Duurzame ontwikkeling Duurzame ontwikkeling is een onder werp dat sterk in de belangstelling staat, maar waarmee iedereen nog worstelt om er concreet inhoud aan te geven. Het begrip duurzame ontwik keling werd in een historische context geplaatst en in verband gebracht met GIS. GIS kan worden gebruikt bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van milieubewaking, planologie, energie, landbouw, toeris me, verkeer en industrie. Er werden resultaten gepresenteerd van een geza menlijk onderzoek van universiteiten in Portugal, België en Denemarken. In dat onderzoek staat een methodolo gie centraal om met GIS de ontwikke ling van de landbouw te volgen en te sturen. Het European Environmental Agency verzamelt en presenteert gege vens over het milieu in Europa. Het gebruik van GIS blijkt daar nog zeer bescheiden. GIS wordt ook aange wend voor de duurzame ontwikkeling van de Pacific. Voor Afrika staat de noodzaak van het gebruik van GIS voor (duurzame) ontwikkeling als een paal boven water. Veeleer is het de vraag hoe zo goed mogelijk gebruik kan worden gemaakt van bestaande ervaringen met GIS elders en hoe het best kan worden omgegaan met de schaarse middelen van Afrikaanse lan den. Helaas kon de voordracht over de gevolgen van GIS op de landmeet kundige praktijk in Afrika niet door gaan, omdat de spreker geen visum kon krijgen. Aan de hand van voor beelden uit Hongarije, Litauen en Rusland werd de ontwikkeling van nationale grondregistratiesystemen in voormalige Oostbloklanden uiteenge zet. Tot slot kwam een aantal recente ontwikkelingen bij het Griekse kadas ter aan bod. Geo-informatiemanagement Blijkbaar tobben we niet alleen in Nederland met onze identiteit als geo deet. Ook internationaal worstelt men daarmee. Zo ook commissie 3. De commissie draagt de naam Land Infor mation Systems (LIS), maar die term wordt steeds meer vervangen door de term Geographical Information Systems (GIS). De vraag is nu of de naam van de commissie niet aan herziening toe is en of daarmee het werkterrein van de commissie ook niet opnieuw moet worden bepaald. De totale diepte en breedte van GIS levert tal van overlap pingen op met andere commissies. De gedachten gaan ernaar uit de activitei ten van de commissie te concentreren rond het thema Geographical Informa tion Management (GIM). Dat bete kent meer accent op aspecten als poli tiek, management en bestuur, en min der accent op technische zaken en op onderwerpen waarmee commissie 7 Cadastre and Land management) zich ook al bezighoudt. Onder de noemer GIM werden drie voordrachten gehouden. Eén voor dracht ging over standaardisatie, de andere twee over de kaartvervaar diging en het hergebruik van data in Denemarken. De talrijke overeen komsten tussen de Deense en Neder landse situatie waren opvallend. Tot slot kwamen de organisatorische en onderwijskundige aspecten van GIM aan de orde. En verder Bij elk seminar horen een ontvangst borrel en een excursie. De borrel werd aangeboden door de Deense vereni ging van erkende landmeters, die van de gelegenheid gebruikmaakte haar kandidatuur voor de huisvesting van het secretariaat van de FIG nog eens extra voor het voetlicht te brengen. De excursie ging naar de hoofdvestiging van Kampsax/Geoplan, een sterk in ternationaal opererend ingenieursbu reau dat zich ook actief beweegt op de markt van de geo-informatie. Wat vooral opviel, was de uitzonderlijk grote omvang van de fotogrammetri- sche tak van het bedrijf. Roelof Boekhold Op 9 december 1996 vond de Geo- desia-rayonbijeenkomst Zuid plaats met als thema ,,GIS bij het Kadaster" en ,,GIS-gebruik bij integraal water beheer". Onder grote belangstelling, 80 mensen, hielden Marcel Schram (Kadaster) en Ko van Raamsdonk (Waterschap Regge en Dinkel) een lezing over GIS. Uit beide verhalen blijkt dat er steeds meer uniformiteit ontstaat in de begrippen. Marcel Schram onderscheidde vier soorten GIS: registratieve GIS, beheer-GIS (integratie geometrie en administra tie), raadpleeg-GIS en analyse-GIS (integratie en analyse van gegevens bronnen). De laatste twee systemen zijn in opkomst. Trends die Marcel Schram voorziet, zijn D/D-conversie (kwaliteitsverbetering), objectgericht heid, een eenvoudiger te bedienen sys teem, verdwijning van het onder scheid software en data, en het ont staan van open systemen. In de toe komst zal GIS gekoppeld zijn met In ternet. Op dit moment is er nog een aantal problemen zoals een onbe trouwbaar betalingssysteem en een on voldoende performance. Het Kadaster probeert op deze ontwikkelingen in te spelen, zodat zij een voorname rol in de GIS-wereld kan blijven vertolken. Ook bij de waterschappen is GIS in opkomst. Het Waterschap Regge en Dinkel is voortvarend bezig twintig kasten met kaarten digitaal te maken. De relatie kaartgebruik (GIS) en de taken van het waterschap is daarmee wel duidelijk gelegd. Bij het Water schap Regge en Dinkel is besloten dat het kaartmateriaal van het gehele ge bied van liet waterschap (133 000 ha) in vier jaar tijd digitaal dient te zijn. Daarbij zal gebruik worden gemaakt van diverse bestanden van de Topo grafische Dienst. Uit de eerste ervarin gen bij de implementatie blijkt dat een goede projectorganisatie een vereiste is voor invoering. Daarnaast dient de nodige aandacht te worden besteed aan de invoer van de gegevens, het op stellen van procedures en het bewaken van planning/kosten/kwaliteit. Verder meldt Ko van Raamsdonk dat het be langrijk is om geodeten/landmeters in te schakelen bij de invoering van GIS. Hij waarschuwt voor het gevaar van de schijnnauwkeurigheid die het geo metrische deel van GIS digitaal heeft. Bij het waterschap geven ze dan ook een kwaliteitsaanduiding mee (die is gekoppeld aan de schaal van de be standen). Hij voorziet voor de toe komst dat de ToplOvector, de Top50- vector en de GBKN zullen integreren. Een samenwerking tussen de organisa ties die deze verschillende producten vervaardigen, is nu al essentieel. Jan Brinksma Rayonbijeenkomst Zuid

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 48