op reorganisatie van het Kadaster, afschaffing van de gel
dende regeling voor het particuliere werk enverhoging
van de jaartractementen (variërend van 1400,- tot
ƒ2600,-).
yffX.
Verplaatst naar Arnhem en woonach
tig aan de Spijkerstraat 217 wijdde
Polée zich met volle toewijding aan de
landmeetkunde. Hij werkte mee aan
Rijksgrensregelingen, de hermeting
van Dieren en de meetkundige grond
slag van de Veluwe. Het was dan ook
niet verwonderlijk dat hij werd aan
gezocht om op de toenmalige Rijks
Hoogere Land- en Tuinbouwschool in Wageningen les te Handschrift Polée.
gaan geven in de geodesie. Waarschijnlijk heeft hij daar de
dozen, waarop dit artikel is gebaseerd, om onbekende
reden achtergelaten.
Relaties (en communicatie)
De functie van landmeter in de tijd dat Polée dit ambt ver
vulde, kan wel gekenschetst worden als een ietwat solitaire
baan. Immers, hij was "Heer en Meester" in eigen district.
Maar uiteraard waren er wel de relaties met de omgeving,
waarbinnen de functie werd uitgeoefend. Er waren geen
communicatiemiddelen als telefoon, fax, e-mail, internet,
enzovoort. Wel was de telegrafie al uitgevonden en was er
een zeer betrouwbare postdienst. Maar voor het overige was
er het persoonlijke contact, dat veel tijd vergde, en tijd had
men uiteraard destijds wel. Uit de Friese periode blijkt dat
Polée veel contacten heeft gehad met notariaat en particu
lieren. Het is opmerkelijk dat correspondentie met over
heidslichamen als Rijk, provincie, gemeenten en water
schappen vrijwel ontbreekt. Dit in tegenstelling met zijn
latere Gelderse periode, waarin wel door Polée uitgebreid
per brief en briefkaart werd gecorrespondeerd, onder ande
re met functionarissen van Rijkswaterstaat, over de verbre
ding van rijkswegen en de verbetering van het Apeldoorns
Kanaal.
Collega's
Tegenwoordig kan de landmeter met behulp van allerhan
de meetapparatuur in principe solitair opereren. Voorheen
kon de functie van landmeter slechts bestaan bij de gratie
van de samenwerking met zijn "kettingtrekkers". De com
municatie tussen de leden van de meetploeg geschiedde
door het geven van tekens. Maar deze wijze van communi
ceren zal wel niet de enige zijn geweest; de gehele werkdag
moest Polée met zijn assistenten intensief overleg plegen
over wat en hoe er moest worden gemeten. Het is wellicht
tekenend voor de arbeidsverhoudingen van destijds dat we
over de relatie en communicatie met deze "kettingtrekkers"
nauwelijks meer in de documenten vernemen dan de ver
melding van hun loonbestanddeel in de kosten van een
meting voor particulieren.
De relatie met de hem assisterende tekenaars zal in Fries
land wel wat afstandelijk zijn geweest omdat de vijf teke
naars op de standplaats Leeuwarden werkzaam waren en de
standplaats Heerenveen geen teke
naars kende. De bureaus van de inge
nieur-verificateur (IV) en de grotere
standplaatsen hadden landelijk totaal
slechts 50 tekenaars op 190 landme
ters. Toch vinden we iets over de teke
naars Fricke, Hoowy en Goedemoed.
Hun namen zijn door Polée genoteerd
op lijstjes van nog te verbeteren fouten
op door hen overgetekende gemeente
en/of veldplans. Goedemoed en
Hoowy hadden landelijke bekend
heid: zij waren bestuursleden van de
voorgangster van de in het vorige jaar
jubilerende Bond van Kadasterperso-
neel. Uiteraard had Polée contacten
met zijn drie collega-landmeters in
Heerenveen, al zullen die beperkt zijn
geweest tot die enkele dagen dat men
gezamenlijk ten kantore was. Er zal
waarschijnlijk wel overleg zijn geweest
over de verrekening van de door parti
culieren betaalde bedragen voor aan
gevraagde metingen enz. Het feit dat
de collega's Kuipers en Willing getui
gen waren bij Polée's huwelijksslui
ting, zegt wel iets over de goede ver
standhouding met de collega's in
Heerenveen.
Omtrent de relatie en communicatie
met de dienstleiding, te weten de IV te
Leeuwarden zijn wij wat beter geïnfor
meerd en wel door de aanwezigheid
van brieven, briefkaarten en verzend-
lijstjes. Hierdoor krijgt men inzicht in
de wijze waarop de correspondentie
werd gevoerd en ook kennis van het
feit dat de dienstleiding bezoeken
placht af te leggen op kantoor en in
het veld. Om te beginnen zijn er de
schriftelijke werkopdrachten, zoals die
van 2 juli 1886: "In dezelfde volgorde
als de le rondreis gelieve U de 2e te
beginnen en daarmee door te gaan tot
october a.s". Onder rondreis kon wor
den verstaan het in volgorde per ge
meente opmeten van mutaties ten be
hoeve van de bijhouding van de kadas
trale kaart. Hierbij rijst dan nog de
vraag of er er 's winters wel werd ge
meten.
Er worden Staten 75 heen- en terug
gezonden tussen de "Heer Ing. Verifi
cateur" en Polée. De IV schrijft een
aantal keren dat hij verhinderd is naar
Heerenveen te komen. Anderzijds be
richt hij evenwel op 13 november
16
1999-1
GEODESIA
U c 2_ae> tstWc.
Dienstleiding