Grontmij Geogroep uiterst sceptisch. Ze willen wel onder zoeken of ze gebruik kunnen maken van eikaars docenten, maar onderstre pen dat de eigen identiteit van de op leidingen overeind moet blijven. En dan is er nog het probleem van de huisvesting: Geodesie en TA liggen nu een kwartier fietsen uit elkaar. De twee opteren voor nieuwbouw rond Civiele Techniek. Op hetzelfde terrein moet dan ook ruimte worden gemaakt voor TNO-bouw en het Nationaal Insti tuut voor Technische Geoweten- schappen; beide instituten willen zich bij het nieuwe cluster Civiele Tech niek en Geowetenschappen vestigen. Het college van bestuur heeft toege zegd deze huisvestingsmogelijkheden te onderzoeken". Hoe breng ik twee heel verschillende werelden, de bouwwereld en de GIS- wereld, bij elkaar? Dat was de pran gende vraag voor de organisatoren van de gecombineerde vakbeurs AEC Ex po en GIS Amsterdam, die voor de tweede maal plaatsvond op 9 en 10 september 1997 in de Rai. Ik zeg het meteen maar ronduit: deze vakbeurs was een tegenvaller. Waaraan lag dat? Aan de exposanten zeker niet. De belangrijkste in Neder land werkzame GIS-fabrikanten en applicatiebouwers waren aanwezig. Zij zetten hun beste beentje voor en de monstreerden vol verve hun nieuwste producten, waarbij zware discussies niet uit de weg werden gegaan. Waaraan lag het dan wel? Ik denk aan de formule. „Veel van de bezoekers die voor de AEC naar Amsterdam komen, hebben - of krijgen - ook met Geografische Informatie Systemen (GIS) te ma ken", zo opent de beursbrochure haar wervende offensief. Dat is waarschijn lijk een terechte constatering, maar of deze meteen moet leiden tot een ge combineerde vakbeurs, valt sterk te betwijfelen. Degenen die werkzaam zijn in de technische bouwautomatise- ring, zullen ook met veel andere infor matiesystemen in aanraking komen, bijvoorbeeld de kantoorautomatise ring, zonder dat deze verwantschap noodzakelijkerwijs zal leiden tot een gemengde vakbeurs. De verwantschap tussen CAD-pakketten voor bouw constructiedoeleinden en GlS-pakket- ten heeft iets kunstmatigs en gefor ceerds en dat was tijdens de beurs dui delijk te merken. Ook heeft de houding van de organi satoren aangaande GIS vermoedelijk een rol gespeeld. „GIS is een relatief jong vakgebied dat zich tot voor kort veilig schuilhield op de universitaire Olympus in plaats van af te dalen naar het alledaagse niveau van de gebrui ker", aldus één van de organisatoren. „In die houding is nu een kentering gekomen". Iedereen die een beetje in het vak zit, weet dat zulke uitspraken pure demagogie zijn. Waarom moet GIS eigenlijk naar de vakbeurzen van de bouwwereld wor den gebracht, zo kun je je afvragen. Deze vraag is des te pijnlijker wanneer men beseft dat er in Nederland al vele jaren een schitterende vakbeurs op het terrein van GIS en alles wat daarmee samenhangt, bestaat. Dat is de drie daagse vakbeurs van de Stichting Geo- desia, die om de twee jaar in de Jaar beurs van Utrecht wordt gehouden. Deze vakbeurs wordt ook dit jaar ge houden van 22 t/m 24 oktober. Twee vakbeurzen in Nederland, waar in GIS een centraal thema vormt, in nog geen twee maanden tijd! Dat is te veel van het goede! Dat is zonde van tijd, geld en energie, vooral voor een vakgebied „dat zich tot voor kort veilig schuilhield op de universitaire Olympus". Wanneer de Nederlandse bouwwereld steeds meer te maken krijgt met GIS, dan is het goed wan neer zij op de hoogte wordt gesteld van het bestaan van de specialistische Geodesia-vakbeurs en dat zij hiervoor wordt uitgenodigd. Om de oplossing te zoeken in het aanschuiven van een aantal GIS-stands aan de AEC Expo- dis, is geen goede zaak, doet het GIS- imago geen goed en zal sommige ex poserende bedrijven tot een keuze over deelname aan de ene of de andere vak beurs dwingen. Tjeu Lemmens Smallworld Systems bv en Grontmij Geogroep bv hebben een interface ontwikkeld tussen de field-GIS appli catie PenMap en het Smallworld-GIS. De koppeling maakt het mogelijk om geselecteerde gegevens uit het GIS op een pencomputer mee naar buiten te nemen, in het terrein met PenMap te muteren en terug in het GIS te Iaden waar zij worden beheerd. Bij de uit wisseling tussen PenMap en Small- world-GIS blijft het datamodel van het GIS volledig intact. Om de inwin ning van zowel administratieve als geometrische gegevens eenvoudig en efficiënt uit te voeren, kan de user- interface van PenMap door de gebrui ker worden ingericht op zijn specifieke taak. Ter ondersteuning van het in- winningsproces voorziet PenMap bo vendien in on line koppeling met meetinstrumenten, zoals tachymeters, GPS-ontvangers, maar ook chemische sensors en digitale camera's. De ont wikkelde interface biedt alle voordelen van een Field-GIS in combinatie met de uitgebreide mogelijkheden van het Smallworld-GIS. Zo kunnen GIS-ge- gevens op een efficiënte manier up-to- date worden gehouden. Inlichtingen: Smallworld Systems bv, telefoon (010) 442 20 60, Grontmij Geogroep bv, tel. (030) 634 48 02. qpy SPY bv te Zaltbommel introduceert een nieuw softwareproduct: SPYxs, een toolkit voor GeoPresentatie. Met SPYx s wordt informatieverstrekking via de digitale kaart bruikbaar. In SPYxs worden administratieve gegevens met geografische data gecombineerd, waardoor deze beter beheerbaar en toegankelijk worden. Met behulp van SPYxs kan men nu zelf eenvoudig maatwerkoplossingen maken voor de ruimtelijke informatie-distributie bin nen en buiten een organisatie voor: raadplegen van GIS-gegevens via netwerk, Intranet én Internet; beschikbaar maken van alle ruimte- 1997-10 GEODESIA VERSLAGEN GIS Amsterdam 97 PenMap verzamelt gegevens voor Smallworld Toolkit voor GeoPresentatie

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 54