Fig. 5. President dr. S. Nujoma tijdens de diploma uitreiking. Fig. 6. Geslaagde studenten landmeten. nies, universiteiten, maar ook tussen het ministerie van Grondzaken en het Nederlandse Kadaster; het aanpassen van het onderwijspro gramma aan de lokale mogelijkhe den en wensen, met name voor wat betreft de technische middelen die beschikbaar zijn (hardware, soft ware, instrumenten, onderwijsruim ten, enzovoort), de onderwijskundi ge achtergrond van de doelgroep en de veranderende doelstellingen van het nationale grondbeleid. Op langere termijn kan het ITC voor al een ondersteunende en controleren de functie vervullen voor wat betreft het lopend onderwijs en een initiëren de voor nieuw onderwijs. Dit laatste vooral op het gebied van grondwaar- dering, grondregistrade, ruimtelijke planning, GIS/geoinformatics, be heer/management van geo-informatie en geo-informatie infrastructuur. Afsluitende opmerkingen Er is een duidelijke behoefte in geheel zuidelijk Afrika aan een nieuw soort kadastraal systeem, dat tegemoetkomt aan gebruiken van lokale bevolkings groepen en inspeelt op de gevolgen van de voormalige segregatie van be volkingsgroepen. Omdat de tijdsdruk groot is, zowel politiek als sociaal-eco nomisch gezien, zijn meer toegepaste en vereenvoudigde procedures nood zakelijk, en ook nieuw soort opleidin gen. De basisopleiding landmeetkun de aan de Polytechnic, die is ontwik keld door het ITC, komt tegemoet aan die behoefte en kan, eventueel in iets gewijzigde vorm en geïntegreerd met andere facetten van grondbeheer, uitgroeien tot een opleiding voor ge heel zuidelijk Afrika. Dat er daad werkelijk waarde aan wordt gehecht, moge blijken uit het feit dat zelfs de president van Namibië aanwezig was op de eerste diploma-uitreiking. Tenslotte is het belangrijk om te bena drukken dat al gedurende het project geleidelijk zowel het inhoudelijke als het financiële management over het project werd overgedragen aan de Na- mibische instanties. Mede gezien het Nederlandse ontwikkelingsbeleid om zich te richten op verantwoord be stuur, is dit een essentiële voorwaarde bied van grondbeheer, onder andere met behulp van de huidige technieken en inzichten in de bredere zin. Het lokaal ontwikkelen, opzetten en insti tutionaliseren van cursussen en een lokale onderwijskundige (infrastruc tuur is één van de voornaamste rollen van het ITC geweest tot nu toe. Dit omvat niet alleen de inhoudelijke kant van de cursussen, maar ook zaken als: kwaliteitscontrole en -behoud, on der andere door reguliere evaluatie door zowel lokale (Namibië), regio nale (zuidelijk Afrika) alsook inter nationale professionals of academici; certificering en nationale erkenning binnen het Namibische hoger onderwijssysteem alsook binnen de professionele sectororganisaties (voor landmeetkunde de 'surveyors council', vereniging van landmeters, die bijvoorbeeld ook landmeters re gistreert en licentieert); zorgen voor en onderhandelen over een reguliere in stroom van studenten op langere termijn, via zowel over heidsorganen als via de particuliere sector; financiering en opzetten van mechanismen om dergelijke cursussen op langere termijn te kunnen blijven draaien; professionele ondersteuning van lokale docenten, hetzij via postdoctoraal onderwijs, hetzij via lokale 'training of trainers' cursussen; netwerken, waar mogelijk. Via INSHURD is onder andere een breder contact gelegd tussen de Namibische onderwijsinstituten en bijvoorbeeld regionale Polytech- 1999-9 GEODESIA

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 16