Mini-symposium „Kansen voor Geo-informatie VERSLAG Afscheid Frits Brouwer „Ik vind het heel erg moeilijk afscheid te nemen van de geodesie en van de Meetkundige Dienst van de Rijks waterstaat in het bijzonder", waren de woorden die Frits Brouwer sprak als afsluiting van een enerverende middag in de Aula van de TU Delft. Ter gele genheid van zijn afscheid van de Meet kundige Dienst werd op 3 september 1998 een mini-symposium onder de titel „Kansen voor Geo-informatie"ge houden. Het idee voor een afscheidssympo sium was afkomstig van zijn leermees ter prof. Baarda, die deze middag als eregast aanwezig was en vanaf de voor ste rij van de collegezaal alles nauwlet tend in de gaten hield. Het sympo sium bleek een goede gelegenheid om te kijken naar het verleden en de toe komst van de Meetkundige Dienst. Met een korte inleiding verwelkomde Evert Jan Riedstra, hoofdingenieur directeur van de Meetkundige Dienst, de honderdtwintig aanwezigen. Na ruim zes jaar hoofd van de hoofdafde ling Geo-advisering van de Meetkun dige Dienst te zijn geweest, is Frits Brouwer dit jaar opgevolgd door Jan Ebbinge. Als rechterhand van Frits Brouwer sprak Paul Padding over de maat schappelijke relevantie en de invloed van politieke ontwikkelingen op de Meetkundige Dienst. Hij legde uit dat door de technische innovaties steeds gemakkelijker informatie beschikbaar komt. Er is momenteel een explosie van geo-informatie door de overgang van analoge naar digitale verwerking van gegevens. Deze informatie wordt ook nauwkeuriger. Dat maakt het enerzijds eenvoudiger de klant te be dienen. „We signaleren echter ook dat de vraagstukken complexer worden. De klant stelt hogere eisen aan ons. Dat zien we bijvoorbeeld aan de stij gende behoefte aan actualiteit van de gegevens". Als hoofd van de afdeling Advies en Onderzoek Geografische Informatie-systemen legde Padding uit dat ook de Meetkundige Dienst er Karien Ris, fi-eelance redacteur. niet aan ontkomt zidh een meer marktgerichte houding aan te meten. „We willen een klantgerichte, zakelijke en kos tenbewuste organisatie zijn. De Rijkswaterstaat, en daar achter de hele samenleving, is onze klant. Wij moeten ons meer en meer richten op de specifieke wensen van onze klanten". Ter afsluiting zei gdograaf Padding dat de Rijkswaterstaat als opdrachtgever niets van het Nationaal Geodetisch Plan weet en er eigenlijk pok niets van wil weten. Klantgerichtheid De nadruk in de benadering van de klant zou volgens Pad- ding moeten liggen op het meedenken in het werkproces. „We moeten anticiperen op de behoeften in de markt. Om die reden streeft de Meetkundige Dienst ernaar producten in nauwere samenwjerking met de klant tot stand te bren gen. Door de technische mogelijkheden is het eenvoudiger de klant optimaal te bedienen. We kunnen bijvoorbeeld steeds beter en sneljler plaatsbepalen met GPS. Daarnaast maken we fraaie digitale vegetatiekarteringen voor land- schapsecologische studies en voor het beheer van buiten dijks gebied. Veel van deze informatie wordt geleverd in de vorm van een GIS-bestand of een Geografisch Informatie systeem", legde de Spreker uit. Als voorbeeld van een nau were samenwerking met de klant noemde hij het gebruik van een eenduidige systematiek voor het beheer van (water)wegen binnen de Rijkswaterstaat. Hij benadrukte hierbij het feit dat de standaard niet moet worden bepaald door de technische mogelijkheden, maar door de behoefte die bij de afnemers leeft. Generaties Waar het bij de Meetkundige Dienst in eerste instantie om draait, is veiligheid en verkeer. Dat heeft niet alleen te maken met matrixborden langs de snelweg, maar ook met de veiligheid van het werken aan de weg. „Door middel van visualisatietechnieken, een filmpje in combinatie met 503 GEODESIA tt i?

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1998 | | pagina 27