Utl de fajs&e [>ctHa A "DéeA tylMt Ter gelegenheid van de opening van het academisch jaar afgelopen septem ber deed de gastspreker van de Eras mus Universiteit, Herkströter, voor malig topman van Shell, de uitspraak dat academisch afgestudeerden naad loos het bedrijfsleven in moeten kun nen. Wat hij daarmee bedoelde, bleef enigszins in de lucht hangen. Des te meer mijn verrassing hoeveel aandacht deze open deur in de pers kreeg. Bij mij leidde zijn uitspraak tot de vraag hoe er in het geodetische be roepsleven gedacht is over de aanslui ting tussen afgestudeerde academici en de beroepspraktijk. Om daar enig zicht op te krijgen, besloot ik wat jaar gangen van het geodetisch vaktijd schrift Kadaster en Landmeetkunde en haar opvolgers door te bladeren be ginnend met het jaar na mijn afstude ren 1964. Het was meteen raak, want daarin vond ik een goed doortimmerd pleidooi van mr. ir. J. C. M. Witvliet voor meer aandacht voor de maat schappijwetenschappen in de geodeti sche opleiding. Hij haakt aan bij de in 1962 gehouden enquête door prof. Daniels onder tweeduizend Nederlandse ingenieurs onder wie zestien geodeten, en het in 1963 gepubli ceerde rapport van de Staats commissie Neher over technische stu dies en de maatschappijwetenschap pen. In dat rapport werd gepleit om ongeveer 5% van de studie aan maat schappijvakken te besteden, voorwaar geen bedreiging voor de meer tech nisch wetenschappelijke onderwijs on derdelen. De commissie stelde ook de pregnante vraag „of het geringe belang dat vele ingenieurs hechten aan een in troductie op deze gebieden misschien ook berust op een te geringe kennis over die onderwerpen". Het ging Witvliet vooral om erken ning dat deze maatschappelijke aspec ten van de praktijk niet slechts door ervaring worden geleerd. Hij houdt de stelling aan, en dat is mij uit het hart gegrepen, dat „men geen zinvolle ervaring op kan doen als men van de wetenschappelijke achtergronden van de menselijke verhoudingen in het be drijf onkundig is". In feite niet anders dan de praktijkervaring met betrek king tot de technische inhoud van het vak. Zijn adviezen in deze komen niet uit de lucht vallen, want daarvoor put hij uit zijn ervaring aan de hts in de af gewogen didactische aanpak van deze onderwerpen. Hoe heeft de toenmalige Subafdeling dbr Geodesie daarop gereageerd? Heeft zij het advies energiek omarmd eh 5% in het curriculum vrijgemaakt ojp een manier zoals Witvliet die voor stelde? Misschien aangespoord door zijn opmerking dat „de geodetisch in- gjenieur bereid moet zijn om de weten schappelijke grondslagen van de maat schappijwetenschappen op verant woorde wijze te bestuderen. De maat schappelijke ontwikkelingen met name ook de automatisering, zowel op tech nisch als administratief gebied zullen hem daartoe nopen". Of heeft de Sub afdeling besloten door te gaan met wekenlang durende practica in het in vullen van staten 75, het met de hand arceren van kaarten of het eindeloos doorrekenen van vereffeningen? Met andere woorden, om door te gaan met de studenten naadloos op de techni sche kant van het bedrijfsleven te laten aansluiten? Hoeveel meer geodetisch ingenieurs gouden er nu directeur van een regio naal kantoor van het Kadaster zijn, als er toen meer aandacht was besteed aan Witvliets pleidooi? AGENDA 21 t/m 27februari 1999 10e Internationale Geodatische Woche, Obergürgl, Ötztal (Oos tenrijk). Universitat Innsbruck, Institut fur Geodasie. Inlichtingen: http://geodaesie.uibk.ac.at/ geod_wo, of telefoon +43-512- 507-6751. 23 t/m 25 februari 1999 GISnet 99, Wiesbaden (Duitsland); e-mail: uunger@iir-germany.com. 1 tlm 4 maart 1999 13th conference GIS '99, Van couver (Canada) Inlichtingen: www.gis99.com 10 tlm 12 maart 1999 2e International Conference on Interoperating GIS, Zürich (Zwitserland), Inlichtingen: www.geo.unizh.ch/interop99. 21 tlm 23 april 1999 21th Urban Data Management Symposium: IT in the service of local government planning and management, Venetie (Italië); e-mail: e.m.fendel@geo.tudelft.nl. 4 tlm 7 mei 1999 GEObit, Internationale Fachmesse für raumbezogene Informations- technologie und Geoinformatik, Leipzig (Duitsland); e-mail: geo- bit@leipziger-messe.de. 17 tlm 20 mei 1999 Nederlands-Duits Kartografie Congres (48e Deutscher Karto- graphentag), Maastricht (MECC). 27 tlm 29 oktober 1999 21e Geodesia-congres met als thema „Geodesie zonder grenzen". Jaarbeurs, Utrecht. Zie call for papers op p. 510 van het novem bernummer. 573 GEODESIA 1998-12

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1998 | | pagina 47