A Voorzichtig verschuiven Als hts-studenten maakten we eind jaren zeventig kennis met wat nu de nationale geodetische infrastructuur heet. We kregen overzichtskaartjes te zien met veel driehoeken, en we moesten lokale driehoeksmetingen uitrekenen. En over het NAP werd trots verteld dat Duitsland 'ons' nul punt ook gebruikte, en dat er bij de Meetkundige Dienst veel gewaterpast werd. Omdat ons referentiekader niet veel groter was dan de rondjes om het Tolsteegplantsoen, was het allemaal niet echt fascinerend. In het derde jaar zat een vijfmaandse stage bij het Kadaster, met als vast onderdeel een tweedaags bezoek aan de Rijks driehoeksmeting in Apeldoorn. De meeste studenten von den het nogal saai. Het was allemaal wat vermoeiend; men reed voortdurend heen en weer om richtingen te verken nen, men beklom zo af en toe een kerk- of meettoren (leuk voor het uitzicht), maar een spontane sollicitatie lokte het niet uit. Kwam de RD op die manier nog bij iedere student in beeld, dat was voor de MD niet het geval. Voor zover ik me herinner, heeft er slechts één jaargenoot stage gelopen, en die was vooral onder de indruk van de grote plotter (wij moesten nog met de graphos-pen tekenen, vandaar). In het examenjaar werd nog geprobeerd om ons iets over referentiestelsels bij te brengen (wat we echter een typisch TH-onderwerp vonden). En daarna, in mijn werkzame leven, kocht ik af en toe RD-punten en NAP-punten in voor polygoonmetingen en waterpaswerk. Méér aanrakin gen met RD en NAP waren er niet. De strikte scheiding tussen die twee was welhaast een natuurwet (de driehoeken voor de RD, de hoogten voor de MD, en geen gedoe tussen die twee) waarover geen vragen werden gesteld. Als door- snee-gebruiker had ik ook niet het gevoel dat dit in de loop der jaren veel veranderde. Natuurlijk las ik soms wat in Geodesia, en werd er op congressen wel wat over gezegd, maar veel nieuws was het meestal niet: het kaartje met de driehoekskettingen ontbrak vrijwel nooit. En de MD waterpaste rustig voort. Als ik echter nu deze Geodesia doorlees, valt me op dat er op het gebied van de geodetische infrastructuur toch wel het nodige verandert, en vooral dat er nu goede discussies plaatsvinden over hoe kan (of moet?) worden samenge werkt. In ons nogal sterk gecompartimenteerde wereldje is dat een belangrijke doorbraak. Of dat moet leiden tot één organisatie, is daarbij secundair; het gaat erom dat alle be trokkenen gezamenlijk het maximale profijt uit de beschik bare nieuwe technische mogelijkheden gaan halen. Er is daarbij wel één punt van zorg. Nieuwe meettechnie ken leiden, naar goed geodetisch gebruik, tot een nieuw coördinatenstelsel. Dat mag wetenschappelijk gezien wel juist zijn, maar veel geo-informatiegebruikers zitten daar niet op te wachten. Veel (niet-geodetische) gebruikers in mijn omgeving vinden zelfs de verschuiving van het RD- nulpunt nog steeds lastig! Alle X, Y en Z zijn ongetwijfeld relatief, maar daarmee kun je toch niet op de ligging van een waterleiding of een erfgrens vastleggen (of verschui ven). We moeten 'oud'-RD en ETRS heel goed gescheiden houden om gebruikers niet in verwarring te brengen. Anders beklijft het beeld dat geodeten vooral millimeter-* zijn. En dat kan toch niet de bedoeling zijn. Ad van der Meer 370 2000-9 GEODESIA Redactie-adres Postbus 10390 - 7301 gj Apeldoorn telefoon (055) 576 14 40 (ma., wo. en do. 9-12 uur) fax (055) 576 14 41 e-mail: redactie@geodesia.nl Redactie Geodesia dr. ir. H. Quee, hoofdredacteur, Utrecht G. M. van Osch, plv. hoofdredacteur, Apeldoorn A. M. den Boer, Nieuwerkerk a.d. IJssel ing. I. van Hunen, Rosmalen W. Kamphorst, Apeldoorn ir. F. Kenselaar, Delft ing. A. J. van der Meer, Diemen ing. K. A. M. Roebert, Utrecht M. J. Scheele, Middelburg Abonnementen/inlichtingen C. Scherpenzeel-v.d. Lei Postbus 10390 - 7301 gj Apeldoorn tel. (055) 576 14 40 (ma., wo. en do. 9-12 uur) fax (053) 576 t4 41 e-mail: redactie@geodesia.nl (adreswijzigingen s. v.p. schriftelijk) 2000. Het overnemen evenals het vermenigvuldigen uit dit tijdschrift is slechts toegestaan na schriftelijke toestemming van redactie en auteur. inzenden kopij Indienen en publiceren van artikelen in overleg met de redactie. Berichten en mededelingen dienen uiterlijk voor het eind van de maand in het bezit van de hoofdredacteur te zijn, om nog in het nummer van de volgende maand te kunnen worden opgenomen. Abonnementsprijzen per jaar Voor leden van de aangesloten verenigingen gratis; persoonlijke abonnees binnenland 74,-; bedrijfs- abonnees binnenland 123,-; persoonlijke abonnees Europa rt3,-; bedrijfsabonnees Europa 159,-; persoonlijke abonnees luchtpost 158,-; bedrijfsabonnees luchtpost 200,-. Losse nummers 20,-, inclusief verzendkosten, te bestellen bij mevr. C. Scherpenzeel-v.d. Lei. Opzegging vóór 1 december van het voorgaande jaar. Deelnemende verenigingen Bond voor Kadasterpersoneel (bvk) Vereniging van Landmeetkundigen (m) Nederlandse Vereniging voor Geodesie (nvg) Vereniging Meetkundige Dienst Rijkswaterstaat (vmdr) Advertentie-exploitatie Westerum Publiciteit bv Wintereik 38 - 5682 hm Best telefoon (0499) 39 86 89 - fax 37 44 97 (mobiel 06 - 51 63 2117) e-mail: westbest@wxs.nl Advertentietarieven op aanvraag. De plaatsing van een advertentie in een bepaald nummer kan alleen worden gegarandeerd, indien de reservering daarvoor uiterlijk de 25e van de voorafgaande maand in ons bezit is. Secretaris Stichting Geodesia ing. H. G. J. Bruins De Nachtpauw 9 - 7609 jj Almelo tel. (0546) 54 t4 60/fax (0346) 63 28 89 privé (0546) 63 28 70 e-mail: h.bruins@geodesia.nl Penningmeester Stichting Geodesia ir. R. van Noord A. Thaerlaan t3 - 3571 eb Utrecht tel. (030) 235 84 2t/fax (030) 235 76 4t privé (030) 271 87 29 e-mail: r.van_noord@gni.railinfrabeheer.nl Giro 223150; abnAmro 54571619s, beide t.n.v. Stichting Geodesia. Geodesia is een uitgave van de Stichting Geodesia.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2000 | | pagina 4