Reactie op 'Uit de losse pols', septembernummer Geodesia Reactie Dick Groot bespreekt in zijn column de visies van de topografische diensten van VS en VK op hun kern activiteiten. Hij geraakt in hogere sferen en brengt vervolgens de door hem gewenste situatie in Nederland in kaart. Hard ontwaakt Dick uit zijn visioen wanneer hij bij de Topografische Dienst (TDN) is aanbeland: "Uit ervaring weet ik dat er vermoedelijk ongeveer vijfhonderd redenen door TDN zullen worden aangevoerd waarom dit niet zou kunnen werken". Laat ik daarom eens kijken tot hoeveel redenen ik kom door Dicks ideeën over de inhoud van de toekomstige 'Kaart van Nederland' na te lopen [tussen de tekst uit de 'Pols']. Bert Kolk, hoofd Onderzoek en Ontwikkeling TDN. "naadloze dekking met high resolution ortho rectified images". TDN is op dit moment bezig haar productie proces aan te passen om een tussentijdse cyclus mogelijk te maken. Dit betekent onder andere de invoering van digitale fotogrammetrie. Vanaf 2002 gaan we wer ken met orthofoto's met een resolutie van 40 cm. Een volledige dekking van Nederland verwacht ik uiterlijk 2005 "Een digitaal hoogtemodel met 1 m resolutie en een hoogteresolutie van 0,5 m of beter". Zoals bekend is in Nederland de inwinning van geodata verdeeld over meerdere partijen. Hoogte is het domein van de Meet kundige Dienst. Ik meen dat in 2002 een landelijke dekking voorligt met een resolutie van 1 tot 16 m2 en een precisie van enkele decimeters. In dit verband merk ik op dat één onderzoeksproject van TDN bestaat uit het inte greren van het AHN met ToplOvector. "Lijnen, punten en vlakken van de communicatie- en transportinfrastructuur, watergangen en meren, gren zen en administratieve eenheden, en landgebruik, vol gens een niet te gecompliceerd classificatiesysteem dat wel een taxonomische relatie moet hebben naar meer gedetailleerde beschrijvingen van landgebruik". Ja, lijkt me een goed idee. Er zijn twee ontwikkelingen gaande bij TDN, namelijk ten eerste de invoering van een tussen tijdse cyclus (zoals afgesproken met de Ravi). De te her ziene objecten vormen een subset van ToplOvector. We moeten nog aan de slag met de inhoud van dat bestand. Echter in 2003 willen we hier een ei over gelegd zien, zo dat we met de productie kunnen aanvangen. Dat ei gaat naar mijn mening verrassend veel lijken op het ei van Dick. Ten tweede zijn we bezig met een herdefinitie van de structuur van TOPvector2). Die structuur maakt het mogelijk om gelaagdheid in het classificatiesysteem aan te brengen. "Geografische namen". Ja, die hebben we. Wellicht nog niet in de vorm zoals het zou moeten, maar dat lijkt me niet zo moeilijk op te lossen. De USGS verwacht in 2010 een volle dige orthofoto- bedekking van de VS te realiseren. 2) Zie het artikel van Bakker en Kolk in het laatste juni- nummer van Geodesia. 3) In dit project wer ken we samen met de Universiteiten van Wageningen, Delft en het Enschedese ITC. 4) De huidige (gemid delde) herzienings cyclus van USGS is 23 jaar. USGS stelt nu een cyclus van een week voor. Wat voor overleg- cultuur heerst daar eigenlijk? En hoe geloofwaardig komt hun voorstel over? "Stel dat TDN zou voostellen deze bestanden bijna real time bij te hou den en vierentwintig uur per dag en zeven dagen per week toegankelijk te maken volgens geaccepteerde in teroperability normen". Voor wat betreft de infrastructuur verwijs ik weer naar het artikel in Geodesia over de Tweede Generatie TOPbe- standen3). Dat project behelst on der andere de voorwaarden om te voldoen aan on line raadpleging van TOPdata. De nieuwe datastruc tuur, waar ik het zojuist over had, maakt het mogelijk gegevens op ob jectbasis uit te wisselen. Mutaties kunnen op een elegante wijze wor den ingevoerd (inwinning) en uitge voerd (levering). Kortom, de infra structuur nodig om bestanden tot op de seconde bij te houden en te la ten raadplegen ligt er over een aan tal jaren. Nu nog de inhoud zelf. Ik wijs op een drietal onderzoeken uitgevoerd sinds 1990 om grootschalige data in ToplOvector op te nemen. Het sys teem is uitgeprobeerd. Het enige wat nog moet gebeuren is de muta ties aanleveren, de mutaties voor zien van de datum waarop ze zijn ontstaan (en niet de inwinnings- datum; die is van belang voor de de claratie van de inwinner) en de aan koopprijs. Dat laatste zou geen pro bleem behoren te zijn, omdat de leverancier tevens belanghebbend afnemer is. Ruim denken is in deze een pré. Wanneer we ook de plan nen aangeleverd krijgen, is ToplO vector zijn tijd letterlijk vooruit. Onderwijl kom ik tot het besef dat we onze pr wat breder zouden moeten uit dragen. Nu kom ik tot wat wellicht de crux van Dicks betoog is. Doelend op TDN schrijft hij: "Zou de leiding de moed hebben de discussie open te gooien zoals die van de USGS dat heeft gedaan? Hoe zou zij de Nationale Kaart van Nederland in eerste instantie defi niëren?". Ik geef toe dat TDN het geo- beleid van Nederland niet uitdraagt zoals USGS dat in de VS doet. Wil iemand dat dan, vraag ik mij af? Het lijkt mij dat we in Nederland een sub tielere cultuur4) hebben. Er is een mi nisterie, een Ravi, een gebruikersgroep GEODESIA 2001-11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2001 | | pagina 52