Fig. 5. Verschillen tussen ijswaterpassingen en secundaire waterpassingen in mm. metingen en de ijswaterpassing op het Ijsselmeer, variëren binnen de centimeter, afhankelijk van de verwerkingspro cedure die voor GPS-metingen wordt gebruikt. Er is nog geen sluitend oordeel over wat de beste verwerkingsproce dure is. Secundaire waterpassingen '9l/'92 Als de hoogteverschillen uit de aansluitingswaterpassingen worden opgeteld bij de uit de ijswaterpassingen bepaalde hoogten van de nulpunten, worden vrije hoogten verkre gen van de peilmerken. Met uitzondering van het merk in Volendam waren alle merken uit de ijswaterpassingen ook opgenomen in een secundair waterpasnet uit 1991/1992. Uit de vrije vereffening van dit net zijn ook vrije hoogten verkregen. De verschillen tussen de vrije hoogten (ijswater passingen - secundaire waterpassingen) staan gegeven in fig. 5. Het verschil in het basispunt Lelystad is hier op 0 gezet (basispunt). De verschillen lijken vrij groot (tot 11 mm), maar moeten worden afgezet tegen de precisie van zowel de optische als de ijswaterpassing. De precisie van de vrije hoogten uit de optische water passingen is redelijk te beschrijven met een 1 D-Baarda-Alberda-vervangings- matrix [3], waarbij de parameter cl 0,2 mnr/km. De precisie van de ijs waterpassingen is in principe af te lei den uit de spreiding van de baakaf lezingen, maar deze is waarschijnlijk te optimistisch omdat er nog systemati sche fouten aanwezig kunnen zijn. Om een indruk te krijgen van de wer- kel ijke precisie van de ijswaterpassin gen kan deze ook worden afgeleid uit de F-toets bij een aansluitingsvereffe ning. Als aangenomen wordt dat de vrije hoogten uit de ijswaterpassingen onafhankelijk zijn, kan hiervoor een standaardafwijking worden geschat van 1,7 mm plus een extra variabele toeslag voor de aansluitingswaterpas singen. Deze waarde werd gevonden voor beide ijswaterpassingen door de waarde te verstellen tot een F-toets- waarde wordt gevonden van 1Gezien het tijdsverschil tussen de secundaire waterpassingen en de ijswaterpassin gen mag wel enige beweging van de merken worden verwacht. De stan daardafwijking zou dus zelfs nog wat lager kunnen zijn. Als de ijswaterpassingen worden ver taald in een waterpasnet, kan het beste een vergelijking worden gemaakt met een sterconstructie. Vanuit een fictief punt in het centrum van het meer lopen dan waterpaslijnen naar de sta tions. Primaire waterpaslijnen met een standaardafwijking van 0,64 mm per wortel kilometer zouden een lengte van 7 km hebben om op een standaardafwijking van 1,7 mm te komen. Ter vergelijking: de grootste afstand over het Ijsselmeer (van Lely stad naar Kornwerderzand) is onge veer 60 km. 5e NWP In 1996 is een start gemaakt met de 3e NWP [2]. De eerste optische water passing vond plaats op 5 augustus 1996, de eerste hydrostatische water passing is gestart in maart 1996. Hoe- 260 1997-6 GEODESIA Kornwerderzand Den Oever IJSSELMEER Medemblik Oudemirdum Hoorn Kamperhoek MARKERMEER Volendam Lelystad Marken Blocq van Kuffeler CAN 97031202 IJswaterpassingen in Nederland jaar locatie omschrijving/ toepassing 1795-1810 Holland diverse ijswaterpassingen van Kraayenhoff 1963 Ijsselmeer gebruikt in de berekening van de 3e NWP 1972 kanaalpanden Groningen controle van NAM-waterpassing 1976 kanaalpanden Groningen controle van NAM-waterpassing 1979 Ijsselmeer controle van 4e NWP 1996 Ijsselmeer wordt gebruikt in 5e NWP 1997 Markermeer wordt gebruikt in 5e NWP

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 12