GEODESIA
de waterpassing weg. Die wordt dan alleen waterhoogte (verge
lijking hoe het water gaat lopen). Op dat ogenblik denk ik dat
het oude stelsel weg moet.
De ondergrondse merken gaan wijzigen, maar dat heeft nog niet
geleid tot herziening van alle hoogten. Hoe kijkt u daar tegenaan
Ik vind het voorstel van nu heel goed. De ondergrondse merken
op de Veluwe veranderen niet en zijn dus een betere basis dan
Amsterdam. Het oude nulpunt laten ze in de toekomst meebe
wegen, de Veluwe blijft vast. Daarbij doet zich weer dezelfde
vraag voor als daarstraks: hoe lang heeft het NAP nog betekenis
als hoogte? De waterschappen gaan met NAP werken, want die
moeten weten hoe het water staat. Bouwkundigen zullen met
GPS gaan werken, dus zodra GPS optimaal werkt (goed de
hoogte aangeeft), ontstaat een andere toestand. Maar tot zo lang
is het een goede oplossing.
Zou u kunnen leven met een dynamische geometrische infra
structuur?
Dat is geen goede vraag. De geometrische infrastructuur op
zichzelf is helemaal niet belangrijk. Stel dat je een stad zou op
meten. De onderlinge verhoudingen worden dan vastgelegd in
een schrankingsstelsel. Als je die opmeting tien jaar later op
nieuw zou doen, moet je een verband leggen en dat doe je door
een aantal identieke punten op elkaar te leggen. Het maakt daar
bij helemaal niet uit welk referentiestelsel je daarbij hebt gehan
teerd. Het woord dynamiek is onzin. Niets is constant, ook de
punten op aarde niet. De aarde beweegt en je zult altijd een
soort dynamisch systeem hebben. Daar heb je veelal geen last
van als je maar zorgt dat je vergelijkingen doet met vormele
menten. Een coördinatensysteem is daarbij een hulpmiddel.
Aaiden heeft in zijn interview ook beweerd datje niet van een coör
dinatenstelsel moet uitgaan, maar van de waarnemingen, omdat
dat het enige juiste is wat we hebben.
Dat is in theorie helemaal juist, volgens
Baarda, maar ook onbetaalbaar omdat
het aantal waarnemingen erg groot moet
zijn om betrouwbare vormelementen te
krijgen. Zijn stelling is in feite gebaseerd
op de schrankingstheorie (van Baarda).
2000-9
Overheid of markt?
Over overheidsverantwoordelijkheid heeft prof. Baarda een dui
delijke mening: mijn theorieën zijn ervoor gemaakt dat de prak
tijk beter uit de voeten kan. Goedkoper meten, maar ook garan
ties geven dat de resultaten binnen bepaalde grenzen goed zijn.
Het is dus geen gevecht tussen overheid en markt, als het maar
een goede theorie is. Die moet zodanig worden voorgeschreven,
dat iedereen daarmee kan werken. Wat we in Nederland missen,
is een sterk instituut, een 'geodetisch TNO' waar de achter
grondtheorieën worden uitgedokterd en omgezet in een voor de
maatschappij bruikbare en gebruiksvriendelijke vorm. Vroeger
was er een rare splitsing: Delft ontwikkelde theorieën, het
Kadaster had de RD onder zijn hoede en de MD zorgde voor de
waterpassing. Dat zou samen in één instituut moeten worden
gebundeld. We hebben een voorbeeld gekend inzake de kring-
nettheorie. Het resulteerde er na enige tijd in dat alleen de fou-
tentheorie werd toegepast, maar die over de nauwkeurigheid
vond men te ingewikkeld en die werd dan ook niet toegepast.
Het resultaat was dat de kringnetten niet goed op elkaar aanslo
ten. Het was een gevolg van gebrek aan samenwerking. Daarom
zou je een sterk gemeenschappelijk instituut moeten hebben.
Het voorstel van Murre, om de verschillende geometrische dien
sten samen te voegen, is volgens prof. Baarda geen haalbare
kaart, omdat gebleken is dat geen enkele dienst zijn onafhanke
lijkheid wil prijsgeven, gezien zijn doelstelling. Ook de suggestie
van Aalders om ze alvast in één gebouw te zetten lukt gewoon
niet, dat is al eens geprobeerd. Laat de diensten gewoon hun
eigen werk doen, maar laat de kern van de zaak - die gemeen
schappelijk is - wetenschappelijk onderbouwen in een kennis
centrum, onafhankelijk van de diensten, maar wel met hun
ondersteuning.
Boodschap
De boodschap van prof. Baarda is in bovenstaande suggestie
eigenlijk al weergegeven: zorg voor een
onafhankelijk kennisinstituut. Daarnaast
heeft hij nog een andere: "Vergeet de
mensen niet". Hij leerde ooit van Scher-
merhorn dat je plannen kunt maken zo
veel je wilt, maar als de mensen er niet
rijp voor zijn, gebeurt er niets.
ZEEDYKSHOOGHTE
ZYNDE NEGEN VOET VYF DUYM
BOVEN STADTSPEYL
"Hoogtemeters"zijn gewend aan veranderingen in depeilmerken.
417
PEILSCHAAL
N R D P.