Den Vurigen Landmeter
Geodesie: springlevend door verbreding en verdieping
"Er zijn lieden, die beweren, dat zij 's avonds op de
heide met den Vurigen Landmeter gesproken, ja hem de
hand gegeven heeft, alsof het haar lief ware geweest". -
(De door Else bedoelde persoon was een landmeter, die, bij
gelegenheid der afbakening van zekere Marken, zich had
laten omkoopen, en, tot straf daarvoor, veroordeeld was, na
zijn dood, de meting alle nachten te herdoen.)
"Bij O.L.V.!" riep Anna: "Barta met den Vurigen Land
meter!"
"En wie heeft dat gezien?" vroeg Olberts, ongezind, zoo
licht het ergste te denken.
"Wie? Wel de heele buurschap. - En dit is nog niet alles:
maar gij kent die oude kol, die in de belt aan de Volter Lake
woont, en hier eens de varkens onttooverd heeft. Welnu!
met dat wijf, dat zeker met den Euvele in verbond staat,
houdt Barta schier alle dagen morgenkout".
en
De oude vrouw
hemel, maakte het
gebed. Olberts zwee;
stond op en floot e
van het bijgeloof va:
tichting. De laster is
maakt zwart waar
pleegdochter nauwk
daarna met Weende
Uit: Onze vooro
de tiende eeuw. Dez)1
neer het huisgezin
hief de oogen in stomme verbazing ten
teeken des kruises en mompelde een stil
:g, morrelde een tijdlang in 't vuur,
deuntje: niet, dat hij geheel vrij was
h zijn tijd: maar hij mistrouwde de be-
intusschen aan de houtskool gelijk en
hij niet brandt. Olberts besloot zijn
euriger gade te slaan, die niet lang
binnentrad.
ouders - De Hunenborg (ca. 1850), door
Jacob van Lennep (1802-1868). Het is een verhaal van de
liefde tussen een artne prins en een boerendochter tijdens
ze scène speelt zich af des avonds, wan-
van Olberts, op de erve Scholte Linde,
wacht op de komst |an pleegdochter Barta en haar geliefde
Weender.
Zie <www.dds.nl/~ljcoster/jlennep/
voorouders/hu nnen2 ,html>
HET VAKGEBIED DOOR DE JAREN HEEN (7)
Door de ogen van het tijdschrift ge
zien blijkt ons vakgebied de afgelopen
halve eeuw zeker springlevend. Het is
uiteraard veranderd, aan de ene kant
meer verbreed doordat samenwerking
en soms integratie met andere vakge
bieden heeft plaatsgevonden; en aan de
andere kant ontstaat juist door die ver
breding weer meer specialisatie omdat
ieder van ons het steeds moeilijker
krijgt het gehele veld te overzien en ge
neigd zal zijn zich meer te richten op
bepaalde onderdelen die onze belang
stelling en tijd volledig in beslag ne
men. Onder de brede noemer van GIS
en geo-informatiekunde komen veel
disciplines elkaar tegen en daar kan de
geodeet een grote rol spelen. Je hoort
en leest daartoe veel oproepen van
vooraanstaande vakgenoten. We moe
ten die kansen dan natuurlijk wel aan
grijpen. Daar lees ik momenteel nog
wat minder over!
Het onderscheid tussen de geodeet
(gericht op data-inwinning) en de lcarto-
graaf (gericht op data-visualisatie) zal
meer en meer vervagen. Aan nadere sa
menwerking valt niet ontkomen. Er
gaan toch al zoveel stemmen op dat
met de tegenwoordige GlS-mogelijkhe-
den het een fluitje van een cent is om
POKKE 5UKKE
gegevens in te winnen, te bewerken en
te verrijken, en dan ook nog mooie
kaarten te kunnen maken. Kijkt u maar
eens op internet wat voor aanbod daar
tegenwoordig al beschikbaar is. Op on
ze website //www.geodesia.nl, en ook el
ders, kunt u genoeg adressen vinden.
Laten we ook niet vergeten om in
dit geheel onze elementaire kern, geo
detische plaatsbepaling op, boven en in
de aarde, op zijn juiste waarde te blij
ven schatten. Ik hoop dat in de komen
de eeuw het vak van de geodesie mag
blijven groeien en bloeien. Hopelijk zal
het tijdschrift daar steeds de getuige
van mogen zijn. Bij de 100e jaargang
moeten onze opvolgers daar maar over
berichten. Ik verwacht niet dat we dat
dan nog in papieren vorm zullen mee
maken. Trends zetten zich immers li
neair voort...
(einde)
VERDIEPEN zicw Iki DE LANDAAEETkrUKiOE
N06. 'ETS
GEODESIA 1999-12