de 72-band basisfrequentie en frequentie-increment zijn: f2 0 1246 MHz 2848 7/16 MHz), A"f2 0,4375 MHz (=7/16 MHz). Merk op dat de draaggolven in de 72-band op exact 7/9 van de frequenties van de draaggolven in de 7]-band worden uitgezonden. Tot 1994 werden door GLONASS-satellieten de frequen tiekanalen k 1, 2, 24 gebruikt. De 7rband lag daar door tussen 1602,5625 en 1615,5 MHz, de 72-band tussen 1246,375 en 1256,5 MHz. Deze ligging van met name de L\-band stemde echter niet overeen met internationale af spraken omtrent de verdeling van het frequentiespectrum. Het middelste deel van de GLONASS Zj-band overlapte de frequenties tussen 1610,6 en 1613,8 MHz die gereser veerd zijn voor radio-astronomie, het bovenste deel de fre quenties tussen 1610 en 1626,5 MHz die bedoeld zijn voor mobiele communicatie. Om interferentie met andere toepassingen zoveel mogelijk te beperken, wordt enerzijds getracht om het aantal door GLONASS gebruikte draaggolffrequenties te verminderen en anderzijds om de GLONASS L\- (en 72-) band te ver schuiven naar lagere frequenties. Een vermindering van het aantal draaggolffrequenties kan worden bereikt door anti- podale satellieten - satellieten die zich diametraal tegenover elkaar in een baanvlak bevinden - op dezelfde frequenties uit te laten zenden. Een gebruiker op of nabij het aard oppervlak zal hier geen nadelige effecten van ondervinden, omdat hij de signalen van een paar antipodale satellieten nooit gelijktijdig zal ontvangen. De verschuiving van de 7]-band naar lagere frequenties kan verder worden ge realiseerd door frequentiekanalen met negatieve kanaal nummers in gebruik te nemen. Een aantal GLONASS-satellieten in de huidige constellatie maakt al gebruik van dezelfde frequentie. In de schemati sche weergave van de GLONASS-constellatie in ftg. 2 staan de frequentiekanaalnummers vermeld, die aan de nu nog operationele GLONASS-satellieten zijn toegekend. Uit de figuur blijkt dat er vier paren antipodale satellieten op dezelfde frequenties uitzenden: de satellieten op de posities 9 en 13, 11 en 15, en 12 en 16 in baanvlak 2 zenden op de frequentiekanalen 6, 4 en 22 uit, terwijl de satellieten op de posities 18 en 22 in baanvlak 3 op kanaal 10 uitzenden. Negatieve kanaalnummers worden echter nog niet ge bruikt. De door GLONASS-satellieten in de L\-band uitgezonden draaggolven worden gemoduleerd met een laag frequente en een hoog frequente PRN-code. De in de 72-band uit gezonden draaggolven worden uitsluitend met de hoog frequentecode gemoduleerd. De laag frequente en hoog frequente PRN-codes worden in navolging van GPS aan geduid als de C/A- en P-code. In Russische publicaties wordt echter naar deze codes verwezen als de S- en M- code. Fig. 6. GLONASS dubbelverschil fase- waarnemingen. De eenheid langs de verticale as is draaggolfgolflengte in cycles. De GLONASS C/A-code is een zoge naamde maximal length PRN-code. De code bestaat uit 511 bits en wordt uitgezonden met een frequentie van 0,51 MO6 bits per seconde. De GLONASS C/A-code herhaalt zich dus na 1 milliseconde. De lengte van een GLONASS C/A-code chip is on geveer 600 m. De GLONASS P-code wordt ge vormd door een deel van een maximal length PRN-code. De volledige maxi mal length code bestaat uit 33.554.431 bits. Voor de P-code mo dulatie worden alleen de eerste 5.110.000 bits gebruikt. Daar de GLONASS P-code wordt uitgezon den met een frequentie van 5,1 ITO6 bits per seconde, herhaalt de P-code zich elke seconde. De P-code chips hebben een lengte van ongeveer 60 m. De GLONASS-satellieten zenden als ephemeride-parameters de elementen van een positie-, snelheids- en versnel lingsvector uit. De vectoren zijn uitge drukt in het PZ-90 stelsel en hebben betrekking op de positie, snelheid en versnelling van een satelliet op hetzij het kwartier voor, hetzij het kwartier na het hele uur. De vectoren worden telkens een kwartier van tevoren, dus op het hele en halve uur, aangepast. De instantane positie van een GLO- NASS-satelliet kan aan de hand van de vectoren worden bepaald door middel van numerieke integratie. Naast de ephemeride parameters zenden GLO NASS-satellieten twee klokfoutpara- meters uit. Het betreft de satellietklok- 1998-12 GEODESIA GLONASS PRN-codemodulaties GLONASS-navigatieboodschap 2000 556

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1998 | | pagina 30