Integratie van wegennetwerken uit verschillende geografische databases Semantische en geometrische aspecten1) Inleiding GEODESIAJ1999-7/8 Gis-technology, data Structures, theory Gis-technologie, gegevensstructuren, theorie KEYWORDS TREFWOORDEN Het langetermijndoel van het ontwikkelen van een prototype van een geo-database integrator is het verminderen van menselijke interactie bij het doorvoeren van mutaties van de ene naar de andere geo-database. Dit artikel concentreert zich op het onderzoek gerelateerd aan wegennetwerk-elementen uit twee onafhankelijk ingewonnen en bijgehouden topografische databases: de TOPlOvector en de GBKN. Cruciaal bij mutatiepropagatie is de (on)zekerheid omtrent het gelijk zijn van verschillende wegobject-represen- taties. Hiervoor zijn exacte, scherpe definities van een wegsegment en een wegkruisingsvlak belangrijk. In zowel de TOPlOvector als de GBKN zijn de wegobjecten vlakelementen, hoewel het geheel ook kan worden beschouwd als een lineair wegennetwerk. Om de wegkruisingsvlakken en de wegseg- menten te vinden wordt een constrai ned Delaunay triangulatie toegepast. Gebruik makende van deze goed gede finieerde wegelementen worden de corresponderende elementen uit de twee geo-databases aan elkaar gekop peld. Dit vormt de basis voor verdere verwerking en propagatie van de mu taties in het wegennetwerk van de ene database naar de andere database. Dit artikel is een vertaling van een presentatie van de genoemde auteurs op de '2nd Interna tional Conference on Interoperating Geographic Infor mation Systems, 10-12 March 1999, Zurich, Switzer land', proceedings Lecture Notes in Computer Science (LNCS 1580), biz. 177-188. 2) Anton Vogels, thans werkzaam bij Oranjewoud B.V., werkte als afstu deerder van de TU Delft, Geodesie, mee aan dit onder zoek bij het Kadas ter. Het integreren van geo-databases (ook wel kaartintegratie genoemd) betreft het proces van het leggen van verbanden tussen corresponderende objecten in verschillende, hete rogene en autonoom vervaardigde geo-databases van een bepaald gebied. Het ^loel van dit proces is het mede- of her gebruik van geo-informatie mogelijk te maken. Mede- of hergebruik is te zien als een communicatieproces. Bij com municatie is de semantiek ofwel de be tekenis van de informatie van belang. In feite is het de kern van wat tegen woordig interoperabiliteit genoemd wordt. In dit artikel wordt hergebruik (van geo-informatie onderzocht binnen (de context van mutatiepropagatie, dat wil zeggen het hergebruik van muta- Jties van de ene geo-database ten be- jhoeve van een andere [13]. De inte gratie van geo-databases komt tegen- 'woordig meer in de belangstelling nu (de conversie van traditionele analoge (kaartseries voltooid is. De verbanden tussen corresponderende objecten in deze kaartseries waren alleen impliciet I aanwezig door het gezamenlijk coördi- j natensysteem, zoals het RD-stelsel [7]. ir. Harry Uitermark, ir. Anton Vogels 2 en dr. ir. Peter van Oosterom allen werkzaam bij de Concernstaf van bet Kadaster te Apeldoorn. Teneinde deze verbanden expliciet te maken hebben on derzoekers verschillende strategieën toegepast, zoals sche ma-integratie; zie bijvoorbeeld voor databases in het alge meen [8]voor een overzicht voor wat betreft geo-databases [5] met een mooi voorbeeld in [2], Een andere strategie, relational matching! komt uit de wereld van de communi catietheorie [7]. Die van ons komt uit de wereld van de kennissystemen. In pnze benadering is de vervaardiging en het gebruik van een ontologie van belang. Tezamen met de verkenningsregels (of wel de abstractieregels) van de te inte greren geo-databasés is het dan mogelijk het resultaat van het kaartintegratieproces te controleren op inconsistenties [11, 13]. 317

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 15