Landmeters en risico's I999-" GEODESIA eerste werkstations (met die hele grote beeldschermen) hadden hun intrede gedaan, maar er moest toch nog erg veel handmatig worden gedaan en het ging vooral nog erg langzaam en omslachtig. De tijd was ook niet zo florissant toen Fakkert samen met zestien collega's de Heidemij verliet en op eigen benen ging staan. Het werk bestond uit uitzetwerk in ruilverkavelingen in Duitsland waar ook het eerste bedrijf, dat ze Geotechniek doopten, werd gevestigd. We doen daar nog steeds Flur- bereinigungs (ruilverkavelings)werk en ook is er leidingen registratie bijgekomen. Dat ging niet helemaal vanzelf, want er braken slechte tijden aan. Het was de tijd van de grote bestedingsbeperkingen en er was weinig te verdienen voor geodeten. In 1983 kwam de doorbraak: een opdracht van de aannemerscombinatie KWS-Heijmans om mee te werken aan de aanleg van het Zuidlimburgse vliegveld, nu Maastricht Airport. Met twaalf meetploegen (zes ploegen op, zes ploegen af) werd enkele weken in vol- continudienst gewerkt om alle uitzetwerk voor dit kolossale karwei op tijd rond te krijgen. Dat was een opsteker. Het was een project waarmee naam is gemaakt en dat later als visitekaartje voor Geomij fungeerde. Sindsdien ging het (net als onze route) bergopwaarts en over die periode kan Theo enthousiast vertellen. De werkzaamheden namen niet alleen toe, er Het (bijna) vol tallige personeel bijeeti ter van de directeurs wisseling. Op de kruising van de drie werkgebieden draagt Fakkert het estafettestokje over aan Jansen. kwam ook andersoortig werk: de GBKN, leidingenregistratie, maatvoe ring bij bouwkundige werken, wegen bouw en nog veel meer. Geomij groei de mee met de conjunctuur en inmid dels kunnen de vijfenzeventig mede werkers beschikken over zeventien zelfregistrerende tachymeters, auto matische waterpasinstrumenten, GPS- ontvangers, pencomputers en aller hande apparatuur ter beschikking van de meetploegen om het werk te ver aangenamen, maar vooral te versnel len. Ook binnen is er het nodige ver anderd en zijn de oude IGOS-stations vervangen door snelle computers met uitgekiende, gevarieerde programma tuur. Maar Theo moest ook nog kaart lezen en onder het rijden constateerde hij dat ook het landschap is veranderd, en dat kaart en terrein niet meer met elkaar overeenstemmen, hetgeen tot gevolg had dat we nogal eens moesten omrijden of keren op erg smalle weg getjes. Tenslotte bereikten we Vaals waar we zowel het echte als het onech te Drielandenpunt aan een nauwge zette inspectie onderwierpen. Op die plek overhandigde Theo Fakkert nog maals officieus de estafettestok aan John Jansen. Slechts een enkele toerist vroeg zich af of de meting soms was ingegeven door twijfel over de juiste markering van het hoogste punt van Nederland. Een beschouwing over de drie aangrenzende werkgebieden leer de mij veel over de daarbijbehorende culturen: de zuiderburen waar de alge mene richtlijnen altijd voorrang heb ben op de echte geodetische eisen en waar de betalingsverplichtingen zeer moeizaam tot een goed einde worden gebracht, de oosterburen met hun Gründlichkeit wat betreft het eisen pakket (alles moet foutloos) en ons ei gen vaderland waar terdege rekening moet worden gehouden met de han delsgeest van de opdrachtgevers. Veel leerde ik hier ook over het opmaken van offertes, de strijd om het verkrij gen van opdrachten en het verwerven van een marktpositie. De verdere rondgang langs lopende projecten wordt een zoektocht (je houdt de kaart op zijn kop, Theo) naar de meetploegen. De eerste werd opgespoord in het niet bij iedereen be-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1999 | | pagina 26