3D geo-informatie inwinnen en toepassen VERSLAG 4e KvAG-studiemiddag Zo'n zeventig deelnemers waren don derdag 26 november 1998 naar de Subfaculteit der Geodesie van de TU Delft gekomen voor het bijwonen van de eerste integrale themamiddag van de Kring voor Aardobservatie en Geo- informatica (KvAG). Meestal wordt een themadag of -middag door een sectie georganiseerd, maar deze keer was het voor het eerst dus een gemeen schappelijke activiteit van de drie sec ties, fotogrammetrie, remote sensing en GIS. Martien Molenaar (ITC), voorzitter van de KvAG, was ook middag-voor zitter en lichtte het thema "3D geo- informatie inwinnen en gebruiken" kort toe. Ook gaf hij aan dat juist in de kruisbestuiving van de verschillende geo-vakgebieden de meetwaarde van de KvAG kan worden gevonden. Seismische tomografie De eerste spreker was Roel Snieder van de Universiteit Utrecht, Faculteit der Aardwetenschappen. Op zeer hel dere wijze werden de basisprincipes van het vakgebied seismische tomo grafie duidelijk gemaakt. Hierbij wordt getracht een "beeld" te krijgen van het binnenste van de aarde door Peter van Oosterom, Kadaster Apeldoorn. Fig. 1. De snelheid van seismische golven in de aarde. modellen te maken, die op juiste wijze de snelheid van de elastische golven verklaren. Voor deze golven zijn enorme knallen nodig: eenj kernexplosie (wat tegenwoordig niet meer voorkomt) of een aardbeving. Deze trillingen worden dan waargenomen! door seismische stations, waarvan Utrecht er zelf zo'n Vijftien beheert. Ze liggen op de lijn van de Zwarte Zee tot! aan Finland, want hier zat nog een lacune in het internationale meetnetwerk, omdat de Rus sen in de tijd van h<ft ijzeren gordijn geen behoefte hadden aan dergelijke internationale metingen. Overigens heeft Utrecht nog een kernexplosie op slechts zo'n 200 km van Moskou waargenomen met haar meetstations. Aan de verschillende snelheden van de golven kan de vol gende betekenis voorden toegekend: een lage snelheid wordt veroorzaakt door relatief warm materiaal (stroperig en duidt op een jong continent) en een hoge snelheid wordt veroorzaakt door relatief koud materiaal (hard en duidt op een oud continent). Dit wordt heel goed zichtbaar wanneer een aardlaag op zo'n 50 km diepte wordt gevi sualiseerd: "rood is warm", "blauw is koud". Ook kunnen dwarsdoorsneden wprden gemaakt van deze echte 3D-mo- dellen, waaruit blijkt dat een oud continent zo'n 200 km dik is. Het is ook mogelijk een laag te visualiseren, die op ongeveer 2000 km diepte ligt: hierbij ontstaat een patroon van warmere en koudere gebieden, die moeilijk te verklaren is en weinig overeenkomst met het oppervlak meer ver toont. Seismische tomografie kan op verschillende schalen worden toegepast: dp schaal van een land (als Duitsland), op schaal van een continent (Noord-Amerika, fig. 1) of op wereldschaal. Roel Snieder ging kort in de op de situatie van Noord-Amerikaj, waarvoor hij in een analyse aangaf dat niet het bekende alardbevingengebied California (platen schuiven daar "rustig" langs elkaar) het meeste risico loopt, maar het gebied rond Seattle. De tip van de middag was dan ook om de aandelen Boeing en/of MicroSoft per direct te verkopen. Naast het verfijnen van de modellen (reso lutie) is de uitdaging waar het vakgebied seismische tomo grafie nu voor staat 4e overgang van statische 3D-modellen naar meer dynamische modellen. Dit om vragen als "in welke richting wordt er bewogen?" en "welke krachten spelen er?" te kunneji beantwoorden. Gebruik van 3D-modellen voor beleid De tweede spreker, Ipo Ritsema van TNO-NITG (Neder lands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen), ging iets minder diep on|der de grond, namelijk tot maximaal 10 km. Uit zijn presentatie bleek dat de 3D-modellen in de geowetenschappen uiteindelijk worden gebruikt voor het maken van (beleids) beslissingen. Naast wellicht voor de hand liggende zakeh als observatie, karakterisatie en dyna miek van het aardse systeem houden de geowetenschappen zich ook juist bezig met de interactie tussen het aardse sys- 85 GEODESIA 100 200 km 25 100 km Alsma Wooüwifd arö Snieder. JGR 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 35