en 'business game'. Ook introduceerde hij het begrip 'co-
opetition' als de mate waarin een bedrijf zich voordoet als
'complementor' (aanvuller, dat wil zeggen de klant waar
deert jouw producten meer in samenhang met een product
van de aanvuller) of als 'competitor' (concurrent de klant
waardeert jouw product minder door de concurrent). De
rol van OpenGIS is hierin duidelijk: door de standaarden
kunnen de verschillende producten beter met elkaar sa
menwerken. De slogan 'citizens on-line instead of in-line'
(burgers direct on-line via internet verbonden in plaats van
wachten in de rij voor een loket) sloeg duidelijk aan en
hierbij verwees John Glover naar het Britse NLIS (National
Land Information Service) portaal. Dit portaal, waarbij
Intergraph betrokken is, is bedoeld als een 'one-stop-shop'
op het internet om het kopen en verkopen van huizen
makkelijker te maken (http://www.nlis.org.uk). Met inter
net is een belangrijk medium genoemd waarlangs Open
GIS de interoperabiliteit van geo-informatie systemen wil
bereiken.
lijstje, waaruit duidelijk wordt dat er
nog een hoop werk verricht moet wor
den. De voortgang hiervan valt te vol
gen op de OpenGIS website (ook niet-
leden kunnen de belangrijkste docu
menten ophalen).
De nieuwste OpenGIS ontwikkelingen werden beschreven
door Cliff Kottman, technisch directeur van het OpenGIS
Consortium. Zo zijn de eerste gecertificeerde OpenGIS
producten, volgens de SQL 'implementatie specificatie'
voor simple features (SFS), sinds maart van dit jaar
beschikbaar. Kijk maar op de OpenGIS website http://
www.opengis.org/techno/conformance.htm onder het kop
je 'conforming products'. Het gaat hier om de specificaties
van punten, lijnen en vlakken, etcetera. De producten be
treffen tweemaal een SFS-implementatie van ESRI volgens
de variant 'typen en functies' in respectievelijk een In
formix en een IBM DB2-database. Verder zijn er ook twee
SFS-implementaties volgens de 'normalized geometry'
variant (geometrische typen gerepresenteerd via standaard
databasetypen als bijvoorbeeld 'number') beide voor de
Oracle database, één van Oracle zelf en één wederom van
ESRI. Er is hiermee echter nog maar een beperkt deel inge
vuld van het hele geo-informatiedomein dat OpenGIS
probeert af te dekken. Op vele gebieden moeten eerst de
'abstracte specificaties' nog gemaakt of uitgewerkt worden.
Op een aantal andere gebieden waar deze wel gereed zijn
volgt dit jaar de 'implementatie specificatie', zoals voor
catalogusdiensten. Een belangrijke toepassing hiervoor in
Nederland zou met name bij het Nationaal Clearinghouse
Geo-Informatie (NGCI) kunnen liggen. Verder volgen
standaards met betrekking tot 'object identificaties en rela
ties'. Deze standaard wordt relevant bij expliciete levering
van topologische informatie, bijvoorbeeld volgens de Na
tionale Praktijk Richtlijn NPR 3611. In NPR 3611 is het
mogelijk om vlakgerichte informatie uit te wisselen.
Hoewel we Kottman eigenlijk niet mogen vastpinnen op
de voorlopige planning van de verschillende implementatie
specificaties volgt hier toch een officieus lijstje: catalog ser
vices - juli 1999, simple coverages (grid) - augustus 1999,
feature id's and relationships - december 1999, geometry
enhancements (curves, 3D types) - april 2000, ordinary
coverages (TIN, polygons) - juni 2000, presentation (carto
graphic aspects) - mei 2000, coordinate transformation -
maart 2000. Al met al een indrukwekkend en ambitieus
De OpenGIS
zaal begint zich te
vullen.
De laatste twee sprekers op de infor
matiedag waren Günther Pichler
(SICAD) en Henk Scholten (Geo-
dan). Pichler maakte de oprichting
van de Euro SIG bekend, om binnen
OpenGIS de sterke kanten van Euro
pa naar voren te brengen, zoals Kadas
ters, milieu, openbaar vervoer en kar-
tografie. De kansen bestaan uit het
hebben van significante invloed op
wereldwijde standaarden (in principe
worden de OpenGIS en ISO standaar
den geharmoniseerd en vindt er zoge
naamde 'double branding' plaats) en
natuurlijk voor de bedrijven de hieruit
voortvloeiende commerciële kansen.
Tot slot gaf Scholten zijn visie op deze
kansen vanuit het Nederlandse pers
pectief volgens het 'Dutch Dune Mo
del': sterk en flexibel. Belangrijke
componenten hierin zijn: overleg
(RAVI en NCGI), technologie en
standaarden, en het uitvoeren van pi
lots. Hij noemde een tweetal pilots
expliciet, waarbij de OpenGIS stan
daarden ingezet gaan worden: de twee
de fase van het NCGI en een
RAVI/VROM pilot in de hoek van
bestemmingsplannen. Als zandkorrels
in de Nederlandse OpenGIS duinen
werden bekende spelers als RIVM,
SC-DLO, DLG, Provincie Gelder
land, Rijkswaterstaat, Geodan, Kadas
ter en de RAVI genoemd (hiervan is
overigens alleen het Kadaster ook wer
kelijk lid van het OpenGIS consor
tium). De dag werd tenslotte afgeslo
ten met een gezellige borrel waarbij
de discussie over onder andere het
340
1999-7/8
GEODESIA