Fig. 2. Aanleg van riolering. gesteld tegen de eigenaren, zoals deze in het onteigeningsbesluit zijn ver meld. Alhoewel er geen sprake is van een verplichte kennisgeving aan het Kadaster, zorgt de gemeente 's-Herto- genbosch voor inschrijving van het rechterlijk vonnis in de openbare re gisters. Besluit inzake bouw grond- en baatbelasting Tot voor kort werd onderscheid ge maakt tussen baat- en bouwgrond belasting. Inmiddels heeft men deze twee belastingstelsels samengevoegd en tot het baatbelastingstelsel gere kend. Baatbelasting wordt geheven als de aanleg van voorzieningen de waar de van het registergoed begunstigen. In dit verband moet worden gedacht aan een verbeterde ontsluiting of de aanleg van riolering (fig. 2). Binnen de gemeente 's-Hertogenbosch is in een periode van twintig jaar één keer een besluit genomen tot het heffen van baatbelasting. In eerste instantie wordt een bekosti gingsbesluit genomen. In dit besluit wordt een gebied gedefinieerd waarbij de eigenaar rekening zal moeten hou den met de heffing van baatbelasting. Een nadere beoordeling stelt de ge meenteraad in staat de definitieve be grenzing in een verordening vast te leggen. De heffing van bouwgrond- en baatbelasting vindt plaats op grond van een verordening. In dit besluit Fig. 3. Beschermd stads en dorpsgezicht. Fig. 4. Gemeentelijk monument. worden de tarieven vermeld, die als basis dienen voor de heffing van gemeentelijke belastingen. Zodra de tarieven wijzigen, wordt een nieuwe verordening vastgesteld. Aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht In de Monumentenwet wordt een stads- en dorpsgezicht omschreven als groepen van onroerende zaken, hieronder begrepen bomen, wegen, straten, pleinen, bruggen, grach ten, vaarten, sloten en andere wateren, die met één of meer tot de groep behorende monumenten een beeld vormen, dat van algemeen belang is wegens de schoonheid of het karakter van het gejieel. Op grond van de Monumentenwet wordt het beschermd stads- en dorpsgezicht aangewezen (fig. 3). De bescherming vindt plaats via een bestemmings plan. In de gemeente 's-Hertogenbosch is het stads- en dorpsgezicht ruim vijfentwintig jaar geleden vastgesteld en sindsdien niet meer gewijzigd. Beschermde stads- en dorps gezichten zijn opgenomen in een digitaal bestand. Dit be stand is echter nog niet volledig. Aanwijzing tot gemeentelijk monument Alle tenminste vijftig jaar oude (onroerende) zaken die van algemeen belang zjjn wegens hun schoonheid, hun bete kenis voor de wetenschap of hun cultuurhistorische waar de, kunnen worden aangemerkt als gemeentelijk monument [3]. Vooraf gaand aan de aanwijzing tot gemeente lijk monument wordt een raadsbesluit genomen. Het verzoek tot aanwijzing van een monument wordt ingediend door de eigenaar of een belanghebben de organisatie. Een andere mogelijk heid voor het aanwijzen van een ge meentelijk monument volgt na de Monumenten Selectie Procedure voor rijksmonumenten. Panden die na deze procedure niet be stempeld worden als rijksmonument, kunnen alsnog wor den aangemerkt als gemeentelijk monument (fig. 4). De re gistratie van gemeentelijke monumenten is in de gemeente 's-Hertogenbosch geheel analoog. De ligging van gemeen telijke monumenten wordt aangegeven op een analoge kaart. Deze kaart wordt momenteel gedigitaliseerd. Daar naast is er een lijst beschikbaar waarop de adressen van deze beeldbepalende panden worden geregistreerd. De juistheid van de adressen wordt regelmatig gecontroleerd door een koppeling met het adressenregister. Externe organisatie Met de invoering van de tijdelijke regeling heeft het Kadas ter Eindhoven de betrokken gemeenten in de provincie Noord-Brabant benaderd voor de inzameling en distributie van publiekrechtelijke beperkingen. Na twee jaar heeft 80% van alle gemeenten een eerste bijdrage geleverd. Het maatschappelijk belang is echter zo groot, dat de overige gemeenten persoonlijk zullen worden benaderd om tot de levering van publiekrechtelijke beperkingen over te gaan. GEODESIA 1999-2 71

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 21