C7 r>
Een andere bedreigende factor was
de toenemende onenigheid over inhoud
en structuur van de GBKN, tussen de ge
meenten enerzijds en de overige partici
panten anderzijds. De gemeenten kregen
steeds grotere behoefte aan objectgerich-
te bestanden als bouwsteen voor hun ad
ministratie en beleid. Zij ergerden zich
aan het feit dat de GBKN-ontwikkeling
stagneerde. De andere participanten -
goed voor 80% van de kosten - hadden
echter geen zin om zich te laten opjagen
door de gemeenten (die bovendien on
derling niet op één lijn zaten). Dat leidde
ertoe dat diverse gemeenten zich van de
GBKN gingen afkeren en nog slechts no
minaal aan een samenwerkingsverband
meewerkten. De affaire-Twentestad in
2004, waarbij deze gemeente uitsluitend
nog zelf digitale topografie wilde leveren
buiten het regionale samenwerkingsver
band om, was daar een goed voorbeeld
van. Als gevolg van deze affaire stokte in
veel regionale GBKN-projecten de samen
werking tussen de participanten.
Alternatief dient zich aan
\poor de snelheid van de technische
ontwikkelingen kwam er rond 2003 ook
een alternatief in zicht voor de GBKN.
Het gebruik van digitale luchtfoto's, heel
lang problematisch vanwege hun eno
me bestandsomvang, werd door de gi
gantische reken- en opslagcapaciteit van
de nieuwe kwantumcomputers steeds ge
makkelijker. En waar vroeger aerotrian-
gulatie en ontschranking nog bewerke
lijk waren, wals er door het werk van de
groep Geo-Informatics van Delft Univer
sity een snelle, praktische en betrouwba
re methode voor paspuntloze inpassing,
op basis van het AHN, beschikbaar geko
men.
Het bedrijf EasyPhot gooide de knup
pel in 2005 in het hoenderhok door digi
tale, ontschrankte en ingepaste lucht
foto's te gaan aanbieden, met een actu
aliteit van drie maanden, tegen hoogst
concurrerende prijzen. In 2007 kon het
bedrijf al een verbeterd product leveren,
le foto's veel goedkoper uit waren. Boven
dien was de actualiteit zo hoog dat daar
mee een groot probleem van GBKN's -
ontbrekende gegevens van nieuwbouw
projecten - goeddeels werd opgelost. De
eerste die volledig overging was UPC, het
Amerikaanse bedrijf dat tweederde van
de Nederlandse kabelnetten bezat. Het
verving in 2007 alle digitale basiskaarten
door digitale luchtfoto's. (Saillant detail
was overigens dat de CAl-sector nooit had
deelgenomen aan het LSV.) EDF benutte
het aflopen van de participatie-contrac
ten in 2009 om eveneens over te gaan.
Tele-Europe, dat KPN-Telecom hfad opge
slokt, wist in datzelfde jaar na een zware
juridische strijd, en met betaling van eën-
forse afkoopsom/ zijn contracten (die
soms nog tot 2016 zouden doorlopen) te
ontbinden en vertrok ook uit GBKN-land
Toen ging het snel: binnen drie jiaf-wa-
ren alle andere nutsbedrijven en water
schappen ook 'over'. Grote stimulans was
ook dat een nieuw Belgisch bedrijf,
Satphot, vanaf 2009 digitale satellietop
namen ging aanbieden, met een nauw
keurigheid van minder dan 5 cm, en die
op afroep binnen een dag geleverd kon
den worden. De laatste grote klapper was
het besluit van het Kadaster in 2011 om
in het nieuwe KVS2 geen topografische
informatie meer te gaan opnemen. De
uiterst moeizame en kostbare ervaringen
bij de ontwikkeling van het eerste KVS
hadden het bedrijf tot de conclusie ge
bracht dat het nieuwe systeem niet onno
dig met topografische gegevens mocht
worden vervuild.
Afbouw
De GBKN-organisaties konden in de:
hectische periode alleen maar machte
loos toekijken. Ondanks het vele zen
dingswerk van LSV-directeur mevr. drs. C.
van Waspik, die in 2005 was aangetre
den, bleek het niet meer mogelijk het tij
te keren. Naarmate meer bedrijven uit de
GBKN-projecten stapten, werd de finan-
waarin zij met behulp van slimme beeld- ciering steeds moeilijker; de bijhou-
herkenningstechnieken de voorgevel
lijnen als lijnelementen meeleverden
(daarbij geïnspireerd door de 'nietjes' in
de Brabantse GBKN). Reeds in 2005 gin
gen enkele waterschappen - toch al geen
intensieve gebruikers van de GBKN - óver
op het gebruik van de foto's, en veel an
dere bedrijven begonnen een onderzoek7
naar de mogelijke toepassing ervan. De
uitkomst was dat bedrijven die de GBKN
altijd als 'plaatje' onder hun leiding-
hadden gebruikt, met deZq digita-
dingsfrequentie werd minder, en er
moest personeel afvloeien bij de diverse
GBKN-organisaties, wat de kwaliteit en
de dienstverlening niet ten goede kwam.
Regionale samenwerkingsverbanden
raakten in coma en werden tussen 2008
èn 2013 stuk voor stuk opgeheven. De
grotere gemeenten konden uiteraard
met hun eigen digitale topografie verder
werkën. De kleine gemeenten waren ech
ter de dupe omdat die zich geen eigen
meetdienst konden veroorloven.