLC-
waarde beschrijft het bit-patroon op
de verschillende niveaus. De hogere
grofmazige niveaus hebben meer bits
voor de niveau-aanduiding en minder
voor de „xy' -bits, maar dit is hier ook
niet nodig omdat er ook minder cellen
behoeven te worden geadresseerd.
Merk op dat het eerste bit niet wordt
gebruikt om mogelijke problemen
met negatieve waarden van integer4 te
voorkomen. De kolom #bit grid code
geeft het aantal bits beschikbaar voor
het adresseren van de gridcellen; ,,x"
en „y" bits worden gemengd. De
kolom max #cel l dim geeft het maxi
mum aantal cellen in een dimensie,
gegeven het beschikbare aantal bits.
De volgende kolom echt #cel 1 dim
geeft het echte aantal gridcellen in één
SLC waarde:
#bit
max
echt
Ien
#cel
oorsprong
- 01 's voor niveau
grid
#cel
#cel
cel
per
domein (x)
niveau
- xy's voor Morton-waarde
code
1 dim
1 dim
in m
niveau
in m
1 lxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
NIET GEBRUIKT
-
1 Oxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
NIET GEBRUIKT
0
01 xyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
30
32768
32767
*25 1073676289
-1587,5
1
0011 xyxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
28
16384
16383
50
268402689
-1575,0
2
001 Oxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
28
16384
8191
100
67092481
-1550,0
3
0001xyxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
28
16384
4095
200
16769025
-1500,0
4
000011 xy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
26
8192
2047
400
4190209
-1400,0
5
0000 lOxy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
26
8192
1023
800
1046529
-1200,0
6
000001 xy xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
26
8192
511
1600
261121
-800,0
7
00000011 xyxyxyxy xyxyxyxy xyxyxyxy
24
4096
255
3200
65025
0,0
246
1create table spatial (name char(100), place box, SLC integer4)
2. insert values into table spatial (name=„jan", place=„(0,0,l,2)")
SLC gevuld met database regel; bijv. SLC=115679
3. insert values into table spatial (name=„klaas", place=„(l1,2,2)")
SLC gevuld met database regel; bijv. SLC=113456
4. select from spatial where place overlaps „(0,2,2,3)"
where-clause vertaald in where-clause gebaseerd op SLC:
where (SLC> 100000 and SLC< 150000) or (SLC>200000 and SLC<225000)
or
drachten (fig. 4). Opdracht 1 definieert een tabel met een
SLC-attribuut. Vervolgens worden twee objecten in deze
tabel opgeslagen; zie opdrachten 2 en 3. Op één of andere
manier wordt ook het SLC-attribuut gevuld, bijvoorbeeld
door gebruik te maken van een database-regel die de SLC-
waarde bepaalt aan de hand van het ,,box"-attribuut. In
opdracht 4 wordt een ruimtelijke selectie gedefinieerd door
gebruik te maken van de overlapfunctie met een gegeven
rechthoek. Wederom moet deze opdracht worden vertaald
in de termen van de SLC-waarden.
Hierna worden de details betreffende de bit-codering van
de SLC-waarde beschreven. Vervolgens wordt de pseudo
code voor de functies Compute_SLC en Overlap_SLC
behandeld.
Fig. 4.
Voorbeeld:
gebruik van de
SLC binnen een
database.
SLC bit-codering
Voor de SLC-codering van objecten is alleen de begrenzen
de rechthoek (bbox) nodig, omdat wanneer een object in
een cel van de Field-tree moet passen, alleen de bijbeho
rende rechthoek kan worden gebruikt. Het volgende SLC-
coderingsschema is gebaseerd op integer4\ Fig. 5.
gebruik bit-patronen met variabele lengte voor het adres- De bits in de
seren van gridcellen, want fijnere grids hebben meer bits SLC-codering;
nodig voor de adressering; ORIGIN (0,0),
begin bijvoorbeeld met een grofste grid van „255 bij FINEGRID
255". Het volgende fijnere grid bevat dan 2 x 255 1 25 m.