met betrekking tot de onverplichte verstrekking van in formatie geen onderscheid te worden gemaakt naar type afnemer. Dit onderscheid is bij de verstrekking van over heidsinformatie onnodig complicerend. Dit standpunt wijkt af van de „Methode voor kostenverrekening van de informatievoorziening in de openbare sector", die is opge steld door het ministerie van BIZA. Deze methode heeft in de praktijk van de geo-informatie geen navolging gekregen. Op dit moment blijken inkomsten uit de verkoop van overheidsbestanden vrijwel uitsluitend afkomstig te zijn uit verkoop aan andere overheden. Voorbeeld hiervan is het ToplOvector-bestand van TDN. Bij de verkoop van licen ties voor ToplOvector maakt TDN geen onderscheid naar type afnemer. Op 7 augustus 1997 heeft de klankbordgroep van het Ravi- bedrijvenplatform eveneens gediscussieerd over de kabi netsnota. In deze discussie werd uitgesproken dat van harte wordt ingestemd met de passage van de kabinetsnota waar in wordt gesteld dat „met name het bedrijfsleven in staat zou zijn op basis van bestandsgegevens van de overheid allerlei nieuwe informatieproducten en -diensten te ont wikkelen. Het belang is groot: juist van de informatie verwerkende sector wordt de komende jaren de grootste bijdrage verwacht aan de economische groei en werkgele genheid". De klankbordgroep vindt dat de nota de kansen voor het bedrijfsleven op dit punt onvoldoende heeft uit gewerkt. Men is van mening dat het toegankelijk maken van gegevensbestanden van de overheid in principe kan plaatsvinden door de markt, zeker daar waar dit gebeurt voor andere taken dan de eigen publieke taak van de over heid. Het bedrijvenplatform wil met concrete suggesties komen welke gegevensbestanden van de overheid naar zijn mening laagdrempelig beschikbaar zouden moeten worden gesteld, gezien de kansen van het bedrijfsleven voor verrij king van deze bestanden. Tevens wil het bedrijvenplatform voor deze bestanden een economische impactanalyse uit voeren om bij wijze van voorbeeld te laten zien welke eco nomische effecten laagdrempelige beschikbaarheid en ver rijking door het bedrijfsleven zou opleveren. Tenslotte ondersteunt de klankbordgroep van harte de betrokken heid van de Ravi in de verdere discussie rond de kabinets nota en de uitwerking daarvan. Ravi-betrokkenheid bij de uitwerking van de kabinetsnota De kabinetsnota presenteert beleidsvoornemens voor de komende jaren. De Ravi zou een rol kunnen vervullen bij Omdat het toekomstige overheidsloket 2000 niet de over heidsorganisatie maar burgers en bedrijven als uitgangs punt neemt, zal bij de bepaling van het daarin aan te bieden pakket moeten worden uitgegaan van de overheid zoals de klant die definieert. Onderzoek moet daarom uit wijzen welke vraagpatronen er te onderkennen zijn. (Bron: BIOS-3 nota: Terug naar de toekomst, 1995.) 382 het realiseren van de beleidsvoor nemens. De bijdrage van de Ravi kan betrekking hebben op de volgende punten: bijdrage aan de discussie over de ver dere vormgeving van het kabinets beleid; toegankelijkheid van GI voor pu blieksvoorzieningen (scholen, bi bliotheken en buurthuizen); kennisoverdracht van voorlopers bij het gebruik van de elektronische snelweg aan starters. Dit zou bij voorbeeld kunnen plaatsvinden bij het Clearinghouse (NCGI). De Ravi geeft een officiële reactie op de kabinetsnota en zal deze reactie zenden aan de verantwoordelijke be windslieden van BIZA en VROM, en de vaste kamercommissies van BIZA, VROM en EZ. Begin september 1997 is een bijeenkomst gepland met ka merleden uit de betreffende kamer commissies. Daarnaast wil de Ravi zijn opvattingen over de kabinetsnota be spreken met de staatssecretarissen Tommei van VROM en Kohnstamm van BIZA. Tijdens deze bespreking Terug naar de 1997-9 GEODESIA Een reactie van het Ravi-bedrijvenplatform Over het gebruik van Ministerie van Binnenlandse Zaken nformatic fin tOekOITISt

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 32