GPS in alle eenvoud Transformatieset 1997-1 GEODESIA op tafel en kon, na goedkeuring, aan de uitvoering worden begonnen. Er kwam een bv in oprichting en de namen LNR (Lokaal Netwerk Referentiesysteem) en Globalcom werden voor Europa gedeponeerd. Ronald werd directeur, maar blijft voor de andere helft van zijn bestaan bij Leica werken; eigenlijk een ideale combinatie. Het Globalcom- programma werd zo uitgebreid mogelijk omschreven en uitgetekend, en een programmeur werd aangesteld. Op 18 januari 1995 werd LNR Globalcom bv officieel opgericht. Er werden contracten opgesteld, programma's gemaakt en uitvoerig getest. Allerlei controles werden ingebouwd. Op 4 juni 1996 werd het voor het eerst aan de buitenwereld ge demonstreerd in het voormalig ITC-gebouw in Delft. Het bedrijf ging van start onder de slogan: Think global... think Globalcom. Directeur Ronald Verdoorn, ondersteund door echtgenote Debbie. Vanaf juli 1996 is LNR Globalcom gevestigd in een riant pand aan de Verrijn Stuartlaan in Rijswijk, waarvan de smaakvolle inrichting de hand van echtgenote Debbie verraadt. In deze comfortabele omgeving wordt het hele systeem uitvoerig gedemonstreerd aan ieder die daarvoor belangstelling heeft, onder andere voor Geodesia zoals uit dit verhaal mag blijken. Hoewel mij even de vrees bekroop geconfronteerd te wor den met een zoveelste versie van een of ander deelnet- werkje, werd uit de duidelijke en enthousiaste toelichting van directeur Ronald Verdoorn al gauw duidelijk dat met LNR Globalcom een opzet is gemaakt voor het eerste en enige landelijk dekkend referentienet voor heel Nederland. Dat een ontwerper in staat is daarvan de voordelen voor de klant duidelijk te maken, is natuurlijk niet zo verwonder lijk. Maar om die voordelen te begrijpen, is enige kennis van de GPS-praktijk wel gewenst. Die geeft Ronald er gratis, compact en overzichtelijk bij. GPS is een navigatie- en plaatsbepalingssysteem, ontwik keld door het Amerikaanse Ministerie van Defensie en sinds 1994 volledig operationeel nu vierentwintig satellie ten met een zodanige frequentie om de aarde cirkelen, dat op elk moment van de dag overal ter wereld van minstens 70 vijf van die apparaten signalen kunnen worden opgevangen door speciale ont vangers. Uit de looptijd van de signa len kan de afstand tussen satelliet en ontvanger worden berekend, en uit vier van die gemeten afstanden kan de positie van de ontvanger zeer nauw keurig worden bepaald. De GPS-techniek is vooral bekend ge worden sinds de Golfoorlog. In de scheepvaart en in de luchtvaart is GPS inmiddels gemeengoed gewor den. Tegenwoordig is elk schip met een GPS-ontvanger uitgerust, zodat de plaats van het schip op eenvoudige wijze kan worden bepaald. Door het plaatsen van een ontvanger op voertui gen is de voertuignavigatie van de grond gekomen en is routebegeleiding mogelijk. Maar ook in de landmeet kunde is GPS niet meer weg te den ken. Met GPS kunnen snel, eenvou dig en zeer nauwkeurig, punten in het terrein ten opzichte van elkaar worden gemeten zonder onderling zichtbaar te zijn. Die metingen kunnen in principe onder alle weersomstandigheden dag en nacht worden uitgevoerd. Met zo genaamde codewaarnemingen kan een nauwkeurigheid van enkele meters worden hehaald, met fasemetingen kan zelfs een nauwkeurigheid van en kele centimeters worden gerealiseerd. Daarbij is de inzet van één of meer referentiestations noodzakelijk omdat bij die nauwkeurigheid altijd relatief wordt gemeten tussen een referentie station en een mobiel station. Men spreekt dan van D(ifferentieel)GPS. De metingen op het referentiestation zijn nodig om de metingen die met het mobiele station gebeuren, te kun nen vereffenen. De daaruit voortvloei ende WGS84-coördinaten kunnen worden omgezet naar RD-coördina- ten en NAP-hoogte. Alle parameters die hiervoor nodig zijn, worden vast gelegd in een transformatieset. Om die te kunnen bepalen, dient veel werk te worden verricht. Een referentiestation dient aan de hand van vier of vijl omliggende kern- netpunten (RD-punten die hiervoor zijn uitgekozen) te worden ingemeten. Het inmeten geschiedt door waarne mingen op dat station te doen en ge-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 24