Implementatie en beheer van metadata
Over metadata voor geo-informatie be
staan internationaal - zoals op elk
terrein - verschillende standaards. Be
kend is de standaard die in de Verenig
de Staten door de Federal Geographic
Data Committee (FGDC) is geformu
leerd. Overheidsorganisaties in de VS
zijn verplicht om geodata conform
deze standaard te documenteren. De
ervaring heeft geleerd dat deze stan
daard door het hoge detailniveau
moeilijk te implementeren is. In Euro
pa is door CEN, het Europese norma
lisatie-instituut, een standaard voor
metadata opgesteld. Inmiddels is deze
standaard in Nederland geaccepteerd
en door het Nederlands Normalisatie
Instituut als officiële voornorm (NVN -
ENV 12657) vastgesteld. Deze norm
moet worden gezien als richtlijn voor
het beschrijven van geografische gege
vens met metadata. Deze norm bevat
ruim tweehonderd elementen om een
geografische dataset te beschrijven.
Metadata publiceren
Ook bij de bevordering van de interoperabiliteit van geogra
fische informatiesystemen door het OpenGIS-Consortium
(OGC) krijgt metadata aandacht. In deze 'jungle' van stan
daards, normen en open specificaties is de belangrijkste
ontwikkeling echter te vinden bij ISO. Deze organisatie
werkt aan een wereldwijde, internationale standaard voor
geografische metadata waarin alle andere standaards uit
eindelijk zullen convergeren. Naar verwachting wordt de
ISO-standaard voor geografische metadata in juli 2001 vast
gesteld.
Hoewel het relatief eenvoudig is het belang van meta-infor-
matie duidelijk te maken, vergt de daadwerkelijke imple
mentatie serieuze inspanningen en dus een gedegen aan
pak, met een mix van bottom-up en top-down elementen.
Hoe dat exact wordt aangepakt, zal per organisatie ver
schillen. Er is echter één overeenkomst tussen alle imple
mentaties. Uiteindelijk gaat het erom tot een structurele
oplossing te komen, waarbij het beheer van de metadata
duurzaam is geregeld. De gebruikers moeten volledig kun
nen vertrouwen op de gegevens in het meta-informatie-
systeem. Alle beschikbare (gemeenschappelijke) bestanden
moeten gedocumenteerd zijn en de beschrijvingen moeten
kloppen, volledig en actueel zijn. Een enkele misser kan al
snel de indruk wekken dat het hele metasysteem niet klopt
en voor gebruikers aanleiding zijn weer zelf op zoek te
gaan. En dat is het begin van het eind.
Metadata bekijken en zoeken
Metadata opbouwen en beheren
Bewustworden belang metadata
De invoering van meta-informatie doorloopt een aantal
fasen (fig. 4). Het begint met bewustwording. Gebruikers
(de werkvloer) zullen de behoefte concreet moeten voelen,
bijvoorbeeld omdat gegevens slechts moeizaam gevonden
kunnen worden. Kwaliteitsaspecten tellen daarbij zwaar.
Het management zal het nut van meta-informatie uit oog
punt van efficiency, duurzaamheid van gegevens en ge
gevensuitwisseling moeten onderkennen.
In de praktijk blijkt het bijhouden van
metadata volgens deze norm een zware
wissel op de beheerder te trekken. Suc
cesvolle implementatie van metadata
vergt een meer pragmatische benade
ring. Een goed voorbeeld van een der
gelijke aanpak is te vinden bij het Mi
nisterie van Verkeer en Waterstaat.
Door de Meetkundige Dienst van de
Rijkswaterstaat is een richtlijn opge
steld voor de implementatie van de
CEN-standaard. Het aantal velden is
teruggebracht tot enkele tientallen, en
er zijn goed beschreven richtlijnen op
gesteld voor het invullen van de velden.
Doordat de invulling van V&W past bin
nen de Europese en Nederlandse norm,
kan meta-informatie worden uitgewis
seld met andere organisaties, bijvoor
beeld via het Nationale Clearinghouse
voor Geo-Informatie (NCGI).
Vervolgens is het zaak vast te stellen welke databestanden
Fig. 4. de organisatie wenst te documenteren en met welke meta-
Invoering meta- data. Ga na wat het is dat gedocumenteerd wordt en wat
informatie. de doelgroep is. Er is een wezenlijk verschil of het gaat om
gedrukt kaartmateriaal, commercieel te verkopen data
bestanden of intern gebruikte analysegegevens. In overleg
kiezen gebruikers en beheerders een geschikt meta-infor-
matiesysteem, waarbij de eis van integratie van data en
metadata de meest relevante en zwaarwegende is. Het in
voeren en bijhouden van de metadata is een arbeids
intensieve, tijdrovende en soms ook vervelende klus. Begin
daarom met het documenteren van de essentiële data en
bouw vervolgens stap voor stap de metadata verder op. Het
is handig daarbij 'werk met werk' te maken, dus die bestan
den te documenteren die op dat moment voor een actuele
vraag worden gebruikt of opgebouwd, of die het resultaat
zijn van een actueel project. Veelal is het vastleggen van
metadata terug te brengen tot een capaciteitsprobleem. De
eerste (eenmalige) aanmaak is met externe ondersteuning
op te lossen. Lastiger is het bijhouden van de metadata. Zon
der een goede oplossing voor de bijhouding is het echter be
trekkelijk zinloos meta-informatie in een organisatie in te
GEODESIA 2001-7/8