Astro-geodesie in Nederland Controle van de gravimetrische geoïde met stermetingen physical geodesy, geoid, background fysische geodesie, geoïde, achtergronden Precies honderd jaar geleden zijn onder leiding van de Utrechtse hoogleraar in de sterrenkunde, professor Oudemans, astro-geodetische waarnemingen verricht op dertien verschillende primaire stations in Nederland ter oriëntatie van de Bessel-ellipsoïde die in Nederland wordt gebruikt voor het Rijksdriehoekssysteem (RD). Honderd jaar later gaan Utrechtse sterrenkundigen wederom astro-geodetische waarnemingen verrichten. Ditmaal ter ondersteuning van de gravimetrische geoïde waarvoor momenteel extra geodetische metingen worden uitgevoerd in de 5e Nauwkeurigheidswater passing in het kader van de Rijkswaterstaat [8], Met dit artikel worden de achtergronden en de opzet van dit astro-geodetische project geschetst. De zwaartekracht is de kracht die door de aarde wordt uitgeoefend op een massa die binnen ol buiten de aarde is gelegen. Hij kan worden ontbonden in twee componenten: een Newton iaanse aantrekkingskracht en een cen trifugale kracht die door de aswente ling van de aarde wordt veroorzaakt. De zwaartekracht is de resultante van de aantrekkingskracht en de centri fugale kracht. Deze laatstgenoemde kracht is het grootst nabij de equator en haar richting is tegengesteld aan de aantrekkingskracht; bij de polen is deze centrifugale kracht nul, waardoor de zwaartekracht aan de polen iets groter is dan aan de equator. Hieruit volgt dat de aarde niet volkomen bol vormig is, maar een ellipsoïde welke is afgeplat aan de polen. In werkelijkheid is de aarde geen zui vere ellipsoïde, maar heeft zij een on regelmatige vorm. Dit blijkt uiteraard door de aanwezigheid van bergen en dalen en van vasteland en oceanen. ing. F. H. Schreutelkamp, Stichting De Koepel, sterrenwacht Sonnenborgh te Utrecht. Het volgt ook uit zwaartekrachtmetingen. Afwijkingen van de normale waarde van de zwaartekracht, die overal op aarde worden aangetroffen, bewijzen dat de verdeling van de massa's in de aardkorst en het inwendige van de aarde niet volkomen regelmatig is. De vorm van de aarde wordt daardoor beïnvloed, zodat zelfs het gemiddelde niveau van de oceanen en de zeeën een onregelmatig oppervlak blijkt te zijn. Zwaartekracht, geoïde en schietloodafwijkingen Evenals bij elektrische en magnetische krachten kan men bij de zwaartekracht spreken van een potentiaal. Dit is de arbeid die nodig is om de eenheid van massa, tegen de werking van de zwaartekracht in, van een bepaald punt naar het oneindige te brengen. Punten waar de potentiaal even groot is, zijn gelegen op equipotendaalvlakken. Zo'n equipotentiaalvlak wordt een geop genoemd en het water pas, in vaktermen „niveau" geheten, stelt zich altijd even wijdig naar deze equipotendaalvlakken. Daaruit volgt dat het gemiddelde niveau van de oceanen en de zeeën ook een equipotentiaalvlak is. Dit equipotentiaalvlak, dat de geoïde wordt genoemd, kan worden doorgedacht onder (en boven) de continenten en op die manier worden be schouwd als de grondvorm van de aarde (zie kader). Midden vorige eeuw slaagde de Engelse fysicus G. G. Stokes (1819 - 1903) erin een theorie op te stellen waarmee, geheel onafhankelijk van graadmeting en astronomische waar nemingen, uit zwaartekrachtanomalieën de geoïde op directe wijze is te bepalen. Voorwaarde voor de toepassing van de theorie van Stokes is echter wel dat de zwaartekracht over de gehele aarde bekend is. Aanvankelijk geschiedden deze waarnemingen met behulp van pendulum zwaarte krachtmeters, waarbij de grootte van de zwaartekracht wordt afgeleid uit de slingertijd van een in een verticaal vlak bewegende slinger. Om een hoge graad van precisie te be halen, moeten bij deze slingerwaarnemingen allerlei storen de invloeden worden geëlimineerd, waardoor één zwaarte krachtmeting, en de uitwerking daarvan, veel tijd vergde. GEODESIA 1997-10 KEYWORDS TREFWOORDEN

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 5