A TU Delft een indruk moesten geven van de stand van zaken bij het Kadaster op het gebied van de geautomatiseerde gegevensregistratie. Om twee uur werd het gezelschap van een kleine vijftig leden ontvangen op het Kadasterkantoor, waarbij onder het genot van een kop koffie of thee de eerste contacten werden gelegd tussen de aanwezigen. Om half drie opende ir. R. M. Kathmann van de rayon commissie de bijeenkomst en na een korte introductie gaf hij het woord aan mevrouw Van de Boogaard. Zij pre senteerde vervolgens de stand van za ken op het gebied van de geautomati seerde systemen AKR/HYP en LKI en de weg die gevolgd gaat worden om deze twee systemen aan elkaar te kop pelen onder de naam „Kadastraal Vastgoed Systeem" (KVS). De eerste demo werd ingeleid en ge presenteerd door mw. Margot Quist. Zij liet de genodigden aan de hand van een aantal opgeslagen gegevens in een GIS-omgeving zien welke mogelijk heden er zijn om deze gegevens op ver schillende manieren te presenteren. Naast een directe koppeling van AKR en LKI-gegevens zijn daartoe naast de kadastrale kaart ondergronden toege voegd als de GBKN, Top-25 raster- bestanden en luchtfoto's. Tevens was er op objectniveau nog digitaal foto materiaal toegevoegd om een makelaar bijvoorbeeld een pand op het scherm te laten zien. Behalve mooie plaatjes kon ook bepaalde thema-informatie worden opgeroepen. Zo is het moge lijk om per gemeente, maar ook op la ger niveau per postcode, een beeld te geven van gemiddelde koopsommen per verkochte woning. Alle informatie die op een of andere manier is opgesla gen in het AKR en het Hypotheken- register, kunnen thematisch worden gerangschikt en gepresenteerd op een LKI-ondergrond. Vervolgens nam Gerard van de Burg ons mee op een on-line verbinding met de kadastrale database waarin het mogelijk is om te zoeken op object (het perceel) en op subject (de belang hebbende). Tevens was het mogelijk om niet-on line producten op te vra gen, zoals een veldwerk of een afdruk van de kadastrale kaart. Uiteraard liet Van de Burg ook een dergelijke afdruk per e-mail naar Zoetermeer sturen. Deze elektronische postverzending verliep via Engeland, zo verzekerde hij ons. We hebben dat voor waarheid aangenomen, maar uiteraard niet kun nen verifiëren. Als laatste in de rij sprekers nam Hans Rijnbergen ons mee op het gebied van „Kadaster en Marketing". De taak van deze afdeling ligt vooral op het gebied van het leggen van contacten met „klanten" en „potentiële klanten". Ten behoeve van deze groep wordt ge zorgd voor de productie en distributie van informatie over de rechtstoestand van percelen. Vanuit de monopolie positie van het Kadaster, die Rijnber gen omschreef als een „geaccepteerd monopolie", moet de overstap worden gemaakt van producten die men zelf mooi vindt, naar producten die de ge bruiker nodig heeft onder het motto: All Business is Local (vrij vertaald als „ken je klanten"). Daartoe zijn allerlei Product-Marktcombinaties (PMC's) opgesteld, die er in ieder geval al toe hebben geleid dat een reeks van prijs verlagingen heeft plaatsgevonden en dat sprake is van een duurzame klant tevredenheid. Na deze laatste inleiding werd het for mele deel van de bijeenkomst afgeslo ten en kon onder het genot van een drankje nog enige tijd worden nage praat en was er tevens gelegenheid om onder leiding van de inleiders een rondgang te maken door het splinter nieuwe Kadastergebouw. Tegen zes uur werden de laatste genodigden met zachte hand in de richting van de uit gang gedirigeerd en kon de rayoncom missie terugzien op een geslaagde bij eenkomst. Cees Aarts De afstudeerscripties van de TU Delft, Faculteit der Geodesie, zijn te leen bij de bibliotheek, Thijsseweg 11, 2629 JA Delft, telefoon (015) 278 25 60 of 278 25 68. C. R. M. Vencken (Afstudeerdatum: 30-05-97) Bij het realiseren van ondergrondse voorzieningen gelden allerlei beper kingen. Voor een deel kunnen deze beperkingen hun basis vinden in (het gebruik van) regelgeving. In het on derzoek is nagegaan hoe door een rea- lisator van tunnels en buizen beter gebruik kan worden gemaakt van de bestaande regelingen. Ook is nagegaan op welke wijze de regelgeving zou kunnen worden gecoördineerd of aan gepast om problemen bij de voortgang en de kosten van een project te ver minderen. Hiertoe is naast literatuur onderzoek, onderzoek gedaan naar twee concrete cases: een tramtunnel door het centrum van Den Haag en een grote duinwaterleiding door Zuid- Holland. Uit het onderzoek komt naar voren dat beter gebruik kan worden ge maakt van bestaande regelgeving, dooi de voorziening in een daarvoor ge schikt plan op te nemen. Ook kan ge bruik worden gemaakt van de moge lijkheid van diepe boringen, zodat geen beperkt recht hoeft te worden ge vestigd. Belangrijk is coördinatie van vergun ningverlening. Dit geldt met name als een tunnel of een buis door meerdere gemeenten of meerdere provincies gaat. Knelpunt bleek de noodzaak een ont grondingenvergunning aan te vragen; de provinciale ontgrondingenverorde ning zou dan ook moeten worden aan gepast. De regelgeving voor grondwa teronttrekking en bodembescherming is onvoldoende toegesneden op lijn vormige voorzieningen als tunnels en buizen. Voor een spoedige voortgang van een project moet onder meer de stand van de procedures in de gaten worden ge houden. Daarnaast zijn een draagvlak in de omgeving en goede schaderege lingen van belang voor het verminde ren van bezwaren tegen een project. 527 GEODESIA SCRIPTIES Faculteit der Geodesie 1997-" Ondergronds bouwen van tunnels en buizen; Knelpunten in publiek- en privaatrechtelijke regelingen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 49