rondom vrij uitzicht boven de horizon van 15° eleva tie; storingsvrije omgeving, geen radio-interferentie; veilige plaats, zodat continue bewaking niet nodig is; geen indirect signaal ontvangen (multipath); WGS84-coördinaten binnen 10 m bekend; opstelpunt moet stabiel zijn; ontvanger moet op de afgesproken locatie staan; ontvanger moet goed gecentreerd en noordgericht zijn; voldoende intern geheugen of externe data-opslag; standaardvoeding en back-up voeding; antennehoogte gecontroleerd aangemeten; juiste parameters instellen, waaronder antennehoog te- en offset; regelmatige controle op werking van het referentie station tijdens de meting; achterafcontrole of referentiestation tijdens de meting niet is gestoord of verplaatst. lijktijdig metingen te verrichten op de daarvoor uitgekozen kernnetpunten. Uit die waarnemingsuitkomsten in WGS84-coördinaten worden de para meters berekend, die nodig zijn om te transformeren naar RD (en NAP). Het hoeft geen betoog dat het opzoe ken van de RD-punten, de controle daarvan en het meten een tijdrovende bezigheid is, die zorgvuldig moet wor den uitgevoerd. Daarbij moet onder andere worden voldaan aan de eis van goede opstelmogelijkheid en open „zicht" naar alle kanten voor satelliet ontvangst. Ronald doet dit werk vaak (en graag) voor veel klanten die willen overstappen op gebruik van GPS. Juist daarom kan hij beter dan wie ook inschatten welke tijdwinst mogelijk is als dit werk vervalt en de benodigde gegevens via een computerverbinding binnen enkele minuten in de eigen computer van de klant kunnen wor- Serie beeldscherm- plaatjes: den binnengehaald. De gebruiker hoeft in het veld alleen nog maar op te stellen op de punten die hij wil bepalen (grondslagpunten, paspunten of detailmeting). De gebrui ker hoeft de metingen op de kernnetpunten dus niet meer zelf uit te voeren of te laten uitvoeren, wat een behoorlijke capaciteitsbesparing geeft. Hij kan direct aan de slag met het eigenlijke meetwerk, dat door één man kan gebeuren. De opzet voor een landelijk netwerk met een dichtheid van ongeveer 15 km is inmiddels gereed. De software daarvoor is ontwikkeld, dat wil zeggen de referentie-software, data base-software, een sleutelprogramma, een inwinprogram- ma en een off-line programma Globalcom, zodat het mogelijk is een heel netwerksysteem voor GPS-gebruikers te laten functioneren. Abonnees kunnen, afhankelijk van hun abonnement, gegevens via de centrale database (in Rijswijk) direct overbrengen (downloaden) in de eigen database. Met behulp van het programma Globalcom wor den één of meer referentiestations op een bepaalde datum en gedurende een bepaalde tijd geselecteerd en met een druk op de knop worden de gegevens volledig automatisch binnengehaald via een modem en een analoge telefoonlijn of via het digitale ISDN-systeem. Met de software van LNR Globalcom kunnen de meetgegevens dan via post processing worden omgerekend naar RD-coördinaten. In Den Haag loopt op dit moment een project dat gebruik maakt van het referentiestation Rijswijk. Een tweede station wordt in Vlaardingen geplaatst en Ronald verwacht dat van hieruit een regelmatige groei zal ontstaan, zodat binnen afzienbare tijd in West-Nederland een groot aantal gebruikers hiervan gebruik zal maken en abonnementen zullen afsluiten met LNR Globalcom. Via het AGRS-punt op de TU Delft wordt het netwerk van LNR Globalcom voor controledoeleinden aangesloten aan het landelijk grootmazig AGRS-net [2]. Het werkt echt mooi Gezeten aan de fraaie directeurstafel laat Ronald de wer king van het programma zien. Het totale systeem werkt op een WindowsNT-platform (het Globalcom-programma functioneert onder Windows 3.1 en hoger) en heet dus gebruiksvriendelijk te zijn. Het is ook voor niet GPS- deskundigen goed te volgen. Het openingsscherm laat er geen twijfel over bestaan dat het programma Globalcom aan het werk is. Op een tweede beeld verschijnt een kaart van Nederland waarop de provincie dient te worden aan gewezen waarin men een referentiestation zoekt. Om het kggf a. Hoofdmenu: LNR Globalcom. b. Selecteer provincie. c. Helpmenu als het moeilijk wordt. GEODESIA 1997-2 Eisen waaraan een referentiestation moet voldoen ,1, Vlrw/I 1I1I Hl.1,1,, II, 11,1* .I„ml HP Ir* i> Hamers—— fP* fimm-moiy «:>;rb ;7SM? jcTjJKÖKbytes**» f»«f* j Globalcom Help Contents Mhiii Mrnii nnl~m"r.ni«>n Krfrmn f Mn»

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 25