Uil da pahs "Dic& (fawt Ismailiya ligt in de oostelijke Nijldelta aan het Suezkanaal. Het is tijdens de bouw van het kanaal (ca. 1860) ge sticht en is nog steeds het hoofdkwar tier van de Suez Canal Authority voor wat betreft het beheer van het scheep vaartverkeer. Tijdens de oorlogen met Israël (1967-1973) werd de stad regel matig bestookt met artillerie vanuit één van de fortificaties in de Bar Lev linie, vijf kilometer aan de andere kant van het kanaal. Een belangrijke onder breking in deze foltering was een Egyptische tegenaanval die de Israëli's zodanig verraste dat ze de versterking enige tijd moesten opgeven. Deze ge beurtenis is een heldenepos in de Egyptische geschiedenis geworden, want het bewees voor de hele Arabi sche wereld dat Israël niet onverslaan baar was. Onze ITC-delegatie bracht een bezoek aan dit indrukwekkende fort dat stra tegisch midden in de woestijn op een plateau ligt. Na het zien van de onder komens en de werkplaatsen onder de grond verbaasde het mij niet dat de Is raëli's daar na enige jaren verblijf van hopeloze verveling inderdaad zijn in gedut. Enigszins weemoedig voor zich uitpratend merkte één van de gast heren op dat het Suezkanaal veel Egyptische levens heeft gekost. Dui zenden zijn omgekomen als slavenar beiders bij de bouw, de Turken moes ten er in 1913 teruggedrongen wor den, in 1956 werd er met de Engelsen en de Fransen over de controle over het kanaal gevochten, en tenslotte de oorlogen met Israël. Nu heeft de Egyptische regering ande re problemen. Bijvoorbeeld hoe om te gaan met de enorme bevolkingsgroei: 60% tussen 1971 en 1991 (van 35,6 tot 57 miljoen), Cairo verdrievoudig de in die periode van vijf naar vijftien miljoen inwoners en werd daarmee de vierde metropolis ter wereld na Mexi co City, Sao Paolo en New York. Met veel financiering door internationale donoren probeert de regering in de woestijn nieuwe landbouwgronden te ontwikkelen met behulp van grote ka naliseringsprojec ten vanuit het Nassermeer ach ter de Aswandam. Verder worden er nieuwe industriële steden gebouwd in de woestijn tussen Caïro en de delta. Uitgebreide toeristische faciliteiten worden gepland en aangelegd aan de kust van de Middellandse Zee, de oostkant van de Sinaï en de westkust van de Rode Zee. GIS-gebruikers spelen een steeds be langrijker rol in de ondersteuning van deze sociale en economische ontwik kelingen en dit heeft vergaande conse quenties voor de Egyptian Survey Au thority (ESA) (ongeveer 15.000 perso neelsleden, en verantwoordelijk voor officiële topografie en het kadaster). Om te bereiken dat de organisatie meer slagvaardig omgaat met de groe iende behoeften aan geo-informatie- producten is het ITC betrokken bij een opleidingsprogramma voor vier honderd 'middle level managers' van ESA. Deze mensen zullen leiding moeten geven aan de tweede fase van de invoering van IT en de verdere mo dernisering van deze organisatie, en daarmee aan de veranderingen die moeten plaatsvinden om ESA relevant te houden. Om inzicht te krijgen in de huidige status van IT-operationalise- ring bezochten we het regionaal bu reau van de ESA in Ismailiya. We von den er een klasse voorbeeld van de eer ste fase, namelijk de automatisering van bestaande productieprocessen. De automatisering werkt effectief en heeft ook geleid tot een zekere mate van ver trouwen en comfort met de IT zowel bij ESA als haar financiers. Ook interessant was om te zien dat IT- toepassingen zich hebben geconcen treerd op de vraag naar up-to-date kaarten ten behoeve van het moderni seren van het Irrigatie Management System, een project van USAID dat door het eigen ministerie belangrijk werd gevonden en waar goed gescoord kon worden met behulp van IT. Drie jaar na de aanvang van het project con cludeerde de directie echter: "it beca me obvious to all concerned with the project that the digital surveying and mapping technology being introduced by the technical assistance team was changing dramatically and iorever the way the authority transacts business". Om blijvende verandering te kunnen realiseren werd het nodig geacht om een duidelijke en complete blauwdruk te ontwikkelen voor de volgende stap pen in de modernisering van het be drijf en haar dienstverlening. Na een negentien maanden durend ontwikke lingsproces waar talloze stafleden, klantenorganisaties en technische hulporganisaties bij betrokken waren, is er een strategisch plan geschreven. Dit plan omvat niets minder dan het vervangen van de klassieke gecentrali seerde ESA door een nieuwe, meer slagvaardige en gedecentraliseerde vorm van organisatie die National Surveying and Land Information Au thority zal moeten gaan heten. Het missie statement van deze nieuwe organisatie is nu als volgt: "Our dedi cated and professional staffis commit ted to manufacturing high quality geographic information products and delivering professional surveying and mapping services to government and private sector end-users at a reasonable cost and with minimal government subsidy". ESA verplicht zich nu aan deze visie en aan de daaraan gekoppel de ontwikkeling van het middle ma nagement dat een nieuwe kijk zal moeten krijgen op dienstverlening, productdiversiteit en marktsegmenta- tie, en de moderne gereedschappen die de manager ten dienste staan om met deze problematiek om te leren gaan. Ik kon niet nalaten de bestuursvoorzit ter van ESA te vragen naar de risico's in deze modernisering. Hij verwachtte dat het nog minstens tien tot vijftien jaar zal duren voor alle technische, be heers-, beleids-, administratieve en fi nanciële veranderingen goed ingebed zullen zijn. In die periode zal er ten minste één verandering van voorzitter zijn (namelijk wanneer hij over twee jaar moet terugtreden). Hij hoopt dat er dan genoeg momentum en kritische massa zal zijn om de modernisering onomkeerbaar te maken: Maar, "we 1999-4 GEODESIA 200

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 42