Landinrichting zit in de lift telijke inwonertallen en geodetische ambities, zo vertelt hij bij zijn bed met jalonpunten aan de poten. Keesmaat mag landmeetassistent zijn, hij heeft als mts-er weg- en waterbouw ook interesse in bruggen. Zijn giganti sche documentatie daarvan kan in een ander blad worden belicht. Al heeft Nico geen formeel museum, landmeetkundigen mogen gerust langskomen op het adres Haarlem merweg 597 (3 hoog) in Amsterdam- Sloterdijk. Al in het portaal passeert men dan Kad- en grensstenen. Zijn telefoonnummer is (020) 684 09 62. Aanwinsten blijven welkom en mede bewoners van het portiek tonen begrip bij extreme formaten of gewichten. bout met de afkorting "OWB". Dat slaat op Openbare Werken Beverwijk en Keesmaat zou graag willen weten welke andere gemeenten even ambitieus eigen bout opschriften hanteerden. "Bij Veenendaal moet dat ook zo zijn", zo vernam hij. Hij ziet geen verband tussen gemeen- REACTIE Uit het verslag van de op 12 november 1998 gehouden studiemiddag Landin richting in Geodesia 1999 no. 1 zou men de indruk kunnen krijgen dat het er niet zo goed voorstaat met de land inrichting in Nederland. ir. J. K B. Sonnenberg, adviseur landinrichting bij bet Kadaster. Inderdaad is er sprake van bezuiniging op de begroting van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, maar die bezuinigingen betreffen de traditionele landin richting. Onder traditionele landinrichting moet men dan verstaan landinrichting uitsluitend ten behoeve van de landbouw met behulp van het traditionele landinrichtings instrumentarium. Landinrichting voor niet-agrarische doeleinden en met toepassing van een gemoderniseerd in strumentarium geniet de laatste tijd juist in toenemende mate de belangstelling van maatschappij en politiek. D66-er Ter Veer heeft bij de behandeling in de Tweede Kamer van de begroting van LNV weliswaar ernstige kri tiek geuit op de agrarisch gerichte landinrichting, waarmee hij inderdaad ruimschoots de landelijke pers heeft gehaald. Hij werd echter in de regel geïnterpreteerd als zou hij tegen landinrichting in het algemeen zijn. Bovendien leek het als of hij een algemene opvatting vertegenwoordigde. Dat nu is geheel onjuist. Dat bleek ook bij de behandeling van het rapport Her ijking Landinrichting in de vaste commissie voor Land bouw, Natuurbeheer en Visserij op 29 oktober 1998. Het ging daarbij om de voorstellen ter mo dernisering van het landinrichtings instrumentarium. Alle partijen bleken achter die modernisering te staan en achter de inzet van het gemoderni seerde landinrichtingsinstrumentarium voor de realisering van de beleidsintensiveringen op het gebied van milieu. Voor deze beleidsintensiveringen zijn in belangrijke mate extra middelen beschikbaar, die de bezuinigingen op de traditionele landinrichting ruimschoots overtreffen. De be leidsintensiveringen hebben met name betrekking op de reconstructie van de zandgebieden, het aanvullende stik- stofbeleid en de Groene Hart-impuls. De modernisering van het landinrichtingsinstrumentarium en de wijziging in de inzet van het instrument betekenen in eerste instantie een vermindering van de traditionele inzet van het Kadaster in de landinrichting. Maar voor het Kadaster geldt als compensatie de te verwachten betrok kenheid bij de realisering van de beleidsintensiveringen en de mogelijkheid om aanvullend waardevolle alternatieve diensten te kunnen leveren op het gebied van de vastgoed informatie. Gezien het feit dat de Dienst Landelijk Gebied voor de taakstelling is geplaatst om meer te doen met minder men sen, is ook daarom te verwachten dat de komende jaren meer een beroep op het Kadaster zal worden gedaan in de landinrichting. 92 1999-2 GEODESIA

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 42