T" 1 ]r [L 1 soortige vlakobjecten, die dicht bij elkaar liggen, maar aan de andere kant van een hoofdquadtree-scheidslijn, niet zullen worden samengevoegd totdat de laatste stap is be reikt. Daarom wordt een Fieldtree-achtige [1] methode voorgesteld, zodat de lijnen die de ruimte verdelen, steeds verschoven zijn op elk niveau in deze structuur. Een bij komend voordeel van deze 'verdeel en heers'-methode om de GAP-tree te bouwen, is dat het makkelijker is om ter plekke updates te maken zonder dat de hele dataset op nieuw gecomputeriseerd moet worden. De plaatselijke ver andering zal de bewerking van de 'buur'gridcel niet beïn vloeden, hoewel alle bovenliggende niveaus wel opnieuw moeten worden berekend. Conclusie De GAP-tree is een structuur waarmee alle generalisaties op een dusdanige wijze worden opgeslagen dat voor elke schaal de passende generalisatie snel kan worden bepaald. In dit project werden de GAP-trees voor twee verschillende data sets gebouwd: vlakGBKN en ToplOvector. Na het bepalen van de objectklasseprioriteit en de compatibiliteitswaarden, die niet onbelangrijk bleken te zijn, werden de generalisa ties volledig automatisch uitgevoerd. In hoeverre aan de ge- neralisatievereisten kan worden voldaan, hangt af van de manier waarop de vlakobjecten kunnen worden onder scheiden. De resultaten met een meer in detail geclassifi ceerde dataset zijn beter dan met een minder gedetailleerd geclassificeerde dataset. Testen met GAP-trees, met parallelle lijnen voor bepaalde objectklassen, moeten nog plaatsvinden. Beter ge reedschap om de belangrijkheid van een objectklasse en de compatibiliteit tussen de objectklassen te bepalen zijn noodzakelijk om GAP-trees ook voor andere taken op eenvoudige wijze te kunnen toepassen. Andere datastruc turen kunnen worden gebruikt in combinatie met de GAP-tree. De Re- active-tree kan worden gebruikt voor het efficiënt opslaan van de GAP-tree in een DBMS, gebaseerd op de waarde van de locatie en de belangrijkheid [4]. De Binary Line Generalization-tree (BLG-tree) [5] zorgt voor het (lijn)- 6--"' Fig. 10. Parallele lijnen. Fig. 11. Situatie met heel kleine hoeken. Fig. 12. Oplossing voor een heel kleine hoek. vereenvoudigingsdeel van het genera lisatieproces. Verder onderzoek is nodig om te be palen hoe de GAP-tree op een efficiën te wijze in stand kan worden gehou den tijdens editing-operaties in plaats van het herbouwen van de complete GAP-tree. Een oplossing hiervoor kan de 'verdeel en heers'-methode voor grotere datasets zijn, zoals deze in de vorige paragraaf is voorgesteld. Ten slotte is ook onderzoek vereist naar de mogelij kir eden van het opnemen van andere generalisatietechnieken om symbolisering en verplaatsing te on dersteunen [3]. De GAP-tree is erg geschikt bij vector- kaarttoepassingen voor internet. In eerste instantie behoeven voor de over zichtskaart alleen de hogere niveaus van de GAP-tree te worden overge zonden. Deze wordt dan met meer de tails gevuld tot het moment waarop dit proces, hetzij door de gebruiker, hetzij automatisch, wordt gestopt. Als een gebruiker inzoomt, kunnen kno pen op een lager niveau van de GAP- tree worden overgezonden, waardoor meer details worden toegevoegd bo venop de buffer met bovenliggende knopen die al aan de gebruikerskant worden weergegeven. 504 GEODESIA -ó \n/

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2000 | | pagina 18