initiatiefgroep de zinnen te verzetten en de op het congres opgedane geo detische impressies voor het week einde wat te laten bezinken. Want maandag moeten we echt aan het werk! Ad van der Meer Vakbeursimpressies Wie jarenlang de beurs van het voor malige NGL-congres heeft bezocht, moest wel even wennen aan de veran deringen die zich hebben voltrokken. Geodesia-congres heet het nu, maar dat lag iedereen nog niet voor in de mond. Zelfs omroepster Hennie ver sprak zich nog weieens: „Wil de heer Leenders zich melden bij de NGL- stand?" De entree was trouwens ook al ver anderd en veel treinreizigers maakten dan ook een ommetje via de Croese- laan. In de Expozaal was het ook wen nen aan de andere opstelling: de keu rige rechte straatjes waren vervangen door een soort eilandenrijk, waarin je voortdurend de weg kwijt raakte. Al leen bij de ingang was er niets veran derd, rechts de stand van Zeiss en links die van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat; net of die twee hele maal niet weg geweest zijn sinds 1995 (behoudens de inhoud dan). De stand van de Stichting Geodesia leek ook op dezelfde plaats te staan, maar dat was nep, hij stond een stuk meer naar voren zodat er nu ook van alles achter de rug van de stichting om kon gebeu ren. Bij de eerste oriënterende tocht over de beurs viel op dat bij veel stands het begrip GIS een grote rol speelt bij de wens om professioneel en veelzijdig te lijken. Men maakt GIS, bouwt GIS, verbetert GIS, distribueert GIS, maakt GIS toegankelijk, levert gegevens toe of maakt het leven van GIS-gebruikers aangenamer. Dat dit overigens geen garantie is voor een modern imago, bleek in de zandbak van DHG waar met een kleitablet werd aangetoond dat er vierduizend jaar geleden ook al sprake was van GIS, het is maar net wat je GIS wilt noemen. Wellicht zouden ook de congresbezoekers ermee gediend zijn geweest om het congres en de beurs zelf in een GIS te vangen en door het toepassen van diverse selecties sneller inzicht te krijgen in het gebodene en de relaties tussen het een en het ander. Een eerste selectie zou kunnen zijn: alle bedrijven die iets met GIS te maken hebben (als je dat zou willen weten). Gezien de standbeschrijvingen lost dat echter niet veel op, dat zijn ze geloof ik allemaal. Een geheel andere selectie zou kunnen zijn: een lijst van bedrijven die Geo in hun naam voeren zoals Geodan, Geo-Perfect, Geo- metria, Geo Meetdienst, Geo Technische Combinatie, Grontmij Geogroep, en de bedrijven die niets met geo van doen hebben (althans dat niet in hun naam uitstralen), zoals Kadaster, Topografische Dienst, Meetkundige Dienst Rijkswaterstaat, Oranjewoud, Fugro of Heidemij, laat staan ARCADIS). Omdat dit onderscheid echter noch een kwalitatieve noch een productgerichte indicatie geeft, zal ook daarvoor weinig belangstelling blijken te zijn. Selectie op aard en doel van de standhouders wordt dan al veel interessanter en mogelijk een grotere steun bij het vin den van de leverancier die je zoekt. Een uitgeplot kaartje in kleur per bedrijvensoort geeft duidelijk inzicht in de route die je moet kiezen: de groene route als je de instrumenten leveranciers met elkaar wilt vergelijken, de blauwe route als je de verschillende softwarepakketten tegen elkaar wilt af wegen en de bruine route als je het meest geschikte inge nieursbureau wilt zoeken. Mits er voldoende alfanumerieke informatie in dit Geo- desiaGis is opgenomen, is een goede voorbereiding op hetgeen er te zien zal zijn mogelijk. Dit vereenvoudigt en versnelt de zakelijke tocht zodat er meer tijd overblijft wat langer stil te staan bij de vele bekenden die je tegen komt. /\7VC" 565 GEODESIA 1997-12 KEET- DIEHIT stichting GCODCSIA .r. GED-\ MtroRKAï LNR GLOIM.COM /QBt-D: 32.GCD- MGTRIA E GITC 8CC I, RAVI/NCG1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1997 | | pagina 35