vlak- lijn- punt- object object object face links rechts edge begin eind node ligt op I :N relatie N:M relatie In hoeverre deze aanduidingen correct zijn, is eigenlijk afhankelijk van de gebruikte gegevensstructuren. Oor spronkelijk waren deze eenvoudig en werden alleen nodes en edges of chains als geometrische elementen gebruikt. Voorbeelden van een mono-coding structuur en een multi-coding struc tuur voor de opslag van vlakdekkende themaklassen zijn afgebeeld in fig. 3. Later werden, mede onder invloed van het streven naar opslag van meer themaklassen, ook faces als geometri sche elementen gebruikt. Een voor beeld van een dergelijke gegevens structuur voor de opslag van meer vlakdekkende themaklassen is afge beeld in fig. 4. Bij opslag van één the maklasse in een dergelijke gegevens structuur zijn de geometrische ele menten via de faces slechts gerelateerd aan één vlak-object, en is er dus inder daad sprake van mono-coding. In de praktijk zal deze variant niet vaak voorkomen, omdat deze gecompli ceerder is dan multi-coding op basis van edges zonder dat er voordelen tegenover staan. Overigens zouden de vlak-objecten en faces al snel in één ta bel worden ondergebracht, waardoor er een multi-codingstructuur over blijft, die vergelijkbaar is met een mul ti-codingstructuur op basis van edges. Toch wordt in zulke gevallen vaak nog de aanduiding mono-coding gehan teerd. Bij opslag van meerdere thema klassen in een dergelijke gevensstruc- tuur zijn de faces aan meer vlak-objec- ten gerelateerd en is er wel sprake van multi-coding. Overigens hebben de begrippen mo no-coding en multi-coding niet alleen Fig. 5. Single/Multi valued vector map. betrekking op de relaties van geometrische elementen met vlak-objecten, maar ook op die met lijn- en punt-objecten, zoals ook blijkt uit het volgende. Een met mono-coding en multi-coding vergelijkbaar onderscheid wordt tot uitdruk king gebracht in de zogenaamde single-valued vectormap en multi-valued vectormap [2]. Voor de single-valued vector map bestaat een formele data-structuur, waarin één thema klasse voor vlak-objecten, één voor lijn-objecten en één voor punt-objecten zijn ondergebracht (fig. 5). Hierin zijn zowel faces als edges en nodes aan een object gerelateerd. Door de faces, edges en nodes aan meer objecten te relate ren, kan deze structuur worden gegeneraliseerd tot een multi-valued vectormap, waarin meer themaklassen van elk objecttype kunnen worden ondergebracht [3]. In dit artikel zal de oorspronkelijke benadering worden aangeduid met edge-mono-codingen edge-multi-coding, en de latere benade ring met face-mono-codinge. n face-multi-coding. Implementatiemodellen Aan de hand van een eenvoudig voorbeeld zal worden ge ïllustreerd hoe de opslag er volgens de verschillende syste men in een relationele database kan uitzien. Deze toe passing betreft fragmenten uit twee vlakdekkende thema klassen. In het voorbeeld zijn dat kadastrale percelen en grondsoorten die betrekking hebben op hetzelfde gebied (fig. 6). De relationele database is telkens gebaseerd op het eerder afgebeelde model en bestaat uit een node-tabel, een edge-tabel, eventueel een face-tabel, en een tabel voor de vlak-objecten. De relaties tussen de geometrische elemen ten onderling, hier alleen nodes, edges en soms faces, zijn ondergebracht in de volgende kolommen van de edge- tabel: BP (beginpunt), EP (eindpunt), FL (face-links) en FR (face-rechts). De overige relaties worden per voorbeeld Fig. 6. besproken. Face-mono-coding wordt niet apart verklaard Voorbeeld, omdat deze sterk overeenkomt met edge-multi-coding. AA DD YY XX CC YY BB AA XX I8\ DD 301 GEODESIA 1997-7/8 CC 12 13 BB 16 17 IS VII 11 12 13 VI 21 31 32 22 11 in IV 14 15 16 17 VIII

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 9