tor eventueel kleine fouten van het al
goritme. Het voordeel van het gebruik
van het CAD-model is dat zowel de
topologische informatie als de vorm-
voorwaarden al zijn ingebakken. Ver- fotopaar.
der hoeven er veel minder metingen te
worden verricht. Uit experimenten
blijkt dat uit een 1 5000 luchtfoto
(stereo) met bekende oriëntatie de lij
nen van de 3D-gebouwen met een
precisie van beter dan 10 cm kunnen
worden ingewonnen (voor meer dan
95% van alle modellijnen). Heel in
drukwekkend was een ander voor
beeld waarbij een 2D-foto werd ge
bruikt voor het bouwen van een 3D-
model (door gebruik te maken van a
priori kennis) en de foto zelf weer als
textuur op de vlakken in het 3D-mo-
del te plakken (fig. 3). Toepassingen
van CAD-modellen van pijpleidingen
in de industrie zijn bijvoorbeeld de
analyse van kritische resonanties en
het vormen van een basis, nodig bij
uitbreiding en onderhoud van de in
stallatie. Bestond de traditionele foto-
grammetrische methode nog uit het
plakken van stickers op de buizen en
het meten van deze punten, de nieuwe
methode gaat weer uit van CAD-
modellen. In dit geval is er een data
base met verschillende basismodellen
(rechte pijp, kniebocht, T-stuk, enzo
voort) die met elkaar kunnen worden
gecombineerd. De CAD-basis voor
deze methode is Constructive Solid
Geometry (CSG), waarbij basisprimi
tieven naar hartelust kunnen worden
gecombineerd. Ook uit dit deel van de
presentatie bleek weer dat de methode
van het semi-automatische meten met
a priori veel tijd (en dus geld) bespaart.
Fig. 3.
Het passen van
een 3D-model van
op Visual Reality (ian en boven het oppervlak) zoals recent
toegepast bij de Meetkundige Dienst van de Rijkswater
staat (RWS/MD). |De presentatie ging als eerste in op de
verschillende bronnen van geo-informatie bij RWS/MD:
luchtfoto's (fotogrammetrie), vliegtuig-laseraltimetrie en
externe bestanden (aangekocht). Het gebruik van deze geo-
informatie gebeurt ten behoeve van beheer, ontwerp (een
nieuw tracé) en visualisatie in z'n algemeenheid, maar in
het bijzonder in geval van een aanpassing. De term "visual
reality" wordt bij RWS/MD gebruikt in die gevallen waar
bij de werkelijkheid wordt gevisualiseerd, dat wil zeggen
bestaande informatie. Hiervan werden vier voorbeelden
gegeven:
de Sint-Pietersberg werd van boven bekeken (recht van
boven en in 3D-perspectief) en toen werd duidelijk dat
dit een "holle kies" is (fig. 4);
door gebruik vah een luchtfoto (rasterdata) onder het
vector DTB-rivieren (Digitaal Topografisch Bestand)
wordt interpretatie van de feitelijke situatie eenvoudiger;
door combinatie van hoogte-informatie uit het AHN
(Actueel Hoogtebestand Nederland) en TOPlOvector-
data kunnen zeer verhelderende 3D-aanzichten (en zelfs
een "vlucht" door het gebied Amsterdam-Noord) wor
den getoond;
een soortgelijke cjombinatie, maar nu van AHN met digi
tale luchtfoto's gaf een zeer goede indruk van een gebied
rond de rivier de IJssel.
Tot zover de toepassing van visual reality bij RWS/MD.
De beter bekende term virtual reality wordt bij RWS/MD
gebruikt voor het visualiseren van toekomstige scenario's
zoals een nieuw tr^cé, een nieuwe brug, kustafslag of vege
tatie-ontwikkeling. Hiervan werden twee concrete voor
beelden getoond:
HSL-tracé op (AHN+) topografische kaart in 3D-
perspectief;
verbinden van een plas langs de IJssel met diezelfde IJssel
en het toevoegeij van een jachthaven (dit op basis van
AHN en de digitjale luchtfoto).
De conclusie was dat visual reality en virtual reality nu al
zeer geschikt zijn voor het weergeven van geo-informatie
vanwege de eenvoudige interpretatie en de hoge informa
tiedichtheid. In de toekomst zal de nadruk (nog) meer
komen te liggen op interactief bewegen, ontwerpen en aan
passen van het terrein in (nog) meer geavanceerde om
gevingen.
Visual en Virtual Reality
bij Rijkswaterstaat
De middag werd afgesloten door
Remko Wicherson die nader inging
Fig. 4.
De Sint-Pietersberg
van boven bekeken.
87
GEODESIA
1999-2