verder gereduceerd kan worden. Het tweede artikel beschrijft een slang algoritme dat gelijktijdig de twee ran den van een weg meet. Hierbij kan ook de voorwaarde van een constante wegbreedte worden meegenomen, zo dat wegen waarvan één wegrand door begroeiing plaatselijk verdekt is, toch gemeten kunnen worden. De naam van het slang-algoritme komt van het gedrag dat de polygoon vertoont. In de loop van de iteraties kronkelt de polygoon als een slang om de weg heen. Wegvolgers In tegenstelling tot de slangenmetho de wordt bij het gebruik van wegvol gers alleen het begin van een wegstuk door de operateur gemeten. Dit wordt gedaan door met de muiscursor twee punten in het midden of op een rand van het wegdek te plaatsen. Loodrecht op het gemeten stukje weg wordt nu uit het beeld een dwarsprofiel afgeleid, waarin de grijswaarden als een functie van de afstand tot het gemeten lijn stukje worden beschreven. In het weg- volg-algoritme wordt aangenomen dat dit grijswaardeprofiel karakteristiek is voor de gemeten weg. Er wordt van uitgegaan dat de grijswaardeprofielen op andere plaatsen langs de weg er ongeveer hetzelfde uitzien. Op basis van deze aanname wordt het gemeten lijnstukje nu een paar pixels geëxtrapoleerd. Op deze positie wordt uit het beeld een dwarsprofiel met grijswaarden afgeleid. Door dit profiel met dat van het beginstukje te matchen wordt de verschuiving tussen de twee profielen bepaald. Hieruit kan de richtingsverandering van de weg worden afgeleid [11]. Is er geen ver schuiving, dan gaat de weg rechtdoor. De weg kan verder worden gemeten door dit proces van extrapolatie, mat ching en berekening van de richtings verandering steeds te herhalen (fig. 3). Op sommige plaatsen zal de aanname dat het dwarsprofiel overal langs de weg hetzelfde is, niet juist zijn. Dit is vooral het geval bij kruisingen van we gen, overhangende bomen en (grote re) voertuigen. Op dergelijke plaatsen in het beeld zal de matching mis lukken. Dit is in fig. 3 met rood aan gegeven. Wanneer de matching mis lukt, kan geen richtihgsverandering worden berekend. De volgende wegpositie js dan alleen gebaseerd op extrapolatie van vorige berekeningen. Wanneer de matching meerdere malen achter elkaar mislukt, is de wegvolger blijkbaar de weg kwijt en dient de operateur in te grijpen. Meting van vlakken Terwijl bij de meting van punten en lijnen gebruik wordt gemaakt van grijswaardegradiënten, wordt bij de meting van vlakken gezocht naar gebieden met homogene grijs waarden (of textuurfnaten)De operateur identificeert met de muiscursor één pixel in het te meten vlak. Hiermee wordt een vlak van één pixel gevormd. Vervolgens wordt door een „region growing"-algoritme geverifieerd of de naastliggende pixels!een vergelijkbare grijswaarde hebben. Is dat voor één of meerdere pixels het geval, dan worden deze aan het vlak toegevoegd en wordt rondom deze pixels verder gezocht naar andere pixels met dezelfde grijswaarde. Op deze manier ontlstaat een gebied van pixels met homo gene grijswaarden. Fig. 3. Links: De originele luchtfoto. Rechts: De resultaten van een wegvolger. De zwarte stukjes zijn gemeten door een operateur. Groene delen konden goed door de wegvolger worden gemeten. In de rode delen is de matching mis lukt en is de weg positie gebaseerd op extrapolatie. In fig. 4 is deze methode toegepast voor de meting van een wateroppervlak. Door speculaire reflecties op het water zijn in eerste instantie nog kleine gaten in het vlak aanwezig. Deze zijn in dit voorbeeld met operatoren uit de mathema tische morfologie weggewerkt. Ook bij dit soort metingen dient de operateur de resultaten te controleren en te corri geren. In het voorbeeld zijn twee soorten fouten te zien. Linksboven is de rand van de overhangende begroeiing ge karteerd en rechtsonder de schaduw van de bomen op het water. Wanneer de meting in een stereomodel wordt ver richt, kan ook de hoogte van de watertand worden bepaald. In dat geval kunnep de eerstgenoemde fouten automatisch worden geconstateerd, omdat de begroeiing hoger ligt dan het waterniveau. Het meetalgoritme kan de operateur dan op deze fout opmerkzaam maken. De schaduwrand ligt echter op het wateroppervlak en blijft bij deze controle dus onopgemerkt. Meting van complexe objecten Een belangrijke trend bij de meting van 3D-objecten is het gebruik van CAD-'achtige modellen. Het voordeel van de meting met deze rhodellen is dat de topologie van de te 547 GEODESIA 1998-12

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1998 | | pagina 21