A
voor de inrichting van het landelijk gebied en de stedelijke
randzones.
Wat betekent nu die unieke combinatie van de uitvoering
van werken en ruiling van gronden, waar Van Zutphen
over sprak, voor de inrichting van het landelijk gebied? Ik
kan me nog mijn verbijstering herinneren, toen ik als jeug
dig en iets te enthousiast landmeter en -inrichter een verga
dering op een ministerie in Den Haag bijwoonde, waar een
jurist verontwaardigd opmerkte dat juridische implicaties
voor de burger bij ruilverkaveling tien maal zo erg waren als
bij onteigening. Pas later heb ik beseft dat hier bedoeld
werd dat je bij onteigening tenminste wist waar je als eige
naar van de grond aan toe was. Je raakte je grond kwijt en je
kreeg over het algemeen een voldoende schadevergoeding,
terwijl je bij herverkaveling nog wel je grond kon verkopen,
maar als je dat niet deed, je maar moest afwachten wat je er
voor terugkreeg. Ik begon onmiddellijk enthousiast uit te
leggen dat het juist mogelijk was door de in de wet beschre
ven herverkavelingsprocedure die de eigenaar van de grond
juist zoveel bescherming gaf, dat er eigenlijk niets mis kon
gaan. Pas te laat zag ik de glimlach in de ogen van de vorige
spreker. Maar toch was de kern van het belang van herver
kaveling duidelijk geworden. Zonder de in de wet vastge
legde rechtszekerheid voor de eigenaren en gebruikers van
de grond zijn de grondruil en de beschikbaarheid van de
grond voor de openbare en gezamenlijke voorzieningen in
landinrichting niet mogelijk.
De planmatige grondruil is een goed en redelijk goedkoop
hulpmiddel voor de uitvoering van plannen in een gebied.
De planning en uitvoering van maatregelen en voorzie
ningen vinden plaats binnen de kaders van de overheid in
samenspraak met en inbreng van de direct betrokkenen.
De herverkaveling heeft, als noodzakelijk hulpmiddel bij
het ter beschikking krijgen van de grond op de juiste plaats,
voldoende vertrouwen bij de eigenaren van de in het plan
betrokken gronden. Juist deze unieke combinatie maakt
landinrichting een effectief instrument voor de inrichting
van het landelijk gebied, dat ook in een vernieuwde orga
nisatorische opzet, met een aan de eisen van de tijd aange
paste wet en met belangrijke ontwikkelingen op het gebied
van de automatisering binnen het herverkavelingsproces,
van grote waarde zal zijn.
Tenslotte nog een ander argument om de reeks artikelen te
publiceren. In de studie voor geodetisch ingenieur is land
inrichting een vak waar vele onderwezen disciplines samen
komen. Denk aan vastgoedinformatie, GIS, recht, foto-
grammetrie, ruimtelijke ordening en planning. Landin
richting is één van de toepassingsgebieden van de geodesie
waarin onderwijs wordt gegeven en onderzoek wordt ge
daan. Het systeem van denken hoort bekend te zijn bij een
geodeet in wording. Landinrichting is een voorbeeld van
een maatschappelijke toepassing van verworven kennis en
vaardigheden.
Een veel gehoorde klacht is de lengte van de landinrich
tingsprocedure. Daarom wordt in dit nummer van Geo-
desia door Kor Mulder en Willem Boers aandacht besteed
aan een prikkelend en uitdagend voor
stel voor verkorting van de landinrich
tingsprocedure onder het motto:
„Niet schaven, maar snijden!"
Bij het beeld van de huidige praktijk
van de landinrichting hoort de nieuwe
gedecentraliseerde aanpak en uitvoe
ring van landinrichting aandacht te
krijgen. Daarom inzichten in deze
ontwikkeling in een duo-presentatie
van Gerrit Bakker van de DLG en
Jaap Besemer van het Kadaster.
Automatisering blijkt voor landinrich
ting altijd erg nuttig te zijn geweest,
denk maar aan de kadastersystemen
voor vastgoedregistratie en kaartver
vaardiging ter ondersteuning van de
herverkavelingsprocedure. Freek Ros-
man zal u een uitgebreide toelichting
verschaffen op het integrale ontwerp
systeem voor toedeling en de toekomst
van dit systeem. Annet Buis zal de in
houd en de achtergronden behandelen
van haar dissertatie met de titel: „On
dersteuning van het kavelontwerp tij
dens het herverkavelingsproces in de
landinrichting". Ze hoopt op dit on
derwerp op 21 april 1998 de doctors
titel te verkrijgen. René van der
Schans en Willem Boers zullen verslag
doen van het onderzoek naar een in
teractieve wenszitting en de toekomst
van deze ontwikkeling.
Het herverkavelingsproces is in de af
gelopen 100 jaar overgedragen van ge
neratie op generatie door voorschrif
ten en ervaring. Maar in die periode
is eigenlijk nooit fundamenteel aan
dacht besteed aan een wetenschappe
lijke analyse van het proces. Maarten
Moolenaar zal u op de hoogte brengen
van de inhoud en voortgang van zijn
promotie-onderzoek met de titel:
„Kennis aan herverkavelen". De reeks
artikelen wordt afgesloten door Jaap
Zevenbergen met een verhaal over de
herijking van de Landinrichtingswet.
De herijking is opgestart om haken en
ogen op het gebied van de wetgeving
voor landinrichting op te sporen en
eventueel tot wetswijziging te komen.
Dit zijn de plannen en we zien elkaar
aan de leestafel!
1998-3
GEODESIA
100