yxr
A
Administratieve
Technische
Automatisering
Automatisering
Kantoor
Automatisering
van de uniformering van de GBKN
zelf het tempo van realisatie van één
van de ambitieniveaus bepaalt. Bij
aanzienlijke kosten voor migratie naar
een verdergaand ambitieniveau, dan
„uiterlijk 2002" of „streven 2002",
bestaat de behoefte de huidige verdeel
sleutel betreffende de exploitatiekos
ten ter discussie te stellen. De deel
nemers gaven bij de informatie-inwin
ning aan dat zij bij het realiseren van
één van de ambitieniveaus in de regio
sturing verwachten van het LSV. Zo
zou het LSV moeten kunnen ingrijpen
Fig. 4.
Functionele
integratie van
geografische
(technische)
informatiesystemen
met systemen voor
administratieve
toepassingen en
kantoor
automatisering.
in de regionale ontwikkelingen als blijkt dat het product
teveel afwijkt van wat landelijk is overeengekomen. Hoewel
geen concrete maatregelen zijn uitgewerkt, biedt dit toch
een opening om landelijke uniformiteit van de GBKN
eventueel te kunnen afdwingen.
In verband met de regionale vervaardiging van de GBKN
geschieden de verkoop en distributie van de GBKN per
regionaal samenwerkingsverband of zelfregistrerende ge
meente. De tarieven en leveringsvoorwaarden zijn voor
deze naverkoop per regio of gemeente vaak verschillend.
Voor het bedienen vap „bovenregionale afnemers" zijn een
centraal verkooppunt en uniforme leveringsvoorwaarden
en tarieven nodig.
In haar Beleidsplan GBKN 1998-2002 voorziet het LSV de
inrichting van een cjentraal distributieloket in het jaar
2000, waarbij gebruik wordt gemaakt van het Nationaal
Clearinghouse voor Geo-Informatie (NCGI) en een cen
traal verkooppunt in het jaar 2002. Ook wordt de ontwik
keling van uniforme tarieven voor de GBKN nagestreefd.
Bij de informatie-inwinning ten behoeve van de uniforme
ring is tevens naar voren gekomen dat de gebruikers van de
GBKN meerwaarde yerwachten als bij de conversie naar
een objectgerichte gegevensstructuur rekening wordt ge
houden met afstemniing van de GBKN op andere basis
bestanden, zoals TOPlOvector en het Actueel Hoogte
bestand van Nederlapd (AHN). Dit biedt een steun in de
rug bij het streven naar onderlinge afstemming van de
basisbestanden in het; groot- en middenschalige bereik.
TOPlOvector: van analoog/digitaal-conversie naar
Het bestand TOPlOvector zag, hoewel het die naam pas
twee jaar later kreeg, het levenslicht in 1990. Het was de
laatste, maar meest omvangrijke stap in de analoog/digi
taal-conversie die de TDN in de 80er jaren was gestart.
TOPlOvector is zo ontworpen, dat het twee doelen kan
dienen, namelijk kaartvervaardiging en GIS-gebruik.
Kaartvervaardiging was voor de TDN het enige argument
voor de financiering. Automatisering moest immers lei
den tot verbetering van de efficiëntie in het proces. Bij het
ontwerpen van de structuur van TOPlOvector, eind jaren
80, stonden de TDN wel degelijk GIS-toepassingen voor
ogen. Hoewel objectgerichte datastructuren toen nog niet
aan de orde waren, is wel bewust gekozen voor een topo
logische structuur met gesloten vlakken en gecodeerde
features. Omdat het niet mogelijk was het product op
andere wijze te financieren zijn in TOPlOvector het ter
reinmodel (DLM) en kartografisch model (DKM) met
elkaar vermengd. Het beschikbaar komen van betaalbare
grafische werkstations was voor de TDN een belangrijke
stimulans. Het maakte het mogelijk om een planning
op te stellen, waarbij voldoende werkplekken konden
worden ingericht om in 1997 TOPlOvector lands-
dekkend te hebben.
topografisch basisbestand
Bij de vervaardiging van TOPlOvector dienden films van
de analoge kaart 1:10 000 als geometrische basis. Door
middel van ontschrarikte luchtfoto's werd deze basis geac
tualiseerd en voorzien van punt-, lijn- en vlakcoderingen.
In de periode van 1 S^90 tot en met 1995 zijn de kaarten
van heel Nederland deels door de TDN, maar vooral door
subcontractors, gedigitaliseerd. Het actualiseren op basis
van luchtfoto's is uitsluitend door de TDN gedaan. In
1995 was de analoog/digi taai-conversie van de kaart 1
10 000 voor geheel Nederland voltooid en was van onge
veer 60% TOPlOvector beschikbaar. Vanaf 1997 werkt
de TDN, conform dé afspraken in het kader van het haal
baarheidsonderzoek kernbestand, volgens een vierjarige
cyclus voor de bijhouding van TOPlOvector. De tot dan
toe geldende mix van drie update frequenties (vier, zes of
acht jaar, afhankelijk van het gebied) wordt in een over
gangsperiode tot aan|2002 omgevormd naar een vierjarige
update frequentie yan vier aaneengesloten gebieden.
TOPlOvector wordtj nu bij meer dan 250 organisaties ge
bruikt als basis voor een zeer uiteenlopend aantal toepas
singen. Daarnaast dient TOPlOvector als basis voor
TOP50vector en, indirect ook, voor TOP250vector.
(Bron: TDN, met dank aan Aart Jan Klijnjan)
535
GEODESIA
1998-12
Ontwikkdtools
11 i c n t ics^/