Een Geodetisch Gekleurd GIS-Boek (GGGB) voor 2000? Wat zou het mooi geweest zijn, wan neer er aan het begin van de nieuwe eeuw een boek of hypertext op CD-ROM of internet had bestaan, waarin het geodetisch vakgebied zich duidelijk profileert op het terrein van de digitale geo-informatieverzorging. Helaas, we moeten daar nog even op wachten. Of dat lang gaat duren hangt mede af van u, geachte (geodetische) lezer. Maar er ligt een mooie kans in het verschiet. In de kolommen van Geodesia ver neem ik regelmatig wat sombere ge luiden over de toekomst van het vak gebied. Ik deel die somberheid en uit ze ook vaak. De instroom van studen ten op alle rilveaus is veel te gering, het ging erg moeizaam met de ver vulling van GIS-leerstoelen in Delft (gelukkig is nu één van de twee goed bezet, maar wat gebeurt er met de andere?) en er is ook veel druk op Delft om meer aan de geo-informatica te doen in overeenstemming met het Nationaal Geodetisch Plan van 1995. Maar stopt de beroepsgroep er zélf wel voldoende energie in om aan de bui tenwacht en aan mogelijk toekomstige collega's duidelijk te maken dat we een speciale roeping en deskundigheid op GIS-terrein hebben, noodzakelijk om stad en land goed te laten functione ren? Dat geodesie echt vet 1 meer is dan landmeten alleen? En dat we ons daar in duidelijk kunnen onderscheiden van de vele andere disciplines die met geografische informatie bezig zijn? Het blijkt in elk geval niet uit een veel omvattende publicatie waarin deze ac tiviteiten, theoretisch en praktisch, door geodeten uit de doeken worden gedaan. We hebben de HTW, het boek van Alberda, een recente fundamentele studie over objectgerichte ruimtelijke datamodellering van Molenaar, en er hebben ook een paar geodeten mee gedaan aan het leerboek van Hendriks Ottens (uit geografische hoek) en het Praktijkboek GIS. Een vrijwel ge heel door geodeten gevulde publicatie is het goed ontvangen liber amicorum ir. R. van dei- Schans, adviseur voor kaartgebruik en interactie bij GIS te Bennekom. voor Paul van Schilfgaarde, over 'De stad, de spelers, de meters en de stuurders', maar dat gaat toch eerder over aspecten van het stedelijk bedrijfsproces dan over de infor matieverzorging. Vopr het geodetisch GIS-onderwijs moe ten we ons behelpen met selecties uit deze en de algemene Engelstalige literatuur. De kartografen zijn vlijtiger! Een college voor eerstejaars geodeten in Delft Wegens plotseling vertrek van een jonge medewerker werd ik in maart 1999 gevraagd om het college 'GIS-Kartografie' voor de eerstejaarsstudenten (een zorgwekkend klein aan tal) van de afdeling Geodesie van de TU Delft te verzorgen. Dat speelde zich afin de maanden april en mei. Dit college moest een inleiding zijn op de later volgende colleges over GIS, met een sterk apcent op de kartografie omdat het laat ste onderwerp verderop in de studie vrijwel niet meer aan de orde zou komen. De betrekkingen tussen de geodesie en kartografie blijven toch wat afstandelijk (fig. 1). Als studiestof was het boek 'Cartography' van Kraak Ormeling gepland, maar omdat ik daar wat principiële bezwaren tegen had (bij het verschijnen verwoord in een boekbespreking in Geodesia 1997 no. 2) heb ik deze stof grotendeels vervangen door, gedeeltelijk gereconstrueerd, materiaal uit mijn Wageningse periode en wat latere publi caties. Uitgangspunt was nu niet meer de kaart, maar het Digitale Landscliaps-Model (DLM). Daar draait alles om, de trouwe lezers vap Geodesia zullen niet anders van me verwachten. De studenten waren overigens niet erg te vreden over de inderdaad wat rommelige gang van zaken, maar wat wil je met'zo'n korte voorbereidingstijd. Gelukkig kwam er den herkansing. Het college zou worden verplaatst naar november/december, om de studenten al wat vroeger in de gelegenheid te stellen kennis te maken met wat meer geodetische zaken. Dat was belangrijk voor hun studiemotivatie. De afdeling verzocht me het college nog eens te geven,1 en vroeg daarbij ook om een door- Fig. 1. De relatie tussen geodesie en karto grafie, in een vergeeld 'Avro 's Jeugdboek voor De Donkere Dagen (3D)eens bij toeval gevonden op de jaarlijkse boekenmarkt in Deventer. 127 GEODESIA 2000-3 Plaatjmkrul *iroor*l r anti nel V»n il de woorden, die ie op de tekimng iedere tekening de lener V 0) H (hermeen 1 dut de plutt een, wurm ie de de middeltte hok|ei moet invullen, trier een tekening in het vierkeut Hli rtlceel of horiionteel betekent) gevolgt door een geul. De gtttllcn geven ertte letter vin het woord moet invullen. Oplotting pigini 64

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2000 | | pagina 29