Statisch
Bereken hoogten voor objectpunten in twee epochen en
trek de gevonden hoogten van elkaar af. Het verschil geeft
de opgetreden deformatie.
Kinematisch
Bepaal een functie van kinematische parameters als snelheid
en versnelling die het gedrag van de objectpunten in de tijd
beschrijft.
Dynamisch
Beschrijf het gedrag van de objectpunten als functie van de
hoeveelheid gewonnen gas en bepaalde eigenschappen van
gesteenten (oorzaak - gevolg).
Relatief
Alleen vervormingen binnen het object worden beschreven.
Absoluut
De optredende bewegingen en vervormingen worden be
schreven ten opzichte van een buiten het object gelegen
stabiele referentie.
met toetsprocedures gecontroleerd of de waarnemingen in label 1.
voldoende mate bij het geplande mathematisch model pas- Methoden voor
sen. Indien nodig worden de waarnemingen verbeterd, deformatie-analyse.
eventueel door overmeten. Dit kan worden samengevat als:
Bepaal door meting (en eventueel overmedng) de waar
nemingen zodanig dat zij in voldoende mate passen bij
het geplande mathematisch model.
Duidelijk zal zijn dat dit alleen mogelijk is indien aan
passing van het netwerk en eventueel overmeten daad
werkelijk mogelijk is. Bij metingen ten behoeve van de
formatie-analyse is dit meestal niet het geval. In de eerste
plaats hebben we vaak te maken met metingen uit het
verleden. In de tweede plaats hebben we te maken met
metingen aan „bewegende" objecten, waardoor overmeten
op een ander tijdstip niet het gewenste resultaat zal hebben.
De alternatieve probleemstelling wordt dan ook:
Bepaal het mathematisch model dat zo goed mogelijk
bij de beschikbare waarnemingen aansluit.
Door iteratieve procedures wordt dit best passende mathe
matisch model bepaald. In eerste instantie wordt een model
aangenomen, waarvan verwacht wordt dat dit redelijk bij
de beschikbare waarnemingen aansluit. Een vereffening en
een toetsing worden uitgevoerd. De toetsing betreft naast
de conventionele alternatieve hypothesen (w-toetsen) ook
een aantal niet-conventionele alternatieve hypothesen. Op
grond van de resultaten van deze toetsing wordt tenslotte
besloten welke van de hypothesen het best bij het waar
nemingsmateriaal aansluit. Deze alternatieve hypothese
wordt vervolgens als model gekozen, waarna de procedure
wordt herhaald, totdat het best passende model is gevon
den. De strategie bestaat uit vier stappen (fig. 2). In elk van
Fig. 2.
De vier stappen
in de gebruikte
strategie.
deze stappen staat de bovengenoemde
probleemstelling centraal. Het vervolg
van dit artikel zal dieper ingaan op
deze stappen.
Planning en ontwerp
Voorafgaand aan de metingen wordt
middels een verkenningsberekening
nagegaan of de meetopzet zal voldoen
aan de doelstellingen. Het ontwerp
van de meetopzet wordt bepaald op
grond van de te verwachten deforma
tiepatronen en de gespecificeerde eisen
ten aanzien van nauwkeurigheid en
betrouwbaarheid. Uiteraard is het
hierbij van belang dat bekend is welke
eisen aan het resultaat moeten worden
gesteld. Men dient te weten welke
deformaties moeten kunnen worden
aangetoond. Dit houdt in dat men een
idee moet hebben omtrent de moge
lijk optredende deformaties. Indien
dit alles inderdaad bekend is, kan met
behulp van de standaard Delftse ma
thematische technieken worden na
gegaan of de meetopzet aan de doel
stellingen zal kunnen voldoen. Indien
dit niet het geval is, dient het net-
ontwerp te worden aangepast aan de
eisen. In de praktijk zal deze stap niet
altijd worden uitgevoerd, omdat men
vaak te maken heeft met reeds be
staande metingen. In deze gevallen zal
men „er het beste van moeten zien te
maken".
Epocheverwerking
Deze analyse van de vrije (fig. 3) net
werken bestaat uit twee onderdelen. In
de eerste plaats wordt het netwerk als
een zogenaamd vrij netwerk vereffend
en intern op mogelijke fouten gecon-
348
1996-9
NGTGEODESIA
Planning en ontwerp
Epoche verwerking
Bepaling deformatiemodellen
Analyse stabiliteit van
referentiepunten