A
Conclusies
Al in een vroeg stadium is door de MD besloten om laser-
altimetrie in te zetten voor een groot aantal toepassingen.
Dit besluit werd mede ingegeven door de wetenschap dat
deze techniek grote voordelen zou bieden boven de con
ventionele methoden, in termen van snelheid, operationa-
liteit en detail. Tegenwoordig kunnen, met name door de
hogere puntdichtheden die door systemen als TopEye en
TopoSys haalbaar zijn, gebouwen, bomen, terreinvormen
en talloze andere details worden onderscheiden. Laseralti-
metrie levert, met relatief weinig kosten, een informatie-
rijke 3D-weergave van het terrein op, die op dit moment
terecht in de belangstelling van een groot aantal klanten
staat. Het hierbij op de loer liggende gevaar van versnippe
ring en wildgroei is voor de MD een extra reden om nauw
bij de techniek van laseraltimetrie betrokken te blijven,
omdat die nog niet volledig operationeel is.
In de eerste plaats betreft dat de kwaliteit van de meetopzet.
Over de wijze waarop uit laser-, INS- en GPS-metingen de
hoogte van een terreinpunt wordt gemeten, is niet genoeg
bekend. Of wellicht wat correcter geformuleerd: de kennis
is er wel, maar zit niet bij de juiste mensen. De systemati
sche hoogtefouten ten gevolge van onnauwkeurigheden in
de grondslag en GPS/INS-metingen worden door de leve
rancier onvoldoende in de hand gehouden. De overeen
gekomen kwaliteit wordt te vaak niet gehaald en, wat erger
is: achteraf blijken geen middelen voorhanden te zijn,
waarmee vastgestelde fouten te corrigeren zijn. Op dit
moment neemt de MD stappen voor het ontwerpen van
een meetopzet die in samenwerking met de leveranciers tot
stand dient te komen teneinde te garanderen dat in ieder
geval alle systematische louten worden teruggebracht tot
een niveau dat minimaal vergelijkbaar is met dat van foto-
grammetrie.
Ook de filtering is vatbaar voor verbetering. In reliëfrijk
gebied is opvoering van de puntdichtheid hierbij de eerste
stap. Daarnaast moet worden gewerkt aan:
filterprocedures;
terreinmodellering;
koppeling met additionele thematische gegevens;
mede beschouwen van laserinformatie zoals pulsvorm,
puntdichtheid en intensiteit.
In alle gevallen blijft een complete en gedegen visuele in
spectie van het laser-DHM onmisbaar. In laatste instantie
zal nog altijd moeten worden geaccepteerd dat er in Neder
land terreintypen zijn, zoals met dichte vegetatie bedekte
duinen, waar blijkbaar geen enkele laser raad mee weet en
waar met een lage geometrische kwaliteit genoegen moet
worden genomen, of waar aanvullende metingen nodig
zijn.
Op basis van het voorgaande, met name de inzet voor het
meten van kusthoogten, kan worden afgeleid dat laseralti
metrie nog niet altijd voor alle terreintypen de betrouw
baarheid heeft van bijvoorbeeld een techniek als fotogram-
metrie. En waar voor fotogrammetrie in de loop van vele
jaren handboeken tot stand zijn gekomen, moet hieraan
voor laseraltimetrie nog worden be
gonnen. Maar na negen jaar ervaring
is het in ieder geval een stuk duide
lijker hoe de eerste hoofdstukken eruit
moeten zien.
Comparison of DEM measuring
techniques
Since 1988 the Survey Department of
Rijkswaterstaat has gained experience
with laser altimetry as a method for
measuring DEMs. The abilities of this
relatively new and complex technique
are superior compared to other techni
ques. However, the limits of the method
are unknown error sources andfiltering.
[1] Lindenberger. J., Laser-Profil-
messungen zur topographischen
Gelandeaufnahme. Deutsche
Geodatische Kommission,
1993.
[2] Huising, E. J., R. W. L. Jordans,
F. M. Spruijt, E. M. J. Vaessen,
R. J. Wicherson, J. F. Zomerdijk,
M. van Persie, Framework Digital
Elevation Models Dutch Coast.
NRSP project 2.2/TO-05, NRSP
report 96-15, september 1996.
[3] Heerd, Rene van, Lucas Janssen,
Luisa Pereira, Van lasergegevens
naar DTM. Rapportage project
7179 Meetkundige Dienst, maart
1997.
[4] Bollweg, A. E., E. M. J. Vaessen,
Extractie van strandprofielen uit
laseraltimetrie. Resultaten van
laseraltimetrieprojecten van 1996.
Meetkundige Dienst van de
Rijkswaterstaat, juli 1997.
[5] Wouters, W. J. C„ Actueel
Hoogtebestand Nederland.
Geodesia 1997 no. 10,
p. 433 -438.
490
I997-"
GEODESIA
Summary
Literatuur