Actieve informatieverstrekking aan
betrokkenen
thans onder de Wpr opgenomen in het Besluit genormeer
de vrijstelling. Niet vrijgesteld zullen worden de verwerkin
gen die geschieden zonder medeweten van de betrokkenen
(Tweede Kamer, no. 6, p. 45). Bij wet (art. 29 lid 5) zijn boven
dien vrijgesteld openbare registers en verzamelingen door
een bestuursorgaan ingevolge een wettelijke verplichting,
bijvoorbeeld die in het kader van de wet WOZ. Ook hand
matige bestanden zijn in principe van melding vrijgesteld.
De meldingsplicht is voorts aanmerkelijk vereenvoudigd.
De reglementplicht voor overheidsorganisaties ingevolge
de Wpr is komen te vervallen. De wet voorziet voorts in de
mogelijkheid dat organisaties een eigen functionaris voor
de gegevensverwerking aanstellen. Is dit het geval, dan kan
de melding bij deze functionaris geschieden. Deze functio
naris heeft tot taak toe te zien op de verwerking van per
soonsgegevens overeenkomstig de wet (art. 62 t/rn 64). Het
College houdt een lijst bij van aangemelde functionarissen.
Het idee van deze functionaris komt voort uit bestaande
Duitse wetgeving.
Veel ingrijpender is de verplichting van de verantwoorde
lijke tot informatieverstrekking omtrent gegevensverwer
kingen aan de betrokkene en de daarmee samenhangende
rechten van de betrokken personen (art. 35 t/m 42). De
mededelingsplicht jegens de betrokkene omvat in ieder ge
val de identiteit van de verantwoordelijke en de doeleinden
van de gegevensverwerking, alsmede eventueel nadere in
formatie afhankelijk van de aard van de gegevens, de om
standigheden waaronder ze zijn verkregen of het toe
komstige gebruik daarvan. De mededelingsplicht jegens de
betrokkene is absoluut; de verplichting geldt alleen niet als
de betrokkene van de gegevensverwerking reeds op de hoogte
is. Vergeleken met de Wpr (weet of redelijkerwijs kan weten) is
hier duidelijk sprake van een verzwaring van de lasten van
de verantwoordelijke. Vooral tegen deze aanscherping van
de regeling bestaan vanuit het bedrijfsleven en consumen
tenorganisaties grote bezwaren.
Is sprake van inwinning van gegevens bij de betrokkene,
dan moet de mededeling plaatsvinden vóór het moment
van verkrijging. Vindt verkrijging plaats op andere wijze,
dan vindt de mededeling plaats uiterlijk op moment van
vastlegging of verstrekking aan een derde. De informatie
plicht geldt alleen niet indien mededeling onmogelijk
blijkt of onevenredig veel inspanning kost. In dat geval legt
de verantwoordelijke de herkomst van de gegevens vast
(art. 34 lid 4). De mededelingsplicht geldt ook niet indien de
vastlegging of verzameling van gegevens bij wet is voorge
schreven, zoals bijvoorbeeld ingevolge de Wet WOZ (art. 34
lid 5).
De informatieverstrekking kan afhankelijk van de om
standigheden van het geval op velerlei wijze plaatsvinden.
Uitgangspunt is echter dat informatie op zodanige wijze
wordt verstrekt dat de betrokkene daarover daadwerkelijk
beschikt. De Memorie van Toelichting (p. 152) noemt een
aantal mogelijkheden. Worden gegevens ingewonnen bij
de betrokkenen zelf via de invulling van een formulier, dan
kan deze op het formulier worden aan
gegeven. Ook wordt genoemd de op
neming van de informatie in stan-
daardvoorwaarden bij het aangaan
van een contract. Vindt de communi
catie tussen de verantwoordelijke en
de betrokkene op elektronische wijze
plaats, dan kan de informatie via dat
medium worden verstrekt.
In principe gaat de wet ervan uit dat
de informatieverstrekking een een
malig karakter heeft. De aard en de om
vang van de gecommuniceerde infor
matie dienen dan echter zorgvuldig
overwogen te worden. Wordt beperkte
informatie gecommuniceerd, dan is de
kans groot dat in een later stadium op
nieuw informatie moet worden ver
strekt. Worden bijvoorbeeld gegevens
verstrekt aan anderen dan degenen die
door de verantwoordelijke in een eer
dere mededeling aan betrokkenen
werden aangegeven, dan dient daar
over een nieuwe mededeling plaats te
vinden. Is het doel van de gegevensver
werking aanvankelijk nauw geformu-
De gegevens van leerd, maar wordt dit later uitgebreid,
Dataland: dan heeft dat direct consequenties
persoonsgegeven? voor de informatieverstrekking aan de
Tabel naar [5], betrokkenen.
Gemeente
Wijk
Adres
Postcode
Woonplaatsnaam
Locatieadres
Straatnaam, -code
Huisnummer, -letter, -toevoeging
X,Y-coördinaat centroid locatieadres
Verblijfsobject
Bouwjaar, -klasse
Actuele bestemming
Bruto inhoud
Bruto vloeroppervlak
Monumentenaanduiding
Woonobject
Aantal woonlagen
Soort woonobject
Huur/eigendomstatus
Een voorbeeld van mogelijk nader te
verstrekken informatie wordt in de
Memorie van Toelichting (p. 154) ge
geven, waar het gaat om koppeling
van bestanden. In dat geval dient de
verantwoordelijke aanvullend een om
schrijving van de soort en herkomst
van de te koppelen bestanden te geven
en de betrokkene eventueel ook te wij
zen op zijn correctierecht en recht van
GEODESIA 2001-1