derdvijftig jaar basis- en topografische
kaarten van prof. P. De Maeyer be
steedt ook aandacht aan kaartseries
van voor de Belgische onafhankelijk
heid, terwijl het Napoleontisch kadas
ter "niet eindigt met de inlijving bij
Nederland, noch bij de Belgische onaf
hankelijkheid". Onder het Hollands
bewind werd voor de tweede maal een
militaire opdracht gegeven tot het kar
teren van het huidige Belgische grond
gebied, die vroegtijdig werd beëindigd
door de onafhankelijkheid en nog
wordt bewaard in het Algemeen Rijks
archief in Den Haag. P. Vandermaele is
de eerste kartograaf die België voorzag
van middenschalig kartografisch ma
teriaal, immers "bij de Belgische onaf
hankelijkheid waren alle topografi
sche documenten meegenomen naar
Statieventuin.
Hollandse cirkel
uit ca. 1780 van
Feust (Parijs), met
lederen foudraal,
en anonieme
pantometer uit
1874.
Nederland". Gezien de aarzelende herpositionering van de
Topografische Dienst Nederland is het opmerkelijk te lezen
dat het Militair Geografisch Instituut al in 1976 werd omge
vormd "tot een organisme van openbaar nut van categorie
B onder de benaming van Nationaal Geografisch Instituut".
In de permanente collectie van het museum bevindt zich
ook een enorme oude vitrinekast met instrumenten van het
voormalig Laboratorium Topografie. Deze geodetische col
lectie is uniek omdat ze zoveel stukken uit dezelfde periode
(1870-1920) omvat van fabrikanten uit verschillende Euro
pese landen. Ernaast staat een astronomische kijker, door
koning Willem I geschonken na de oprichting van de Gent
se Hogeschool in 1817. Deze viervoetskijker met tandrad
werd gemaakt door F.J. Rienks uit Ferwerderadeel (Fries
land). Ook permanent staan er twee lage vitrinekasten
met oude meet- en tekenapparatuur: meest proportionaal-
passers en Coradi-planimeters uit de collectie van de stad
Antwerpen.
Het Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen
is gevestigd op de campus van de Universiteit Gent, Krijgs-
laan 281, gebouw S30 (en dat betekent wel veel lopen op het
campusterrein). De openingstijden zijn elke werkdag van
10.00-12.30 en van 13.30-17.00 uur. De toegang is vrij.
"Oproep aan alle leraars wetenschappen
Wetenschappelijke collecties, in het bijzonder collecties
van wetenschappelijke instrumenten, hebben in het ver
leden nooit veel aandacht gekregen: de wetenschap wil
steeds vooruit en kijkt nooit om. Oude apparatuur wordt
meestal ontmanteld tot er niets bruikbaars meer in zit.
Wat rest, verdwijnt dan veelal in kelders of op zolders. Het
is maar bij uitzondering dat een collectie in haar geheel
bewaard blijft. Het is dan, helaas, nog niet zeker dat ze
veel aandacht krijgt. In tegenstelling tot kunstverzame
lingen is er bij wetenschappelijke instrumenten geen tra
ditie die het veiligstellen van een collectie als vanzelfspre
kend beschouwt. Wij mogen daarom gelukkig zijn dat we,
dankzij persoonlijk initiatief, beschikken over collecties
van wereldniveau aan twee Vlaamse universiteiten, Gent
en Antwerpen.
Uw verouderde demonstratie-apparatuur zal binnen enke
le decennia historisch studiemateriaal zijn en kan de col
lecties aanvullen. Gooi die apparatuur niet weg, maar ver
wittig het Museum voor de Geschiedenis van de Weten
schappen om die toestellen verder een verzekerd bestaan
te geven. Laat u het instrumentarium niet ontfutselen
door handelaars of verzamelaars, maar bouw mee aan het
Vlaamse patrimonium!
Directeur-diensthoofd prof. dr. Maurice F. Dorikens
in een vlugschrift
(P.S. Een separate, vergelijkbare oproep is er inzake 'oude
catalogen van instrumenten'.)
GEODESIA 2001-5