De NCG, één jaar nieuwe stijl Op 1 januari 1998 was het een jaar ge leden dat de Nederlandse Commissie voor Geodesie (NCG) officieel van start ging met een nieuwe bezetting van de Commissie en een herzien bestand aan onderhorige overlegor ganen; zie Geodesia 1996 no. 12, p. 537 - 539 en 1997 no. 1, p. 33 - 34. De vernieuwing was mede ingegeven door het Nationaal Geodetisch Plan (NGP). Wat heeft de NCG daarna in 1997 met het NGP gedaan? Zonder hiermee nu een volledig jaarverslag te geven, is het goed terug te blikken op wat er zoal in het beraad aan zaken van algemeen belang heeft gespeeld en wat daarmee eventueel is bereikt. Als on derwerpen in dit verband dienen zich aan: relatie met de Ravi; geodetisch onderwijs; geschiedenis van de geodesie; toegepaste ruimtegeodesie; nieuw geodetisch-astronomisch sta tion te Westerbork. Achtereenvolgens zal in het kort aan dacht worden besteed aan deze onder werpen. Relatie met de Ravi De relatie met de Ravi kwam in het NGP aan de orde. Met name kwam de Ravi ten tonele waar het ging over een taakafbakening van de NCG als lande lijk geodetisch overlegorgaan. De geo- informatievoorziening in brede en ver nieuwde zin zag het NGP immers als één van de belangrijkste toekomstige taken van de geodesie in ons land. Hierin staat zij niet alleen en de Ravi is het overlegorgaan bij uitstek op dit ge bied, zij het met een andere insteek. Ligt bij de Ravi de nadruk op de be stuurlijke en praktische aspecten, de NCG richt zich in de eerste plaats op de (fundamenteel) wetenschappelijke. Hoewel er tussen beide organen perso nele unies bestaan, is er structureel geen directe functionele relatie tussen de Ravi en de NCG. De behoefte aan zo n relatie wordt van beide zijden in toenemende mate gevoeld. In het af gelopen jaar is dan ook getracht hier aan inhoud te geven en thans wordt onderhandeld over de rol die de NCG voor de Ravi zou kunnen spelen als adviesorgaan terzake van de wetenschappelijke aspecten van de nationale geo- informatievoorziening. Op 23 januari 1998 hebben de be sturen van de Ravi en de NCG gesproken over vormen van structurele samenwerking. Dat de NCG op 4 december 1997 een bijzondere commissievergadering had belegd met „het onderzoek ten behoeve van de totstandkoming van een nationale geo-informatie infrastructuur in Nederland" als thema, is kenmerkend voor de aandacht die dit onder werp bij de NCG vraagt en krijgt. Geodetisch onderwijs Geodetisch onderwijs is een onderwerp dat in Nederlandse geodetische kringen al vele jaren gespreksstof levert en dat, vanwege het belang ivoor de ontwikkeling van het vak op langere termijn, in het NGP ruimschoots aandacht kreeg. Eigenlijk geen onderwerp voor de NCG, die immers het fundamenteel en strategisch geodetisch onderzoek als eerste zorg heeft, maar dopr haar bemoeienis met het onderwijs via het NGP kon zjj niet werkeloos terzijde blijven staan toen de behoefte aap een landelijk onderwijsplan werd ge voeld. Dit leidde in januari 1996 tot de instelling van de Taakgroep Geodetisch Onderwijs. Deze heeft in juni 1997 voorgesteld over te; gaan tot de instelling van een (per manente) subcommissie als landelijk overlegorgaan inzake het geodetisch onderwijs, een platform waarin niet alleen de onderwijsinstellingen, maar zeker ook de „afnemers", dus de geodetische 1 overheid en het bedrijfsleven zouden moeten zijn vertegenwoordigd. Nadat de taakgroep, naar verwachting binnenkort, een werkplan voor zo'n subcom missie heeft opgesteld, zal de NCG (voorjaar 1998?) over de eventuele instelling van de beoogde subcommissie be slissen. Geschiedenis der geodesie De Werkgroep Geschiedenis der Geodesie moest in 1997 worden „afgestoteiji" omdat de beoefening van de geo detische geschiedkunde niet past in het nieuwe onderzoeks beleid van de NCG. Dit afstotingsproces heeft de NCG in goede banen willep leiden door de instelling in januari 1997 van de Taakgroep Toekomst van de Geschiedenis der Geodesie (Geodesia 1997 no. 7/8, p. 340). De taakgroep kreeg als opdracht Üe mogelijkheden te verkennen van een stichting waarin mpt steun van deelnemers en begunstigers de geodetische gesphiedkunde in Nederland programma tisch zou kunnen worden beoefend. De in oktober aan de NCG uitgebrachte adviezen werden in december door de Commissie overgekomen en besloten werd in het voorjaar van 1998 tot oprichting van een stichting met dat oogmerk over te gaan. Voorlopig zal de stichting voor een periode van drie jaar worden aangegaan en met inspanning van een deeltijdse „coordinator" in dat tijdvak zal de stichting dan haar definitieve vorm krijgen. Het bureau van de stichting wordt gehuisvest in het gebouw van Subfaculteit der 133 GEODESIA 1998-3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1998 | | pagina 39