A nele infrastructuur worden opgebouwd. Nieuwe ministe ries, nieuwe organen en organisaties moesten worden be menst met de voormalig kanslozen, terwijl de vaak beter opgeleide Zuid- Afrikanen zich massaal terugtrokken. Als direct gevolg hiervan was bijvoor beeld het totale personeelsbestand van het ministerie van Grondzaken terug gelopen van ruim honderdtwintig in 1990 tot net iets boven de twintig in 1994. Met de grote druk op de nieuwe regering om snel iets aan het grond vraagstuk te doen, besloot het ministe rie daarom dat voor de uitvoering van de aanbevelingen in het nationale grondbeleid [4] aangepaste training voor nieuw aan te nemen personeel, evenals aanpassing van het (formele en niet-formele) rechtssysteem met betrekking tot grond, noodzakelijk was. Flexibele grondrechten De behoefte aan technische landmeters was reeds geformu leerd in een aantal proefprojecten bij de landmeetkundige dienst (Surveyor-General) van het ministerie met hulp van een Deense niet-gouvernementele organisatie IBIS. Eén van hun bevindingen was dat kadastrale landmetingen en registraties slechts voor een deel van het hele land plaats vonden [5]. In vele, voornamelijk niet officiële, informele stedelijke gebieden en voormalige thuislanden bleek dat de onmogelijkheid om grondrechten te laten registreren leid de tot de onmogelijkheid om kredietinvesteringen te be werkstelligen. Vooral in de sterk groeiende informele stede lijke gebieden bleken geen officiële rechten mogelijk, ter wijl in de communale gebieden de traditionele rechten niet konden worden beschermd tegen de expansie van de stede lijke gebieden. Omdat meer dan tien procent van de bevol king hier direct mee te maken heeft, werd een voorstel ge formuleerd om een systeem van landregistratie in te voeren waarbij mensen op een eenvoudige en snelle manier toch een recht zouden kunnen doen gelden op hun stukje grond. Dit nieuwe systeem werd 'flexible land tenure' ge noemd. Flexibel, omdat de rechten niet via de in de Nami- bische kadastrale wetgeving voorgeschreven methoden kadastraal zouden worden opgemeten en geregistreerd, een proces dat duur is vanwege de hoge eisen van nauwkeu righeid en de kosten voor geregistreerde landmeters, con veyancers, enzovoort, maar via eenvoudige metingen (meetband) en lokale registers met 'flexibele' perceelsgren- zen. Voordeel van zo n systeem zou zijn dat voor grotere gebieden met meerdere mensen in ieder geval snel duidelijk zou worden wie er in het gebied woonden en dat hun lokaal veronderstelde - zij het niet geregistreerde rechten niet langer konden worden bedreigd door buitenstaanders, overheden en (verouderde, niet meer toereikende) wet geving. Directe consequentie van zo'n oplossing was echter dat er een directe behoefte ontstond aan nieuw opgeleide mensen die in ieder geval zelf eenvoudige metingen en kadastrale registraties zouden kunnen verrichten. Een nieuw soort opleiding in basis-landmeetkunde, re gistratie en lokaal onroerendgoed- beheer moest worden gecreëerd en nieuwe mensen moesten deze korte maar krachtige opleiding gaan volgen voor het ministerie van Grondzaken. Met deze achtergrond werd onder an dere de eenjarige nationale certificaat opleiding in 'land measuring' ontwik keld, die inmiddels is geïnstitutionali seerd op de Polytechnic van Namibië. Deze opleiding is uniek in zuidelijk Afrika, maar toch toegesneden op een Fig. 2. specifiek probleem dat in heel zuide- Eerste lessen lijk Afrika speelt, namelijk het snel landmeten. doorvoeren van grondhervormingen met nieuwe middelen door nieuw op te leiden voormalig kanslozen van de bevolking. Kadastrale landmeet kunde De opleiding is ingericht rondom een aantal basisvaardigheden, die zijn ge clusterd in modules: Het voornaamste verschil met de tra ditionele opleidingen landmeetkunde is de relatief beperkte nadruk op land- meettechnische kennis en vaardig heden, namelijk inclusief landmeet kundige procedures zo'n 25% van de totale cursus. Daarbovenop wordt ook aandacht besteed aan praktische vaar digheden in het veld zoals communi catie en algemene kennis over kadas traal en traditioneel recht en grondbe heer. Deze vaardigheden zijn vooral nodig in de meer rurale gebieden, 368 1999-9 GEODESIA Onderwerpen per module Maanden tijd Toegepaste kennis van Engels, communicatie, wiskunde, computer en statistiek 2 17 Basiskennis recht, grondrecht en -beheer, landregistratie, landmeetkundige procedures en kadastrale metingen 2.5 21 (Kadastrale) Landmeetkunde 2 17 Stedelijke planning en beheer 1.5 13 Landhervorming, taxatie en grondeconomie, rurale planning 1 8 Communicatie bij gronddisputen 0.5 4 Introductie landinformatiesystemen 0.5 4 Veldwerk 1 8 Vakanties, examens 1 8 Totaal 12 100

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 14