Literatuur
Summary
tie" van de I.V. Jappé nu in feite wel
heeft ingehouden. De atlaskaarten
zouden, aldus het voorwoord van
1859, "alleen bij wijze van verkleining
van de kadastrale plans" worden ver
vaardigd. In het voorwoord van de fac
simile herdruk van 1970 wordt echter
deze bewering ontkend aldus: dat "de
kaarten niet ontstaan zijn door het sa
menvoegen van de toen al beschikbare
kadastrale kaarten, maar dat er ge
bruik is gemaakt van het gereedkomen
van de triangulatie van Baron Krayen-
hof'. Hierbij wordt de suggestie ge
wekt dat de elf Friese primaire punten
de geografische informatie zouden
hebben geleverd voor de weergave van
de honderdduizenden op de kaarten
afgebeelde percelen. Maar deze bewe
ring in één volzin over de kaartver
vaardiging geeft wel reden tot twijfel
over de juistheid van die bewering. Dit
laatst vermelde voorwoord van 1970
lijkt in strijd te zijn met het voor
woord van 1859, waarin wordt gesteld
dat de kaarten zouden worden samen
gesteld uit verkleiningen van de kadastrale plans. Vergelij
kingen met fragmenten van minuutplans wijzen overigens
uit dat de eigen kenmerken van de perceelsindeling met el
kaar overeenkomen en alzo dezelfde bron hebben. Overi
gens: welke organisatie zou zo rond het midden van de 19e
eeuw dergelijke, zeer omvangrijke detailopnamen kunnen
financieren, organiseren of uitvoeren? Ook dit geeft voe
ding aan de gedachte dat de Eelchoffatlas op een andere wij
ze is vervaardigd dan in het voorwoord van de herdruk van
1970 werd gesuggereerd. De volgende aflevering zal worden
gewijd aan de beantwoording van de vraag welk driehoeks-
net als geodetische grondslag voor de vervaardiging van de
atlaskaarten is gebruikt.
[1] Burg, S. van der, e.a., Frysk Lieteboekje. Van der Velde
Leeuwarden 1924.
[2] Pouls, H. C„ Een nuttig en profijtelijk boekje voor alle geo
grafen. Canaletto Alphen a.d. Rijn 2000.
[3] Nieuwe Atlas van de Provincie Friesland, voorwoord. W. Eek-
hoff, Leeuwarden 1859.
[4] Herdruk Nieuwe Atlas van de provincie Friesland, voorwoord.
Miedemapers, Leeuwarden 1970.
[5] Historische Atlas van Nederland, korte inleiding. Wolters
Noordhof Groningen 1987.
[6| Sobel, Dave, Lengtegraad. Flamingo, Amsterdam 1999.
|7] Pouls, H. C., De Landmeter. Canaletto, Alphen a.d. Rijn
1997.
[8] Plaats, J. D. van der, Tijdschrift voor Kadaster en
Landmeetkunde, jaargang 1889.
[9| Krayenhof, Baron, Précis Historique enz. Koninklijke Bi
bliotheek,'s-Gravenhage 1815.
[10] Guedje, Denils, Het meten van de wereld. Bert Bakker,
Amsterdam 1999.
[11] Topografisch Bureau, Meetkunstige beschrijving van het
Koninkrijk der Nederlanden, voorwoord. Koninklijke Bibli
otheek, 's-Gravenhage 1861.
Frisian Triangle measurement?
In 1843 the Frisian government decided to prepare a new map of
Friesland, a Dutch province. The map was published in 1859. In the
preface of this map was mentioned that the measurement was ba
sed on the 'triangulation of baron Krayenhof. This article describes
that the assumption in the preface was wrong and that a new
Frisian triangle measurement was designed.
KEYWORDS
surveying, reference systems, history
TREFWOORDEN
landmeetkunde, coördinatenstelsels, geschiedenis
GEODESIA 2001-2