Oratie prof. dr. ir. Peter van Oosterom De geodatabase als spin in het web Voor een buitenstaander lijkt het wat vreemd dat het eerste offi ciële optreden van een nieuwe hoogleraar plaatsvindt als hij al bijna anderhalf jaar in die functie aan het werk is, maar in de academische we reld is het niet ongebruikelijk dat zo'n oratie een tijdje op zich laat wachten. In die tijd kan de nieuwbakken hoogleraar zich oriënte ren, een visie op zijn leer opdracht ontwikkelen, en bedenken hoe hij die zou wil len gaan vormgeven. Prof. dr. ir. Peter van Oosterom (37), per 1 januari 2000 benoemd tot hoogleraar GIS-tech- nologie aan de afdeling Geodesie van de TU Delft, is sindsdien druk bezig ge weest om zijn leerstoel vorm en in houd te geven. Dat werd duidelijk toen hij op 6 juni 2001 in de aula van de TU Delft ten overstaan van ruim honderd- vijftig toehoorders zijn oratie hield met de titel: "De geodatabase als spin in het web". Ad van der Meer, redacteur. Van Oosterom spitste zijn betoog toe op vijf punten, met als eerste de ont wikkeling van een Geoinformatie In frastructuur (Gil). We gaan toe naar een netwerkmaatschappij, waarbij we een gemeenschappelijke infrastruc tuur gebruiken. Daarin is een essen tiële rol weggelegd voor een geo-data- base (bestaande uit de informatie zelf en uit een DBMS). Grote voordelen zijn dat de gebruiker geen geo-informatie- management meer hoeft te doen: hij haalt simpelweg gegevens via het net op wanneer hij ze nodig heeft. Dan is ook altijd de nieuwste informatie be schikbaar, die bovendien wereldwijd raadpleegbaar is (bij het gegeven voor beeld van een stukje Almere vroeg ik me overigens oneerbiedig af of daar wel wereldwijd belangstelling voor zou zijn...). Bij de rol van de universiteit had de professor de nodige hoofdbre kens over de functie van de universi teit als 'ontwikkelplaats van kennis'. De (GlS-)informatietechnologie kent een zeer snelle ontwikkeling en dat kun je als universiteit (en zeker als kleine afdeling) niet allemaal op eigen kracht bijhouden. Met de oprichting van het Geo Database Management Center (GDMC) die vorig jaar plaatshad, en waarin de uni versiteit met enkele IT-be- drijven samenwerkt, is voor dat probleem een suc cesvolle oplossing gevon den. Als derde punt sprak Van Oosterom over zijn hoop om diverse geo-ICT-toepassingen te kunnen gaan realiseren in samenwer king met derden, onder het motto 'toetsing van de theorie, inspiratie van uit de praktijk'. De speerpunten legde hij bij Internet GIS/GML, Virtual en Augmented Reality, mobiele GIS-toe- passingen en 3D-kadasters. Over het vakgebied geodesie wilde hij - als afge studeerde informaticus - kwijt dat het een unieke en grote arbeidsmarkt is, maar dat de afdeling een lage in stroom kent, wat te wijten is aan onbe kendheid en de wisselende benamin gen waaronder het vakgebied bekend staat. Hij typeerde het vakgebied als 'breed maar plat'. Tenslotte behandel de hij het GeoDeltaplan, dat door prof. A. Bregt in 1999 is gelanceerd, en voeg de daar nog de implementatie van een Gil aan toe. Als variant op de bekende uitspraak van de IBM-er Watson (die in 1943 zei dat er waarschijnlijk niet meer dan vijf computers in de wereld nodig waren) poneerde Van Oosterom dat er 'een markt is voor misschien vijf authentieke servers voor geo-informa- tie in Nederland'. We mochten hem er over een aantal jaren op aanspreken als die voorspelling niet zou uitkomen. De lezing gaf een goed en helder over zicht van wat Van Oosterom aan het doen is, wat hij van plan is, wat hij van belang vindt en waar we hem de komende jaren mee bezig zullen zien. Begeleid door duidelijke dia's was het verhaal, zo hoorde ik van aanwezigen, een stuk toegankelijker dan de zware kost die nogal eens op andere oraties was waargenomen. De toga, baret en sjerp gaven de nieuwe hoogleraar - die niet direct bekend staat om z'n hang naar deftigheid - een opmerkelijke sta tigheid. Zelfs zijn jongste zoontje was onder de indruk: die hield op met hui len toen z'n vader met de oratie begon, en hernam zijn gehuil pas toen het af gelopen was De volledige tekst van de oratie is aan te vragenbij mevr. E. Pendel van de afdeling Geodesie (e.m.fendel@geo.tudelft.nl). GEODESIA 2001-7/8

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2001 | | pagina 17