In het vervolg van dit artikel worden deze onderwerpen kort behandeld, waarna wordt besloten met een aantal conclusies. Analoog/digitaal Het eerste onderwerp dat in het interview is besproken, was de vraag of bij het onderzoek naar de huidige stand van zaken van commercialisering analoge informatieproducten buiten beschouwing kunnen worden gelaten. In zijn alge meenheid onderschrijven de respondenten dat in de toe komst met name digitale GI-datasets voor uitwisseling en commercialisering in aanmerking komen. Voor de huidige stand van zaken is analoge informatie echter nog steeds van groot belang. In de eerste plaats werd daarbij gewezen op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB) en de Wet Persoonsregistraties (WPR) die zich beide niet beperken tot digitale informatie. In de tweede plaats werd de burger als afnemer van informatie genoemd, die zijn informatie van de overheid nog vrijwel altijd in papiervorm ontvangt en zelden digitale informatie afneemt. Voorbeelden hier van zijn informatieverstrekkingen van Kadaster en gemeen ten aan burgers. In de derde plaats blijkt dat er op dit moment aanzienlijke inkomsten afkomstig zijn van de leve ring van analoge informatie. Bijvoorbeeld de Topogra fische Dienst (TDN) genereert 30% van zijn inkomsten door de levering van analoge producten in de civiele sector (voornamelijk kaarten). De Meetkundige Dienst wil het digitaal gebruik van informatie stimuleren en ontmoedigt daarom analoog gebruik door hiervoor een hogere prijs te vragen. In zijn algemeenheid heeft digitale informatie volgens de respondenten grote gebruiksmogelijkheden door zijn kopieerbaarheid en combineerbaarheid met an dere bestanden. Opbouw van GI-datasets: primaire taak of bijproduct De opbouw van GI-datasets is voor een deel van de organi saties in het GI-werkveld een primaire taak. Bijvoorbeeld het Directoraat Generaal Milieubeheer (DGM) van VROM heeft als taak een Emissie Registratie te voeren. Het Nederlands Instituut voor Geo-technologie (NIGT) registreert de gegevens over de diepe ondergrond van Nederland. Het Kadaster, de Topografische Dienst, het CBS en ten dele de Meetkundige Dienst van de RWS zijn „informadefabrieken" die als primaire taak de opbouw, bijhouding en distributie van datasets en informatie heb ben. Ook bij gemeenten en provincies zijn datasets aan wezig, die vanuit een primaire taak zijn opgebouwd. Voor beelden hiervan zijn het GBA en vastgoedbestanden bij de gemeenten en monitoring-informatie op het gebied van natuur en milieu bij de provincies. GI-datasets worden door veel instanties als grondstof voor de primaire taak gebruikt of vormen een bijproduct van een primaire taak. Instanties als de RPD, de dienst Land inrichting en Beheer Landbouwgronden, het CBS, pro vincies en DLO-SC zijn gebruikers van GI-datasets die zij als grondstof van anderen betrekken. Zo heeft bijvoorbeeld het ministerie van VROM het beleid om zelf geen GI-datasets op te bou wen, maar deze in principe te betrek ken van derden. Bij vrijwel elk van de ze instanties ontstaan uit het gebruik, ondermeer door combinatie met an dere informatie, nieuwe GI-datasets als bijproduct. Beschikbaarheid van GI-datasets en beperkingen daarvan Slechts een beperkt aantal instanties stelt in principe alle GI-datasets die zij hebben al dan niet tegen een prijs ter beschikking aan derden. Voor beelden hiervan zijn DLO-SC en en kele provincies. GI-datasets die de overheid in huis heeft, zijn dus niet altijd beschikbaar voor derden. Geo-informatie In de eerste plaats kan dat beleid van in een doorsnee de beheerder zijn. Door een aantal huishonden, respondenten is aangegeven dat som mige beheerders datasets liever intern houden en niet extern beschikbaar stellen. In een aantal gevallen is men expliciet afhoudend om datasets te leveren. Het extern gebruik van data sets kan lastig en bedreigend zijn. Bij „lastig" moet men bijvoorbeeld den ken aan het werk en de nazorg die levering van een dataset met zich kan meebrengen. Extern gebruik van da tasets wordt als „bedreigend" ervaren als de informatie door derden wordt gebruikt in een politiek besluitvor mingsproces of „ter controle" van het beleid van een overheidsinstantie. In de tweede plaats kan de beschik baarheid van datasets worden beperkt doordat bronhouders van de dataset of van delen van de dataset dit hebben 252 >997-6 GEO DES IA

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 6