Kwaliteitsbeheersing: ons een zorg!
Kwaliteitsinformatie beter bruikbaar
GEODESIA
1998-1
geo-information engineering, quality control, applications
geo-informatievoorziening, kwaliteitsbeheersing, praktijk
KEYWORDS
TREFWOORDEN
De geo-informatievoorziening maakt een stormachtige
ontwikkeling door. De huidige stand van de techniek
verschaft ons middelen om grote hoeveelheden data op
snelle wijze te distribueren en inzichtelijk te maken.
Van wezenlijk belang hierbij is de beschikbaarheid
van krachtige stand-alone GIS-systemen, onderling
verbonden door snelle intra- en internetwerken. De
geodeet manifesteert zich in deze informatievoorziening
door het produceren van allerlei soorten geometrische
bestanden in verschillende schaalbereiken. De wijze van
inwinning en actualiteit zijn hierbij bepalend voor de
kwaliteit van de geometrische gegevens. Omdat bij
digitaal werken vaak de suggestie wordt gegeven van een
hogere nauwkeurigheid dan in werkelijkheid het geval
is, dient de gebruiker te worden beschermd tegen
onbedoeld misbruik van de gegevens. Vanuit zijn of
haar deskundigheid moet de geodeet zorgen voor een
systematische beheersing van de geometrische kwaliteit
van de basisbestanden en een adequate advisering over
de gebruiksmogelijkheden hiervan.
Vrijwel alle organisaties die met geo-
informatie werken, zullen nog in het
bezit zijn van een aantal tekeningkas-
ten waarin de kaartproducten zijn op
geborgen afkomstig uit het analoge
tijdperk. Het betreft dan kaarten ge
bruikt voor het ontwerp of het beheer
van infrastructuur of gebieden. Ook in
het waterschapshuis van Regge en
Dinkel bevinden zich deze tekening-
kasten, waarin plankaarten en legger-
kaarten zijn opgeborgen van het te be
heren waterlopenstelsel. Ter informa
tie van de gebruiker zijn deze kaart
producten voorzien van een titel of
stempel waarin is aangegeven hoe het
product tot stand is gekomen, wat de
actualiteit is van de gegevens en wan
neer revisie heeft plaatsgevonden. Ik
herinner mij uit mijn verleden bij de
Bewerking van een
lezing gehouden op
23 oktober 1997
tijdens het
19e Geodesia-
congres te Utrecht.
Meetkundige Dienst dat bij de vervaardiging van aanleg
en beheerkaarten van rijkswegen in de titel de namen wer
den vermeld van de landmeter, tekenaar en calqueerder.
Hierbij werden de datums vermeld waarop de activiteiten
werden afgesloten. Fig. 1 laat een fragment van een derge
lijke titel zien. Voor het verantwoorden van de kwaliteit
van het kaartproduct werd letterlijk getekend door de chef
van de tekenafdeling: hij zette zijn paraaf voor gezien. Uit
eigen ervaring weet ik dat hij dat niet zomaar deed. Hij
nam uitgebreid steekproeven om een goed gevoel te krijgen
op het product. Hij beoordeelde de veldwerken op meet-
opzet en controlematen, controleerde de kartering door zelf
maten te nemen en beoordeelde de calquering op film op
zwarting van de lijnen. Ook het Kadaster kende een functie
voor de beheersing van de kwaliteit, namelijk die van de
ingenieur/verificateur.
In het analoge tijdperk fungeerde de titel dus voor de
gebruiker van de kaart als aanduiding van de kwaliteit van
de geo-informatie. In het digitale tijdperk zijn de kaarten
van tafel en ontbreken dergelijke aan
duidingen. Het grafisch werkstation
van de gebruiker toont het midschalig
topografisch basisbestand TOPlOvec-
tor. De gebruiker heeft op dit bestand
ingezoomd naar de presentatieschaal
1 1000 (fig. 2). De figuratie ziet er
perfect uit, de gebouwen zijn prachtig
rechthoekig: dus wat let de gebruiker
om dit bestand te gebruiken als onder
grond voor zijn ontwerp? Bij het ge
bruik van analoog kaartmateriaal bestaat meestal een goed
besef van de beperkte nauwkeurigheid van het materiaal.
Dit geldt eveneens bij het gebruik van een gescande kaart-
ondergrond in de vorm van een rasterbestand. Indien de
gebruiker de overeenkomstige situatie vanuit de gescande
topografische kaart 1 10 000 getoond zou worden, ver
groot naar de schaal 1 1000 (fig. 3), zou hij van schrik
verstijven en er niet over peinzen zijn ontwerp op deze
ondergrond te baseren!
ing. J. van
Raamsdonk
hoofd bureau
Landmeten en
Grondzaken van
het Waterschap
Regge en Dinkel
te Almelo.
17